do 14 mei 2020 HV

Donnerstag, der vierzehnte Mai 2020
Ziel(doel): Ik weet de leerdoelen van Lektion 5 zijn en kan het verschil uitleggen van de tijdsbepalingen

  • tijdsbepaling: im, am, von, um en bis uitleggen en kloktijden herhalen 
  • beantwoord de 2 vragen in de presentatie en stuur een schermafbeelding in Teams.
  • Je gaat verder werken aan Lektion 5  van Kapitel 4. deadline is 24 mei 
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Donnerstag, der vierzehnte Mai 2020
Ziel(doel): Ik weet de leerdoelen van Lektion 5 zijn en kan het verschil uitleggen van de tijdsbepalingen

  • tijdsbepaling: im, am, von, um en bis uitleggen en kloktijden herhalen 
  • beantwoord de 2 vragen in de presentatie en stuur een schermafbeelding in Teams.
  • Je gaat verder werken aan Lektion 5  van Kapitel 4. deadline is 24 mei 

Slide 1 - Tekstslide


info/filmpjes/plaatjes/vragen die horen bij deze les: 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

vragen , die je beantwoord en aan mij stuurt via Teams door een schermafbeelding
TEA

Slide 4 - Tekstslide

Wat heb ik geleerd van Lektion 1 tm 4?

Slide 5 - Open vraag

Wat snap je nog niet van Kapitel 4?

Slide 6 - Open vraag


leerdoelen+ plaatjes voor Kapitel 4

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Grammaticaoverzicht en filmpjes van 
Kapitel 4

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Stappenplan naamvallen
1. Check voorzetsels en werkwoorden en bepaal de naamval
2. bepaal het geslacht van het woord achter de vz/ ww
3. ga de zin verder ontleden als er geen voorzetsel in staat
gebruik hiervoor bijv. HIJ/HEM/AAN HEM
4.  bepaal het geslacht van het woord
5. Kijk in het schema voor de uitgang (let goed op of het woord, dat je moet invullen bij de DER-groep of EIN-groep hoort) 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

Grammaticaoverzicht + filmpjes van/bij Kapitel 3 komen hierna
algemene tips

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

0

Slide 27 - Video

0

Slide 28 - Video

0

Slide 29 - Video

0

Slide 30 - Video

0

Slide 31 - Video

0

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Slide 34 - Tekstslide