1MH3: SO All Grammar - Present Simple

1MH3: SO All Grammar - Present Simple

01-06-'23
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1MH3: SO All Grammar - Present Simple

01-06-'23

Slide 1 - Tekstslide

Today
Learning Goals
Short Recap Present Simple
Test your Knowledge!
Present Simple Practice

Slide 2 - Tekstslide

Learning Goals
After this lesson we have revised the Present Simple.
After this lesson you have practiced with the Present Simple.

Slide 3 - Tekstslide

Present Simple Herhaling
Ik ga kort de uitleg van de Present Simple herhalen!

Slide 4 - Tekstslide

Present Simple: When to use?
Bij feiten, blijvende situaties of iets dat in het algemeen waar is:

Example:
Dogs eat meat.
It rains a lot in the autumn

Slide 5 - Tekstslide

Present Simple: When to use?
Bij gewoontes of om aan te geven dat iets gewoonlijk, vaak, soms, altijd of nooit gebeurt. (usually, often, sometimes, always, never)

Example:
She often eats chips on Friday.
I always order dessert.

Slide 6 - Tekstslide

Present Simple: How to use?
Bij 'I - You - We - They': stam-ww

I walk to school everyday. - We like ice cream.

Bij 'He - She - It': stam-ww + s

She walks to school everyday. - He likes ice cream.

Slide 7 - Tekstslide

Test your Knowledge!
Vul bij de volgende opgaven de correcte vorm van de Present Simple in.

Kijk goed naar de zin en wat er gevraagd wordt

Slide 8 - Tekstslide

I ... (to go) to school
every morning.
timer
0:15

Slide 9 - Open vraag

We always ... (to help out)
our mother with dinner.
timer
0:15

Slide 10 - Open vraag

He ... (to work) at the
local supermarket
timer
0:15

Slide 11 - Open vraag

The wall ... (to look) very
sturdy.
timer
0:15

Slide 12 - Open vraag

She ... (to be) always
polite to our guests.
timer
0:15

Slide 13 - Open vraag

Present Simple - Negatives & Questions
Ik ga kort Ontkenningen en Vraagzinnen herhalen! 

Slide 14 - Tekstslide

Present Simple - Negatives & Questions
Om een Negative of Question te maken in de Present Simple maak je gebruik van het werkwoord 'to do'

Bij I / You / We / They gebruik je 'do'

Bij He / She / It gebruik je 'does'

Slide 15 - Tekstslide

Present Simple - Negative
Om een Negative te maken in de Present Simple gebruik je:
onderwerp + do/does + not + hele ww

I do not run. - I don't run.
She does not run. - She doesn't run.

Slide 16 - Tekstslide

Present Simple - Question
Om een Question te maken in de Present Simple gebruik je:
do/does + onderwerp + hele ww

Do you run?
Does he run?

Slide 17 - Tekstslide

Uitzondering
Bij het werkwoord 'to have got' gebruik je geen 'do/does'

I have got a lot of hobbies. - I haven't got a lot of hobbies.
She has got new shoes. - Has she got new shoes?

Slide 18 - Tekstslide

Test Your Knowlegde!
Maak van de volgende zinnen een correcte ontkenning of vraag.

Slide 19 - Tekstslide

I am very happy.
(-)
timer
0:30

Slide 20 - Open vraag

I have got a lot of bags.
(?)
timer
0:30

Slide 21 - Open vraag

My brother lives in Italy.
(-)
timer
0:30

Slide 22 - Open vraag

My parents work fulltime.
(?)
timer
0:30

Slide 23 - Open vraag

She likes most ice cream.
(?)
timer
0:30

Slide 24 - Open vraag

Present Simple Practice
In SOMToday kun je een link vinden naar een Wordwall oefening.
Ga hiermee aan de slag!

Klaar? Laat het aan mij zien! Daarna kun je iets voor jezelf doen

Slide 25 - Tekstslide