fase 1 - periode 1 - les 7a

fase 1 - periode 1 - les 7a

Doelen

- Je leert hoe je intensief luistert naar een luisterfragment

- Je weet waar je op moet letten bij luisteren

- Vooraf kan je je oriënteren op een luisterfragment

Oriënteren op gesproken tekst

- Je denkt na wát je al weet over het onderwerp

- Je gaat bedenken wat je verwacht dat er wordt verteld over het onderwerp

- Je bedenkt welke nieuwe elementen er in het fragment naar voren zullen komen

Intensief luisteren

- Je luistert intensief door te letten op signaalwoorden

- Je maakt aantekeningen tijdens het luisteren

- Zorg ervoor dat je geconcentreerd bent en in een rustige omgeving luistert

Intensief luisteren

- De presentator kondigt het onderwerp aan

- De presentator kondigt eventuele deelonderwerpen aan

- De presentator maakt gebruik van signaalwoorden, let hierbij op de functies van de signaalwoorden

Intensief luisteren

Aantekeningen:

- kort & bondig

- duidelijk en herleidbaar

- woorden, symbolen, tekeningen of mindmappen: kies jouw persoonlijke voorkeur

Luisteropdracht

https://www.universiteitvannederland.nl/podcast/hoe-kan-dierentinder-bedreigde-diersoorten-redden
 

óf

https://open.spotify.com/episode/63ToyHogXmy9uS43AMmehW

Welke 2 redenen worden genoemd waarom het belangrijk is voor dieren om de juiste partner te vinden?

Waarom komt inteelt steeds meer voor bij dieren in het wild?

1. Door de klimaatverandering krijgen dieren andere voorkeuren
2. Er zijn te weinig dieren in het wild om inteelt te voorkomen
3. Familieleden trekken elkaar vaak aan
4. De verzuring van de grond speelt een belangrijke rol

Kunnen dieren uit de dierentuin teruggeplaatst worden?

1. Ja
2. Nee
3. Daar krijg je geen duidelijk antwoord op
4. Nee, tenzij het dier qua gedrag geschikt is

Wie is de stamboekhouder van de Aziatische olifant?

1. Jeroen Kappelhof van diergaarde Blijdorp
2. Geen van beide
3. Ze zijn gedeeld stamboekhouder
4. Mirte Bosse (Wageningen-University)

Hoe komt het dat Aziatische olifanten genetisch dichter bij de mammoet liggen dan bij Afrikaanse olifanten?

1. Ze hebben beide heel andere voorouders
2. Ze zijn allebei te lang van elkaar gescheiden zonder enig contact
3. Klop niet helemaal, want het wordt als mogelijkheid genoemd, niet als zekerheid
4. Hier krijg je geen antwoord op in het fragment

In Blijdorp staan alleen...

1. Borneo-olifanten
2. Sri-Lanka-olifanten
3. Sumatraolifanten
4. vasteland olifanten

Waarom hebben stropers de Rüppelsgieren vergiftigd?

1. Door het vergiftigen van de gieren kunnen stropers zelf meer dieren doden
2. Gieren eten het geschoten wild op voor de stropers de dieren op kunnen halen
3. Gieren verraden waar de door stropers geschoten dieren liggen
4. Gieren laten door hun geur een spoor achter die makkelijk te achterhalen is

Is de date van de olifanten gelukt?

1. Dat maak je niet op uit het fragment
2. Nee
3. Ja
4. Dat hangt van de toekomst af, kan je nu nog niet zeggen

Opdrachten

2F – luisteren – opbouwopdrachten – intensief luisteren – opdracht 1 en 2

2F – luisteren – opbouwopdrachten - oriënteren op gesproken tekst – opdracht 1 en 2