Lesson 2.11 PW bespreken

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Discuss PW unit 1

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

1. Kan deze bezoeker niet opschieten?

    Can’t this visitor hurry up?

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

2. Dat huis is een belangrijke keuze voor hem.

    That house is an important choice for him.

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

3. Zij kunnen vandaag een artikel voor ons

     schrijven.

    They can write an article for us today.

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

4. Hoe(=What) heten die acht studenten?

    What are those eight students called?

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

5. Wij hebben een uniform nodig voor onze

     assistent.

    We need a uniform for our assistant.

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

6. Die grootouders kunnen hun stoel niet vinden. Kun jij ze helpen?

    Those grandparents can’t find their seat. Can you help them?

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

7. Is jouw naam Jessy? Ja, maar ze noemen me
   Jess.

    Is your name Jessy? Yes, but they call me Jess.

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

8. Deze toetsen(=tests) zijn moeilijk dus oefen ik
     veel(=a lot).

    These tests are difficult so I practise a lot.

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

9. Het is waar dat Chloé niet verlegen is.

   It is/It’s true that Chloé isn’t shy.

  

Translate the sentence

max. 2,5 fouten per zin

10. Emma is nieuw op(=at) deze school. Kunnen jullie haar

       rondleiden?

       Emma is new at this school. Can you show her around?