Een gezegdeis alles wat je van iemand of iets kunt zeggen.
NG: Wat iemand/ iets IS - noteer alle werkwoorden en zet het naamwoordelijke deel tussen [...] (dat zegt iets over het OW)
WG: Wat iemand/ iets DOET - noteer alle werkwoorden + aan het, te, zich en het splitsbare deel van het werkwoord.
Slide 13 - Tekstslide
Uit onderzoek blijkt dat fijnstof in de longen en in de hersenen terecht komt. terecht komt = ...
A
hww
B
zww
C
kww
Slide 14 - Quizvraag
Mensen lachen vooral omdat ze aardig willen doen tegen anderen. willen =
A
hww
B
zww
C
kww
Slide 15 - Quizvraag
Tijdens de voorstelling zouden we liever niet gestoord willen worden. worden =
A
hww
B
zww
C
kww
Slide 16 - Quizvraag
Emma wil graag de beste hockeyster van Nederland worden.
worden =
A
hww
B
zww
C
kww
Slide 17 - Quizvraag
Zouden er voor de workshop van vanmiddag voldoende schorten zijn?
zijn =
A
hww
B
zww
C
kww
Slide 18 - Quizvraag
Zouden er voor de workshop van vanmiddag voldoende schorten gekocht zijn?
zijn =
A
hww
B
zww
C
kww
Slide 19 - Quizvraag
Aan de slag!
* Maak §12 zelfstandig werkwoord, hulpwerkwoord en koppelwerkwoord in samengestelde zinnen.
Klaar?
Maak de geresette opdrachten/ leer en maak voor de toets.
timer
10:00
Slide 20 - Tekstslide
Dat hij de journalistiek in wilde, wist Jeroen Pauw al op de middelbare school. wist =
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 21 - Quizvraag
Dat hij de journalistiek in wilde, wist Jeroen Pauw al op de middelbare school. wilde =
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 22 - Quizvraag
Hoewel hij wel ontworpen is, heeft Nederland de snelweg A3 nooit aangelegd. ontworpen = ...
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 23 - Quizvraag
Hoewel hij wel ontworpen is, heeft Nederland de snelweg A3 nooit aangelegd. is = ...
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 24 - Quizvraag
Hoewel hij wel ontworpen is, heeft Nederland de snelweg A3 nooit aangelegd. aangelegd = ...
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 25 - Quizvraag
Hoewel hij wel ontworpen is, heeft Nederland de snelweg A3 nooit aangelegd. heeft = ...
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 26 - Quizvraag
Het cryptogram was mij vroeger een veel te moeilijke puzzelvorm. was = ...
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 27 - Quizvraag
In het algemeen blijken vooral meisjes deze lastige opgaven heel goed te maken. blijken = ...
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 28 - Quizvraag
Waarschijnlijk zijn die oude schoenen je inmiddels veel te klein geworden. geworden= ...
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 29 - Quizvraag
zww, kww of hww?
In deze zin is geworden het belangrijkste werkwoord. Dat kun je zien aan dat het een voltooid deelwoord is. In deze zin hebben we te maken met een NG. Dus is 'geworden', het belangrijkste werkwoord van de zin een 'kww'.
Slide 30 - Tekstslide
Waarschijnlijk zijn die oude schoenen je inmiddels veel te klein geworden. zijn= ...
A
hww
B
C
kww
D
zww
Slide 31 - Quizvraag
zww, kww of hww?
In deze zin is zijn een hulpwerkwoord. Het belangrijkste werkwoord is namelijk 'geworden'. We kunnen dat zien aan het voltooid deelwoord. Het belangrijkste werkwoord schuift namelijk op in de zin als er een hulpwerkwoord aan toe wordt gevoegd.
Slide 32 - Tekstslide
Aan de slag!
Maak van de planning de opdrachten van §12 zelfstandig werkwoord, hulpwerkwoord en koppelwerkwoord in samengestelde zinnen.
Klaar?
Maak de geresette opdrachten en/ of leer voor de toets. Maak hiervoor opdrachten bijvoorbeeld uit je boek en leer de theorie. Gebruik ook lesson-Up en je aantekeningen.