B1A Nederlands onderdeel Lezen Blok 5

Wat gaan we deze les doen?

-Lezen Blok 5 (in je boek blz. 205 t/m 211)
- Doelen van deze les
- Theorie
- Opdrachten maken
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen?

-Lezen Blok 5 (in je boek blz. 205 t/m 211)
- Doelen van deze les
- Theorie
- Opdrachten maken

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze les

Aan het einde van deze les:

-kun je van een tekst aangeven of het tekstdoel 
overtuigen is.
-weet je waar je de kernzin van een alinea kunt vinden


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

0

Slide 4 - Video

Kernzin
Je leert de kernzin in een alinea te vinden: de zin met de belangrijkste informatie. Het is een kleine samenvatting van de alinea.
- eerste zin van een alinea
- laatste zin van een alinea
(- soms de tweede zin van een alinea)

Voorbeeld 
De volgende tekst is een alinea uit een nieuwsbericht met de titel ‘Happy met Happy Meals’. 
Wat is de belangrijkste zin van deze alinea?




Slide 5 - Tekstslide

Waar kun je de kernzin vaak vinden?
A
eerste zin of tweede zin
B
tweede zin of derde zin
C
eerste zin of laatste zin
D
tweede zin of laatste zin

Slide 6 - Quizvraag

Hoofdzaken
Bijzaken
Belangrijkste informatie.
Minder belangrijke informatie.

Slide 7 - Sleepvraag

Wat is de kernzin in de tekst hiernaast?

Slide 8 - Open vraag

0

Slide 9 - Video

Noem 5 tekstdoelen:

Slide 10 - Open vraag

Tekstdoelen en tekstsoorten

Slide 11 - Tekstslide

Wat wordt er bedoeld met het tekstdoel?
A
Voor wie de tekst bedoeld is.
B
Dat ik -u- en -jij- gebruik in mijn tekst.
C
Waarom de schrijver de tekst schrijft.
D
Waar de tekst vandaan komt.

Slide 12 - Quizvraag

Een advertentie hoort bij het tekstdoel:
A
Activeren
B
Amuseren
C
Informeren
D
Overtuigen

Slide 13 - Quizvraag

Een strip hoort bij het tekstdoel:
A
Informeren
B
Amuseren
C
Instrueren
D
Overtuigen

Slide 14 - Quizvraag


Wat is het belangrijkste

TEKSTDOEL van deze tekst?
A
Informeren
B
Overhalen
C
Amuseren
D
Activeren

Slide 15 - Quizvraag


Wat is het belangrijkste

TEKSTDOEL van deze tekst?
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Amuseren
D
Instrueren

Slide 16 - Quizvraag


Wat is het belangrijkste TEKSTDOEL bij deze tekst?
A
Informeren
B
Activeren
C
Amuseren
D
Overtuigen

Slide 17 - Quizvraag

Tekstdoel - overtuigen (1)
Je leert een nieuw tekstdoel: overtuigen.
De schrijver laat zien dat zijn mening juist is.

Je hebt tot nu toe vier tekstdoelen geleerd: informeren, amuseren, overhalen en uitleg geven. Nu komt er een vijfde tekstdoel bij. Als de schrijver van een tekst zijn mening geeft en vertelt waarom hij dit vindt, is het tekstdoel overtuigen.




Slide 18 - Tekstslide

Tekstdoel - overtuigen (2)
Een tekst waarin de schrijver zijn mening geeft over bijvoorbeeld een concert, boek of film, wordt een recensie genoemd. 
Recensies staan in kranten en tijdschriften. Op internet worden recensies ook wel reviews genoemd.

-> Opdracht: zoek een recensie van je leesboek op internet. 

Slide 19 - Tekstslide

Wat is een tekstvorm van een overtuigende tekst?
A
nieuwsbericht
B
songtekst
C
recept
D
recensie

Slide 20 - Quizvraag

Tekstdoelen

Slide 21 - Tekstslide


Je schrijft een mooi liefdesliedje.
A
overtuigende tekst
B
amuserende tekst
C
aansporende tekst
D
informerende tekst

Slide 22 - Quizvraag


Je schrijft een recensie over die nieuwe voetbalgame.
A
overtuigende tekst
B
amuserende tekst
C
aansporende tekst
D
informerende tekst

Slide 23 - Quizvraag

Je vertelt iets nieuws in een nieuwsbericht.

A
overtuigende tekst
B
amuserende tekst
C
aansporende tekst
D
informerende tekst

Slide 24 - Quizvraag

Je schrijft een advertentie om je oude skateboard te verkopen.
A
overtuigende tekst
B
amuserende tekst
C
aansporende tekst
D
informerende tekst

Slide 25 - Quizvraag

Einde 
Je bent nu klaar met de opdrachten van Lezen Blok 5.

Als je nog vragen hebt dan stuur je een berichtje via TEAMS naar mevrouw Steenbakkers.

Slide 26 - Tekstslide