Beleggen en lenen/kredietkosten

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Wat doen we vandaag?

herhalen 2.1

afronden 2.1

starten 2.2

Herhalen 2.1

Herhalen 2.1

Je hebt €400 op je spaarrekening staan en je krijgt ieder jaar 2,0% rente van de bank. Deze rente wordt uitgekeerd aan het begin van het nieuwe jaar en gestort op je betaalrekening.
Hoeveel euro rente heb je dan na 3 jaar ontvangen?

Op 1 januari 2013 staat er een bedrag van €15.000 op je spaarrekening. De bank geeft je jaarlijks 1,8% rente en stort deze op je spaarrekening. Wat is je saldo na 3 jaar als de rente is bijgeschreven?

Leerdoelen

Wat zijn aandelen?

aandelen

Beleggen

• Aandelen
• Obligaties

Leenmotieven

Kredietkosten = (termijnbedrag x aantal termijnen) + lening

Kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - geleende bedrag

termijnbedrag = aflossing + rente

Oefensom kredietkosten

 Je leent € 5.000,- en betaalt terug in maandelijkse termijnen van € 150,-. De looptijd van de lening is 36 maanden.

Kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - geleende bedrag

• 150 x 36 - 5000 = €400,-
• dus de kredietkosten zijn €400,-

Oefensom kredietkosten

 Je leent € 5.000,- en betaalt terug in maandelijkse termijnen van € 150,-. De looptijd van de lening is 36 maanden. Wat zijn de kredietkosten?

• kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - lening
• 150 x 36 - 5000 = €400,-
• dus de kredietkosten zijn €400,-

Je leent € 1.000,- en betaalt terug in maandelijkse termijnen van € 60,-. De looptijd van de lening is 1,5 jaar.

Ga aan de slag met de opdrachten 17 t/m 26.

Leerdoelen doornemen

Wat is beleggen?

Welke twee vormen van beleggen zijn er?

Waarom zeggen we geld lenen kost geld?