2TH BS3.2 Bloedsomloop 2023

2 minuten voordat de les begint
  • jassen uit
  • telefoon in hotel
  • boek en schrift op tafel
  • mondjes dicht
timer
2:00
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

2 minuten voordat de les begint
  • jassen uit
  • telefoon in hotel
  • boek en schrift op tafel
  • mondjes dicht
timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weten we nog?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noemen we het water met opgeloste stoffen in het bloed?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van rode bloedcellen?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van witte bloedcellen?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van bloedplaatjes?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bonus!
Fibrinogeen is een plasma-eiwit. In welk deel in het bloed zit het?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les kunnen wij...
... drie typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies.
... in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen.
... de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedvaten
3 soorten bloedvaten:
  • slagaders,
  • haarvaten,
  • aders.

Het hart pompt bloed door de bloedvaten.

De namen van de bloedvaten komen vaak van de organen waar ze naartoe of vandaan lopen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar in het lichaam, denk je, vind je de meeste aders?
A
Diep verstopt in het lichaam
B
Vooral buiten de organen, onder de huid

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Proefje
Probeer een ader op je hand plat te drukken. 
Ga met je vinger van boven naar de vingers en laat los. 
De ader vult zich weer met bloed.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen slagaders en aders?
A
Aders hebben een dikke gespierde wand
B
Aders hebben een dunne wand
C
Slagaders hebben een dikke gespierde wand
D
Het antwoord is B en C

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kunnen haarvaten wel dat de andere twee bloedvaten niet kunnen?
A
Zij zijn heel dik en kunnen grote druk aan
B
Zij zijn over al in het lichaam te vinden
C
De wand is heel dun waardoor stofwisseling plaats vindt
D
Hebben kleppen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bloedvatenstelsel
Bestaat uit:
  • hart
  • bloedvaten
De weg die het bloed aflegt in het lichaam noemen we bloedsomloop

Slide 15 - Tekstslide

https://www.zygotebody.com/#
Uitzonderingen
1. In slagaders zuurstofrijk bloed BEHALVE in de LONGSLAGADER.

2. POORTADER: bloed gaat van dunne darm naar lever en NIET meteen naar het hart terug. Dat komt door de voedingsstoffen. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

longslagader
longader
Rechterkant hart
linkerkant hart

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

alle andere organen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doen de rode bloedcellen in de kleine bloedsomloop?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom wordt de grote bloedsomloop ook dubbele bloedsomloop genoemd?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Harttussenwand

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloed komt hier het lichaam binnen! 
Rechterboezem

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werken aan opdrachten
Maak online in BS3.2 volgende opdrachten:
1, 2, 3
5, 6, 7
klaar? 
Maak de 'test jezelf' van BS3.1

timer
30:00

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoort het hart bij het bloedvatenstelsel?
A
ja
B
nee

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De kleine bloedsomloop gaat naar.....
A
alle organen van het lichaam
B
de longen

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een dubbele bloedsomloop gaat het bloed.......
A
2x door de longen
B
2x door het hart
C
2x door alle organen

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

A noemen we ......
A
rechterboezem
B
rechterkamer
C
linkerboezem
D
linkerkamer

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke kant van het hart en de bloedsomloop is zuurstofrijk?
A
rechterkant
B
linkerkant
C
allebei de kanten
D

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk
BS 3.3 De bloedsomloop lezen
opdrachten maken


Vergeet niet te lezen!!!

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  1. Gaat bij de dubbele bloedsomloop 2x door de longen?
  2. Hoe noemen we de bovenste delen van het hart?
  3. Neemt het bloed zuurstof op in de longen bij de grote bloedsomloop?

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alle opdrachten klaar?
Als ik zie dat je alle opdrachten hebt, krijg je 0,2punten voor op het PW.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies