Schritt 26

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1,4

Deutschstunde 1. Februar

Kamera einschalten

Mikrofon ausschalten

Öffne dein Buch auf Seite 120

Das Programm

Besprechen Hausaufgaben

Machen Aufgabe 2C, 3 und Stempeln

Lernziele: Ihr könnt einen kurze Nachricht schreiben

Hausaufgaben

besprechen

Aufgabe 1, Seite 119

Aufgabe 4, Seite 121

Machen Aufgabe 2C

Ik bel je gauw op.

Ik bel je gauw op.

Ich rufe dich bald an.

Hij heeft op (am) maandag een toets.

Hij heeft op (am) maandag een toets.

Er hat am Montag eine Prüfung.

Ik ben helaas ziek.

Ik ben helaas ziek.

Ich bin leider krank.

We ontmoeten elkaar (uns) op (am) zondag in het (im) café.

We ontmoeten elkaar (uns) op (am) zondag in het (in der) café.

Wir treffen uns am Sonntag in der Kneipe.

Ze komt niet mee, want ze maakt huiswerk.

Ze komt niet mee, want ze maakt huiswerk.

Sie kommt nicht mit, denn sie macht Hausaufgaben.

Gaan we op (am) zaterdag samen naar de (ins) bioscoop?

Gaan we op (am) zaterdag samen naar de (ins) bioscoop?

Gehen wir am Samstag zusammen ins Kino?

Hausaufgaben

Lernen blauwe blok, S. 120

machen Online Aufgabe 3 und Stempeln (werkt het niet, dan in word typen en mij mailen: [e-mail])