3th 17-2 zelfstandig

1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wednesday March ninth
Skills test unit 3 and 4

listening
reading
writing

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide


A
parents's
B
parent
C
parents
D
parents'

Slide 5 - Quizvraag


A
fright
B
frightened
C
make
D
tell

Slide 6 - Quizvraag


A
day
B
days
C
day's
D
week

Slide 7 - Quizvraag


A
opinion
B
opinions
C
think
D
brains

Slide 8 - Quizvraag


Slide 9 - Open vraag


Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Irregular verbs
Fill in the missing word with the irregular verbs

Slide 12 - Tekstslide


Slide 13 - Open vraag


Slide 14 - Open vraag


Slide 15 - Open vraag

Adverbs
Make an adverb from the word given

For example: hard - hardly

Slide 16 - Tekstslide


Slide 17 - Open vraag


Slide 18 - Open vraag


Slide 19 - Open vraag

Passive
Make the active sentence a passive sentence.

Example: They walked the dog. - The dog was walked.

Slide 20 - Tekstslide


Slide 21 - Open vraag

Who and which
Match who and which with the sentence.

Slide 22 - Tekstslide

James is hanging out with the guy ............... moved here.
This is the picture ..................... I took last week.
These cookies are the ones ............ I am baking right now. 
I hope we get the teacher ............... we've been told about.
who
who
which
which

Slide 23 - Sleepvraag

Comparisons
Turn words into comparisons
Example:
Big +1 = Bigger
Big +2 = Biggest 

Slide 24 - Tekstslide


Slide 25 - Open vraag


Slide 26 - Open vraag


Slide 27 - Open vraag


Slide 28 - Open vraag


Slide 29 - Open vraag


Slide 30 - Open vraag

Slide 31 - Tekstslide

fridge
A
Vriezer
B
Koelkast
C
Bevriezen
D
Koud

Slide 32 - Quizvraag

doubts
A
Twijfelen
B
Zeker weten
C
Twijfels
D
Twijfel

Slide 33 - Quizvraag

bewoner
A
Liver
B
Living
C
Residents
D
Resident

Slide 34 - Quizvraag

gesprek
A
Speaking
B
Talking
C
Conversation
D
Convercation

Slide 35 - Quizvraag

Translate: Tail

Slide 36 - Open vraag

Translate: Buur(man/vrouw)

Slide 37 - Open vraag

Create a sentence with: verkeer

Slide 38 - Open vraag

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide