3BK H1.3-4 microscoop en cellen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

B3

de microscoop

Doel van de les: 

je kunt in een afbeelding de onderdelen van een microscoop benoemen

je weet hoe je een preparaat moet maken

Sleep het juiste woord naar de plek op de microscoop

stelschroef

diafragma

tafel

objectief

tubus

Statief

Oculair

Praparaat

Hieraan pak je de microscoop vast

Bovenste lens

op een microscoop waar je door kijkt

twee glasplaatjes waartussen iets ligt dat je wilt bekijken

Welke vorm zie je als dit door de microscoop bekijkt?

Sleep de letter     'd.'     naar de juiste vorm.

d.

Bekijk de video van biologie met joost: Basisstof 3 werken met de microscoop

Volgende week zelf aan de slag.

Practicum biologie

preperaat maken
rode ui

wangslijmvlies

B4 plantaardige & dierlijke cellen

Doel van de les: 

je kunt delen noemen van plantaardige en dierlijke cellen met hun kenmerken en functies

Dierlijke cel

plantaardige cel

zoek een FOTO van een plantaardige cel

Korrels

kleurkorrels kunnen van de ene soort overgaan in de andere

wat is uitscheiden?

hoe is het levenskenmerk bewegen zichtbaar bij een plant

geef een voorbeeld van stofwissling bij de koe

De organisatieniveau's van klein naar groot:

1. Cellen, weefsels, orgaanstelsels, organen
2. orgaanstelsels, organen, weefsels, cellen
3. weefsels, cellen, organen, orgaanstelsels
4. cellen, weefsels, organen, orgaanstelsels

Een groep organen die samenwerken

1. Organen
2. Orgaanstelsels
3. Weefsels
4. Cellen

noem een orgaan van een plant

Wat zie je op deze afbeelding?

1. één cel, meerder weefsels
2. meerdere cellen, één weefsel
3. meerdere cellen, meerdere weefsels
4. één cel, één weefsel

Hoe noem je de ruimte tussen de cellen?

levensloop of levenscyclus en waarom?

Tot welk organenstelsel 

behoort dit orgaan?

1. Tot het beenderstelsel.
2. Tot het bloedvatenstelsel.
3. Tot het verteringsstelsel.
4. Tot het zenuwstelsel.

Organisme

cel

Organenstelsel

orgaan

Cellen

1. zijn in werkelijkheid platte 'dingen'
2. lijken een beetje op een zakje met wat vocht.
3. zijn groter dan organen
4. zijn helemaal lege 'dingen'

Zijn cellen van mensen dierlijke cellen?

1. ja
2. nee

wat voor cellen zijn dit?

1. plantaardige cellen
2. dierlijke cellen