TH1 - Herhaling 1.4 & hoofdstuk 1

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Vragen over het deze paragraaf?

Slide 11 - Tekstslide

De afstand van Ommen naar Amsterdam is 115 km en duurt 1 uur en 30 minuten. Welke afstand is dit?
A
Relatieve afstand
B
Absolute afstand

Slide 12 - Quizvraag

Hoe kan de relatieve afstand toenemen?

Slide 13 - Open vraag

Wat is hoogteligging?

Slide 14 - Open vraag

Hoe noem je hoogteverschillen in het landschap?

Slide 15 - Open vraag

Oefeningen met het hoofdstuk

Slide 16 - Tekstslide

Een kaart met steden, rivieren, zeeën, bergen, wegen, spoorlijnen, etc. Dit is een...
A
Overzichtskaart
B
Thematische kaart

Slide 17 - Quizvraag

Een kaart is een ........ tekening van een gebied.
A
Verkleinde
B
Vergrote

Slide 18 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding goed. Hierover krijg je een vraag.

Slide 19 - Tekstslide

Zal de bevolkingsdichtheid hoog of laag zijn in dit gebied?
A
Een hoge bevolkingsdichtheid
B
Een lage bevolkingsdichtheid

Slide 20 - Quizvraag

Als je de schaal wilt berekenen van cm naar km, haal je...
A
5 nullen weg
B
4 nullen weg
C
6 nullen weg
D
3 nullen weg

Slide 21 - Quizvraag

Een kaart heeft een schaal van
1 : 30 000 000
Hoeveel km is dit?
A
3 km
B
3000 km
C
30 km
D
300 km

Slide 22 - Quizvraag

Als je binnen de provincie reist waarin Teheran valt, reis je...
A
Op lokale schaal
B
Regionale schaal
C
Nationale schaal
D
Internationale schaal

Slide 23 - Quizvraag

Als je binnen de provincie reist waarin Teheran valt, reis je...
A
Op lokale schaal
B
Regionale schaal
C
Nationale schaal
D
Internationale schaal

Slide 24 - Quizvraag

De atlas heeft 4 belangrijke onderdelen, waaronder de inhoudsopgave. Welke heb je nog meer?

Slide 25 - Open vraag

In welk register kan ik de plaats 'Ommen' of 'Hannover' vinden?
A
Topografisch register
B
Trefwoordenregister
C
Landenregister

Slide 26 - Quizvraag

Op hoeveel graden ligt de noordpool? Zet er ook N.B. of Z.B. achter.

Slide 27 - Open vraag

Op hoeveel graden ligt de evenaar? Zet er ook N.B. of Z.B. achter.

Slide 28 - Open vraag

Ligt Europa op het noordelijk- of zuidelijk halfrond?
A
Zuidelijk halfrond
B
Noordelijk halfrond

Slide 29 - Quizvraag

Hoe noem je de denkbeeldige lijn die horizontaal en evenwijdig loopt aan de evenaar?
A
Breedtecirkel
B
Lengtecirkel
C
Meridiaan
D
Parallel

Slide 30 - Quizvraag

De afstand die je meet in reistijd of kosten heet...
A
Absolute afstand
B
Relatieve afstand

Slide 31 - Quizvraag

Welk reliëfvorm past hierbij? 'De meeste toppen zijn tussen de 500 en 1.500 m hoog.'

A
Hooggeberte
B
Middengebergte
C
Heuvelland
D
Laagland

Slide 32 - Quizvraag