Erfelijkheid - paragraaf 5.3 - Genen en allelen

Welkom!

  • Doe je jas uit en tas van tafel
  • Ga rustig zitten en pak je boek, schrift en laptop erbij
  • Als je klaar bent: Tik je op google dit in: Lesson up code invoeren. Klik op de eerste optie
  • Tik daarna de code in die onderin het bord staat
timer
1:30
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

  • Doe je jas uit en tas van tafel
  • Ga rustig zitten en pak je boek, schrift en laptop erbij
  • Als je klaar bent: Tik je op google dit in: Lesson up code invoeren. Klik op de eerste optie
  • Tik daarna de code in die onderin het bord staat
timer
1:30

Slide 1 - Tekstslide

Thema 5 - erfelijkheid en evolutie

Slide 2 - Tekstslide

lesdoelen
5.3.6 Je kunt omschrijven wat genen en allelen zijn.
5.3.7 Je kunt omschrijven wat een mutatie is.
5.3.8 Je kunt omschrijven wat kanker is.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Paragraaf 5.3 - Genen en allelen

6. Je kunt omschrijven wat genen en allelen zijn
7. Je kunt omschrijven wat een mutatie is
8. Je kunt omschrijven wat kanker is 

Slide 8 - Tekstslide

DNA
DNA bestaat uit 2 strengen. De streng zelf bestaat uit fosfor en suiker, maar tussen de 2 strengen zitten 2 stoffen in paren, deze stoffen zijn A - T - G en C. A en T zijn altijd gekoppeld aan elkaar, net als C en G.
Op welke volgorde deze paren zitten, is voor iedereen anders, en dit maakt iedereen anders. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Mutaties..

Slide 13 - Tekstslide

Wat weet je al over mutaties?

Slide 14 - Woordweb

Mutaties
Het DNA kan om verschillende redenen wel eens veranderen. De volgen hiervan kunnen er niet, tot heel groot zijn. Een mutatie in een lichaamscel is vaak minder erg dan in een geslachtscel, omdat het kind ontstaat uit maar twee geslachtscellen. 

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld 1: albinisme 

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeeld 2: kanker
Soms kan een mutatie ervoor zorgen dat één cel heel vaak gaat delen; op dat moment ontstaat er een tumor. Deze kunnen kwaadaardig zijn, omdat ze heel snel groeien en veel energie van andere cellen weghalen. Dit heet kanker. Als het zich verspreid door het lymfe/bloedvatenstelsel, kan het zich uitzaaien

Slide 17 - Tekstslide

Kanker

Slide 18 - Tekstslide

Oorzaken mutaties (mutagene invloeden)

Slide 19 - Tekstslide

Opdrachten maken
Basisstof 3 
Wat niet af is, is huiswerk!






timer
15:00

Slide 20 - Tekstslide