Taalontwikkeling en VE Bijeenkomst 1

Een nieuwe module
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les

Een nieuwe module

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
1. Even terugkijken
2. Taalontwikkeling
3. Wat en waarom van VE
4. Doelgroep en gewicht regeling
5. IKK
6. Kindcentra 2020
7. Meertaligheid
8. Podcast

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Taalontwikkeling

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

V(V)E
Voor kinderen tussen de twee en een half tot vier jaar worden de VVE-programma’s aangeboden op de dagopvang of peuteropvang (voorschoolse educatie). Voor kinderen vanaf vier jaar worden de programma’s aangeboden in groep 1 en groep 2 van de basisschool (vroegschoolse educatie). In de kinderopvang spreken we daarom meestal over VE in plaats van VVE. Door de extra ondersteuning nemen (taal)achterstanden af en maken kinderen een betere start op de basisschool.

Slide 10 - Tekstslide

Ontwikkelingsgebieden
Taalstimulering / Rekenontwikkeling / Sociaal emotionele ontwikkeling / Motorische ontwikkeling
VE gaat ook over:
Ouderbetrokkenheid
Groepsmanagement
Spelbegeleiding

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Voor wie is VE
In de wet is vastgelegd dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor voorschoolse educatie. 
De gemeente bepaalt welke kinderen in aanmerking komen voor VE. 
Over het algemeen wordt op het consultatiebureau bekeken of een peuter extra ondersteuning nodig heeft (indiceren). Het kan per gemeente verschillen welke kinderen gebruik mogen maken van voorschoolse educatie.

Slide 13 - Tekstslide

Bestuursafspraken G37
Op 12 maart 2012 heeft de minister van OCW afspraken gemaakt over de kwaliteitsimpuls "VVE", schakelklassen en zomerscholen.
Denk daarbij aan: 
1. aanbod en bereik van kinderen
2. HBO'er op de groep (coach op de groep, leidende rol)

Slide 14 - Tekstslide

Vervolg afspraken
3. Ouderbetrokkenheid
4. Resultaatafspraken i.s.m het basisonderwijs
5. 3F taal
6. Opbrengstgericht werken
7. Doorgaande lijn

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Tussen de 6 wk en 4 maanden gaat de baby vocaliseren, wat is dat?

Slide 17 - Open vraag

Wat betekent prelinguale of preverbale fase?
A
Als een kind al praat
B
Voordat het kind praat
C
Als kinderen heel vroeg gaan praten
D
Als kinderen pas laat gaan praten

Slide 18 - Quizvraag

De linguale ofwel talige fase bestaat uit 3 fasen, welke hoort er NIET bij?
A
Voltooiingsfase
B
Experimentatiefase
C
Vroeglinguale fase
D
Differentatiefase

Slide 19 - Quizvraag

Een kind gebruikt de woorden; poes, mama, aap. Dit zijn woorden die horen bij...
A
Passieve woordenschat
B
Denkbeeldige woordenschat
C
Actieve woordenschat
D
Taalgebruik van het kind

Slide 20 - Quizvraag

Een kind (2 jaar) gebruikt een tweewoordzin, in welke taalfase zit dit kind?
A
De prelinguale fase
B
De voltooiingsfase
C
De differentiatiefase
D
De vroeglinguale/ vroegtalige fase

Slide 21 - Quizvraag

Woorden die je begrijpt, maar nog niet zelf gebruikt.
A
Je onzekere woordenschat
B
Passieve woordenschat
C
Receptieve woordenschat
D
Actieve woordenschat

Slide 22 - Quizvraag

Prelinguale (voortalige) fase
Vroeglinguale fase
Differentiatiefase
Voltooiingsfase
Betekenissen verkeerd gebruiken
Kind beheerst moedertaal
Een en twee woordzinnen
Huilen, vocaliseren, vocaal spel

Slide 23 - Sleepvraag

Slide 24 - Video

Wanneer ben je meertalig?

Slide 25 - Tekstslide

Meertalig opgroeien
Welke talen kom je tegen 
  • op school
  • op je stage
  • in je thuissituatie

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Stellingen
1. Respect voor autonomie betekent dat je het kind loslaat zodat het zich kan ontplooien
2. Sensitief responsief zijn betekent dat je altijd moet inspelen op behoeften van het kind.
3. Structureren en grenzen stellen is voorwaardelijk voor alle andere interactievaardigheden.

Slide 28 - Tekstslide

Stellingen 2
4. Praten en uitleggen hoef je nog niet met baby's te doen
5. Ontwikkelingsstimulering moet je altijd goed voorbereiden
6. Begeleiden van interacties betekent werken aan het voorkomen van ruzie.

Slide 29 - Tekstslide

Korte beschrijving programma's
Kaleidoscoop: vooruitkijken, speel-werken, terugkijken
KO-totaal: maak gebruik van een pop
Piramide: introduceer een nieuw thema door op pad te gaan
Speelplezier: geef een voorstelling, maak theater
Sporen: documenteer met beeldend materiaal
Startblokken: speel mee en wissel bewust van rol

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Slide 32 - Video