Faalangst

Faalangst
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Faalangst

Slide 1 - Tekstslide

Wat is faalangst?









Faalangst is bang zijn om te falen. Een moeilijk proefwerk, een presentatie of een wedstrijd zijn enkele voorbeelden. 

Faalangst in de angst dat je niet voldoet aan de gesteld  verwachtingen. 

Hoe ontstaat faalangst? 
Elk individu reageert anders in situaties waar gepresteerd moet worden. Factoren als persoonlijkheid, opvoeding en stress spelen hierbij een rol.  

Slide 2 - Tekstslide

kenmerken en verschijningsvormen in de klas 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide


Motorische faalangst



Motorische faalangst is een gevolg van cognitieve faalangst.  Denk hier aan een les gym. Door de angst kan het uitvoeren van lichamelijke handelingen geblokkeerd wordt. Motorische faalangst komt vooral voor bij vakken zoals LO, tekenen en handarbeid.

Soorten faalangst: cognitief, motorisch- en sociaal 

Slide 5 - Tekstslide

Cognitief faalangst:


Cognitieve faalangst kan nog in 2 groepen worden onderverdeeld: actieve faalangst en passieve faalangst (Horeweg, 2015, pp. 198).

Slide 6 - Tekstslide


Actieve faalangst


 Bij een toenemende hoeveelheid van de leerstof, lopen deze kinderen vast (Horeweg, 2015)



Slide 7 - Tekstslide

Passieve faalangst 

Slide 8 - Tekstslide

Sociale faalangst


Sociale faalangst komt voort uit de angst om afgewezen of negatief beoordeeld te worden door  klasgenoten (Horeweg, 2015,)

 

Slide 9 - Tekstslide

Begeleiden van leerlingen met faalangst:





Slide 10 - Tekstslide

Vandaag

Slide 11 - Tekstslide

Vragen of opmerkingen? 
Neem gerust contact met mij op!
leila.daufenbach@gmail.com

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Programma:

3.1 Regionale beeldvorming
3.2 Landschappen
3.3 Klimaten
3.4 Bevolking: spreiding, samenstelling en groei.
3.5 Welvaart en welzijn
3.6 Ontwikkeling van de economie
3.7 Economische integratie en infrastructuur
3.8 Politieke ontwikkelingen
3.9 Vergelijking van Zuid-Amerika en Zuidoost-Azie: Sociaal-cultureel
3.10 Vergelijking van Zuid-Amerika en Zuidoost-Azie: sociaal-economisch



H3. Zuid-Amerika

Slide 14 - Tekstslide

Theorie §1

Slide 16 - Tekstslide

Vandaag
  • §1: Regionale beeldvorming Zuid- Amerika
  • Stereotypes Zuid-Amerika
  • 'Mental Map'

Slide 17 - Tekstslide

Beeldvorming
Een stereotype is een beeld dat mensen van een onbekend gebied hebben, gebaseerd op vooroordelen.

Stereotypes ontstaan door perceptie (de manier waarop je op basis van juiste of onjuiste informatie de werkelijkheid inkleurt).

Slide 18 - Tekstslide

Pak je telefoon. En ga naar de website:

student.lessonup.io

Vul de code          in

Slide 19 - Tekstslide

Welke vooroordelen
heb je over Z.-A.?

Slide 20 - Woordweb

Stereotypes Zuid-Amerika
  • Indianen
  • Katholiek
  • Spaans
  • Armoede
  • Sloppenwijken
  • Corruptie
  • Geweld / drugs

Slide 21 - Tekstslide

Hoeveel procent van de populatie van Z.-A. is 'Indiaan' (native American)?
A
Minder dan 10%
B
Tussen de 10% - 30%
C
Tussen de 30% - 50%
D
Meer dan 50%

Slide 22 - Quizvraag

Indianen
“Indianen” (native Americans) 8% populatie. Grote verschillen per land. Minderheid geworden door oorlog, ziektes, komst van de Europeanen.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Katholiek
Katholiek: ja. Maar:
  • Ca 10-40% protestanten
  • Diverse andere religies
  • Tot 40% niet-religieus
  • Religie speelt vooral een rol 
in tradities, feesten etc. 

Slide 25 - Tekstslide

In hoeveel van de 13 landen in Z-A spreekt men Portugees
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 26 - Quizvraag

Geweld
Moord per 
100.000 inwoners:
Hoog, maar per 
land verschillend.

Slide 27 - Tekstslide

In welk land is de meeste corruptie?
A
Brazilië
B
Colombia
C
Peru
D
Uruguay

Slide 28 - Quizvraag

Drugs
Veel handel. 

Slide 29 - Tekstslide

Armoede & sloppenwijken
Grote sociale ongelijkheid (bron 3)
.
Per land % mensen in sloppenwijken 
verschillend.

Slide 30 - Tekstslide

Geografische beeldvorming & mental map
Aardrijkskunde is er voor geografische beeldvorming (= een beeld van een gebied op basis van controleerbare informatie over de ligging van het gebied, de ruimtelijke kenmerken ervan en de samenhang daartussen).

> Opgeslagen in ‘mental map’ (= ruimtelijke beeld dat een persoon van een bepaald gebied in zijn hoofd heeft opgeslagen).

Slide 31 - Tekstslide

Z-A in de media
Van:
  • instabiele landen
  • corrupte landen
  • grote sociale ongelijkheid

Naar:
  • politiek stabiele landen
  • sociaal stabiele landen

Slide 32 - Tekstslide

Welk begrip uit de paragraaf past het best bij de tekening? 
Sleep dit begrip naar het plaatje.
Geografisch beeld
Mental map
Stereotyp beeld

Slide 33 - Sleepvraag

Welk begrip uit de paragraaf past het best bij de tekening? Sleep dit begrip naar het plaatje.
Geografisch beeld
Mental map
Stereotyp beeld

Slide 34 - Sleepvraag

Vanuit welke dimensie is de tekening vooral opgebouwd?
Politiek
Sociaal
Ecologisch
Economisch
Cultureel

Slide 35 - Sleepvraag

Leg je telefoon weg (diep in je tas / telefoontas)

Slide 36 - Tekstslide

Voorkennis testen: je eigen mental map maken

Slide 37 - Tekstslide

Voorbeelden mental maps

Slide 38 - Tekstslide

Je eigen mental map van Zuid-Amerika
Teken op een gewoon vel papier je eigen mental-map van Zuid-Amerika.
Hoe groot is het continent?
Welke landen liggen er in?
Hoe groot zijn deze landen?
Geef met woorden/tekeningen, etc. aan wat kenmerkend is voor een bepaald land.
timer
8:00

Slide 39 - Tekstslide

Inkomensverdeling Zuid-Amerika
  • Het totale BNP van heel Zuid-Amerika bedraagt 6.380.000.000.000 euro per jaar
  • Overleg met je land hoe groot jullie deel van de ‘taart’ moet zijn (in %).

timer
6:00

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Groepsopdracht
timer
25:00

Slide 43 - Tekstslide

Verwerken: 3.1

  • Wat? Maken intro & 3.1
  • Intro: opdr 3,4,5 (blz 46 + 57) 3.1: 1,4,5,6
  • Klaar? Samenvatten 3.1
timer
25:00

Slide 44 - Tekstslide

wraps met kip/ perzik en coleslaw
wrap nutella

Slide 45 - Tekstslide