Examen Nederlands
1 / 20
Lesduur is: 25 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wat voor een drogreden is dit: ‘Groningers zijn zuinig.’
A
autoriteit
B
overhaaste vergelijking
C
ontduiken van bewijslast
D
cirkelredenering.
Slide 3 - Quizvraag
Welke drogreden?
Ik weet zeker dat het zo is! 'De professor zei het zelf'.
Ik weet zeker dat het zo is! 'De professor zei het zelf'.
A
Vals dilemma
B
vertekenen van het standpunt
C
Autoriteit
D
ontduiken van bewijslast
Slide 4 - Quizvraag
Drogreden? 'Dat rapport is geschreven door Jansen van de Shell' . Is dat niet die man die onlangs in het nieuws kwam wegens belastingontduiking?
A
Ontduiken bewijslast
B
Persoonlijke aanval
C
Bespelen van het publiek
D
Vals dilemma
Slide 5 - Quizvraag
''Ik vind dat medisch specialisten te veel verdienen''. Dus je bent het met me eens dat hun tarieven drastisch omlaag moeten!
A
Onjuist beroep op autoriteit
B
Overhaaste generalisatie
C
Onjuist beroep op kenmerk
D
Vertekenen van een standpunt
Slide 6 - Quizvraag
Of je voedt kinderen streng op met het gevolg dat ze gefrustreerd raken of je laat ze vrij met het gevolg dat ze volledig ontsporen.
A
Vals dilemma
B
Overdrijven van voor- of nadelen
C
onjuist beroep op oorzaak en gevolg
D
Bespelen van het publiek
Slide 7 - Quizvraag
Dit kabinet heeft zijn langste tijd gehad. Dat zal iedereen met mij eens zijn.
A
Cirkelredenering
B
Bespelen van het publiek
C
Ontduiken van bewijslast
D
Onjuist beroep op autoriteit
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Video
Wat is een nuancering?
Slide 10 - Woordweb
Wat is een relativering?
Slide 11 - Woordweb
Slide 12 - Video
Leg het verschil tussen aanleiding en constatering uit in eigen woorden. Geef daarbij een voorbeeld.
Slide 13 - Open vraag
Wat is een bezwaar?
Slide 14 - Woordweb
Een argumentatie is niet aanvaardbaar als
A
de argumenten consistent zijn
B
op zichzelf aanvaardbaar en relevant zijn
C
de argumenten samen ontoereikend zijn
D
de bron is deskundig
Slide 15 - Quizvraag
Welk stijlmiddel? Op 4 en 5 mei hadden we beter gratis poffertjes kunnen uitdelen; dat had evenveel geholpen als die prachtige toespraken van de afgelopen zeventig jaar.
A
Ironie
B
Sarcasme
C
Hyperbool
D
Eufemisme
Slide 16 - Quizvraag
De kroning van prins Charles zal wel een aardig duitje gekost hebben.
A
Ironisch
B
Sarcasme
C
Hyberbool
D
Understatement
Slide 17 - Quizvraag
Bij de kroning van prins Charles keek de hele wereld toe.
A
Sarcasme
B
Hyperbool
C
Ironie
D
Understatement
