T5 B6 V

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

B6 Regeling

• Zitten
• Spullen op tafel

       Boek, schrift, laptop

• Tas van tafel
• Lees blz. 126 t/m 128

Kennen/Kunnen

• Je kunt de verschillende hormoonklieren opnoemen.
• Je kunt de verschillen tussen hormonen en zenuwen benoemen.
• Je kunt uitleggen wat de voordelen en nadelen zijn van hormonen en zenuwen.
• Je kunt de effecten van insuline, glucagon en adrenaline benoemen.

Wat gaan we doen?

• Herhalen
• Wat zijn/doen hormonen?
• Verschil hormonen/zenuwen
  
• Glucose in het bloed
• Tijd voor hw
  
• Afsluiten

Een vogel zoekt naar wormen, omdat hij honger heeft.
Wat klopt hierbij?

1. Eten zoeken = inwendige prikkel Honger = respons
2. Eten zoeken = uitwendige prikkel Honger = respons
3. Honger = inwendige prikkel Eten zoeken = respons
4. Honger = uitwendige prikkel Eten zoeken = respons

Motivatie kan de reactie op een bepaalde prikkel veranderen. Bedenk een situatie waardoor de respons op een prikkel anders kan zijn door motivatie

Bij je zintuigen ontstaan impulsen in bepaalde delen van het orgaan. Welk antwoord bevat alleen maar delen waar impulsen ontstaan?

1. lens, trommelvlies
2. slakkenhuis, netvlies
3. netvlies, trommelvlies
4. lens, slakkenhuis

Wat zijn hormonen?

• Signaalstofjes gemaakt in hormoonklieren
• Hormonen gaan via bloed door het lichaam
• Hormonen regelen allerlei processen

Hk

Kl

Hormonen of zenuwen

Hormonen	Zenuwen
Veroorzaken langdurige effecten	Veroorzaken korte effecten
Duurt vaak lang voor effect merkbaar is	Effect is bijna direct
Stuurt meestal andere klieren aan	Stuurt meestal spieren aan
Vaak processen aan waar je zelf niet over na denkt	Vaak processen aan waar je wel over na denkt

Na het eten gaat de maag maagzuur aanmaken om eten te verteren.
Dit wordt geregeld door

1. Zenuwen
2. Hormonen

Tijdens het eten, kauw je het eten fijn met je tanden.
Dit wordt geregeld door

1. Zenuwen
2. Hormonen

Na het eten voel je dat je naar de wc moet. Je gaat op de wc zitten en ...
Dit wordt geregeld door

1. Zenuwen
2. Hormonen

Glucoseregeling

• Bloed bevat glucose > Bloedsuikerspiegel
• De hoeveelheid glucose wordt geregeld door 2 hormonen.
• Te veel glucose > Insuline > laat glucose dalen
• Te weinig glucose > Glucagon > laat glucose toenemen
• Eilandjes van langerhans maken deze hormonen

Iemand heeft veel snoep gegeten. Een tijdje later is dit snoep opgenomen in het bloed. Welk hormoon zal nu veel worden aangemaakt?

1. Insuline
2. Glucagon

Adrenaline

• Gemaakt in bijnieren
• Wanneer je boos bent/ bang bent/ schrikt
• Effecten

1. Meer glucose in bloed
2. Hart klopt sneller
3. Ademhaling sneller

• Enige snel en kortwerkende hormoon 

Ga aan de slag met:

• Lezen blz. 126 t/m 128
  
• Maken Opdr. 1 t/m 10  blz. 128-132

Klaar met het bovenstaande?

• Verder werken/lezen
• Samenvatten
• Ander huiswerk
• Boek lezen

Zs = Werken in stilte

• Geen vinger opsteken
• Aan het werk
• Stil en stoor niemand
• Blijf op je plek

Ga aan de slag met:

• Lezen blz. 126 t/m 128
• Maken Opdr. 1 t/m 10 blz. 128-132

Klaar met het bovenstaande?

• Verder werken/lezen
• Samenvatten
• Ander huiswerk
• Boek lezen

Zf = Werken met fluisteren

• Geen vinger opsteken
• De docent komt langs
• Aan het werk
• Fluister alleen met de persoon naast je
• Blijf op je plek