2KGT - 5.9.1 future to be going to

• Engels
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Future

Aan het einde van deze les kan je:

- De toekomende tijd maken met 'to be going to'

- Uitleggen wanneer je de toekomende tijd gebruikt.
- vragen en ontkenningen maken 

wat is 'to be'

Welke persoonlijke voornaamwoorden horen bij de vorm van 'to be'?

am

are

is

I

you

he

she

we

it

they

future met going to 

Hoe maak je hem?

Am/are/is + going to + werkwoord

She is going to walk home.

She is not going to walk home.

Is she going to walk home?

+

-

?

Wanneer gebruik je deze vorm?

am/are/is + going to + werkwoord gebruik je:

1. Als e een plan hebt voor de toekomst.
2. Als er een duidelijke aanwijzing is dat iets in de toekomst gaat gebeuren.

Een aantal voorbeelden nodig?

I am going to throw spiders at children tomorrow.

Look at the clouds, it's going to rain! 

I am going to pet every dog I see.

Look, the kid is going to fall.

(hahahaha)

Duidelijk of nog vragen?

regel:                 am/are/is + going to + werkwoord
vraagzin:         am/are/is vooraan
ontkenning:   not achter am / are / is


Maak je klaar om zelf wat vragen te beantwoorden! 

We ___ (watch) movies.

am/are/is + going to + werkwoord

1. going to watch
2. is going to watch
3. are going to watch
4. watching

Walter _____ (to eat) pizza this afternoon.

am/are/is + going to + werkwoord

1. am goin to eat
2. is going to eat
3. are going to eat

You ... have to work hard if you want to pass this year .

1. are going to
2. is going to
3. am going to
4. will

I ..... (call) him soon!

am/are/is + going to + werkwoord

The sun ........ (shine) today.

am/are/is + going to + werkwoord

I hope my grade .... (be) good.

I ................. (visit) my aunt this weekend.

Samenvatting

De future met to be going to gebruik je voor?

1. ...
2. ...
   
   

Je maakt hem  door ........ ?

Vraagzinnen ............ ?
Ontkenningen ............?

Samenvatting

De future met to be going to gebruik je voor:

1. plannen in de toekomst 
2. als er aanwijzing is dat er iets in de toekomst gaan gebeuren.

Je maakt hem  door am/are/is + werkwoord + ing te gebruiken

Vraagzinnen maak je door am/are/is vooraan ze zetten.
Ontkenningen maak je door not achter am/are/ is te zetten.

Snap je de 'future' met to be going to?

IK SNAP HET HELEMAAL!

IIK MOET NOG EEN BEETJE OEFENEN

IK MOET NOG VEEL OEFENEN

IK HEB EXTRA UITLEG NODIG

werk 

wb.p. 44 tb.p. 95
Do exercise 29/30 

Klaar? Ga verder aan de test yourself (1 pagina verder)
of leren voor de toetsweek (overschrijven).