Extra les - Taalspelletjes

Taalspelletjes
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Taalspelletjes

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Als het goed is, weet je aan het eind van deze les: 
- dat je met taal veel leuke dingen kunt doen. 

Slide 2 - Tekstslide

Het visitekaartje
Peter Verf
Balloo
Arie Hutte
Ter Apel
Wat is het beroep van mevrouw Verfeer en meneer Hutte?


Kom erachter door de letters op het visitekaartje door elkaar te husselen. 

Slide 3 - Tekstslide

En nu jullie!
Maak met je buurman of buurvrouw drie visitekaartjes. 
Doe dit volgens de volgende stappen: 
- Bedenk een beroep dat je ervoor wilt gebruiken; 
- Haal uit de letters van dit beroep een plaatsnaam; 
- Streep de letters van de plaatsnaam weg en maak 
van de overige letters een geloofwaardige naam. 
(als je tijd over hebt, kun je er natuurlijk ook meer maken) 

Slide 4 - Tekstslide

We bekijken wat resultaten
Wie wil zijn visitekaartjes met de klas delen?

Slide 5 - Tekstslide

Six word stories
schrijf je eigen verhaal

Slide 6 - Tekstslide

Six word story
Zoals het woord het al zegt, is een six word story een verhaal dat bestaat uit zes woorden. Je hebt maar zes woorden om je verhaal te vertellen, dus de woorden die je gebruikt moeten uiterst zorgvuldig worden uitgekozen. 

Slide 7 - Tekstslide

De eerste six words story
De Amerikaanse schrijver Ernest Hemingway was de eerste schrijver die een six words story schreef. Hij maakt hierbij goed gebruik van leestekens, zodat er echt een 'verhaal' ontstaat. 

Slide 8 - Tekstslide

Tips bij het schrijven
- Bedenk eerst een genre waarin je het verhaal wilt schrijven. 

Kies daarna uit de volgende opties: 
- Van kort naar lang: bedenk één of twee werkwoorden en ga op zoek naar een samenhang. 
- Van lang naar kort: bedenk een verhaal, vat dit samen en kort het in tot er nog maar zes woorden over zijn. 

Slide 9 - Tekstslide

Nog meer tips
Bouw de spanning op:
zorg voor een hoofdpersoon en laat deze duidelijk iets beleven of een actie ondernemen. 

Wees creatief: 
Speel met woorden; vergeet niet dingen weg te laten. Misschien kun je de lezer zelfs met een vraag laten zitten of het verhaal over meerdere regels laten lopen.

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeelden
- "Hij gaat alleen op Pasveer af..."
- "Kijk uit, het is glad." "Au!"
- Haar beautycase. Groter dan zijn backpack. 
- "Ik hoop dat ze snel..." Tringgggg....
- Ik herkende je niet zonder mondkapje.


Slide 11 - Tekstslide

Schrijf nu je eigen six words stories
Schrijf nu je eigen six word stories. Heb je er één af? Maak er dan nog een. Aan het eind van de les luisteren we naar elkaars 'verhalen'. 

Slide 12 - Tekstslide