220921 1D Thema Prinsjesdag

1E: Prinsjesdag
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1E: Prinsjesdag

Slide 1 - Tekstslide

WAT GAAN WE DOEN?
  • Boek lezen
  • Quiz Prinsjesdag

Slide 2 - Tekstslide

LESDOEL
Aan het einde van de les ken je:
  • begrippen die horen bij Prinsjesdag

Slide 3 - Tekstslide

VOLGORDE LES VANDAAG
  • Lestijd 2e uur: 12:25 - 13:15
  • 12:25 - 012:30 Welkom
  • 12:30 - 12:40 Lezen in leesboek
  • 12:40 - 13:00 Quiz Prinsjesdag
  • 13:00 - 13:10 Maken huiswerk    opdracht 4 en 5  blz.118 NN
  • 13:10 - 10:15 Afsluiting les + Plenda

Slide 4 - Tekstslide

LEZEN IN JE LEESBOEK
timer
10:00

Slide 5 - Tekstslide

2020
De man van mevr. Doek

Slide 6 - Tekstslide

LUCKY TV 
Lucky TV maakt grappen over het koningshuis... Kijk maar eens naar het volgende filmpje (en alvast excuses voor het scheldwoord).

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Prinsjesdag
Op Prinsjesdag leest de koning de troonrede voor en presenteert de minister van Financiën de Rijksbegroting. 

Slide 9 - Tekstslide

Prinsjesdag vindt plaats in Den Haag. Wat is de naam van deze stad in straattaal?
A
Agga
B
Damsco
C
Siffa
D
Apra

Slide 10 - Quizvraag

Prinsjesdag staat bol van het ceremonieel. Wat betekent ceremonieel?
A
de gebruikelijke plechtigheden
B
de aankleding van de zaal
C
de toespraken die gehouden worden
D
de overleggen in het parlement

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Wat betekent het spreekwoord 'Met je hoed in je hand kom je door het ganse land.' - Je kunt veel bereiken met....
A
brutaliteit
B
beleefdheid
C
slimheid
D
kennis

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Hoe opent de koning zijn speech? 'Leden van de...'
A
statengeneraal
B
Statengeneraal
C
Staten Generaal
D
Staten-Generaal

Slide 15 - Quizvraag

Wie zijn de leden van de Staten-Generaal?
A
Leden van de Eerste en Tweede Kamer
B
Leden van de Tweede Kamer
C
Leden van het kabinet
D
Leden van de Eerste Kamer

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een andere naam (synoniem) voor de Staten-Generaal?
A
Kabinet
B
Regering
C
Senaat
D
Parlement

Slide 17 - Quizvraag

Wat is een andere naam (synoniem) voor de Eerste Kamer?
A
Kabinet
B
Regering
C
Senaat
D
Parlement

Slide 18 - Quizvraag

Wie is de huidige minister van Financiën?
A
Dennis Wiersma
B
Sigrid Kaag
C
Mark Rutte
D
Kajsa Ollongren

Slide 19 - Quizvraag

Sigrid Kaag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Wat is een synoniem voor financiën?
A
geldzaken
B
economie
C
kabinetszaken
D
bankwezen

Slide 22 - Quizvraag

Hoe noem je de regeringsverklaring die de koning voorleest?
A
miljoenennota
B
begroting
C
troonrede
D
koningsspeech

Slide 23 - Quizvraag

Troonrede
In de Troonrede geeft de regering in algemene bewoordingen aan wat het regeringsbeleid zal zijn voor het komende jaar. 

De koning leest de Troonrede voor. 

Slide 24 - Tekstslide

Wat betekent het spreekwoord 'Iemand van de troon stoten'?
A
Iemand is dronken
B
Iemand van een stoel duwen
C
Iemand zijn of haar macht afpakken
D
Biljartterm voor het spel winnen

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de Rijksbegroting?
A
De inkomsten en uitgaven van de ministeries.
B
De inkomsten en uitgaven van gemeenten.
C
De inkomsten en uitgaven van alle gezinnen.
D
De hoogte van de belasting.

Slide 26 - Quizvraag

Rijksbegroting
De Rijksbegroting bestaat uit de begrotingsvoorstellen van alle ministeries. Er staat hoeveel geld elk ministerie krijgt en welke uitgaven zij het komende jaar verwachten. 

De Rijksbegroting geeft antwoorden op vragen:
  • Wat willen we bereiken?
  • Wat gaan we daarvoor doen?
  • Wat gaat dat kosten?

Slide 27 - Tekstslide

Hoe noem je de toelichting (samenvatting) van de Rijksbegroting?
A
troonrede
B
miljoenennota
C
financiële opsomming
D
wetsvoorstel

Slide 28 - Quizvraag

Wie brengt het koffertje met de miljoenennota naar de Tweede Kamer
A
de minster-president
B
de minister van Financiën
C
de koning
D
de voorzitter van de Tweede Kamer

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Wat vind jij belangrijk om geld aan uit te geven?
Veiligheid
Milieu
Werk
Vervoer
Woningen
Ouderen
Sport
Cultuur
Jongeren
Zorg

Slide 31 - Poll

Wat zou jij doen? 
Verdeel het geld over de onderwerpen. 
Zorg
Veiligheid
Onderwijs
Werkgelegenheid
10 miljoen
3 miljoen
2 miljoen
5 miljoen

Slide 32 - Sleepvraag

Prinsjesdag

Slide 33 - Woordweb

HUISWERK
Maken: opdracht 2 p.246 en bezig met de folder.



Woordenschrift elke donderdag!





Slide 34 - Tekstslide