3 mavo - chapitre 3 introduction

Bienvenue MAVO 3!
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bienvenue MAVO 3!

Slide 1 - Tekstslide

PROGRAMME
Proefwerken bespreken
Doelen periode 3
Chapitre 3: introduction

Aan het eind van de les:
- weet je meer over reizen in Frankrijk;
- ken je de doelen van periode 3;

Slide 2 - Tekstslide

Doelen periode 3
Vocabulaire
  • vervoer; 
  • vervoersmiddelen; 
  • reizen; 
  • milieu;
Grammaire 
  • lijdend voorwerp vervangen in een zin;
  • de verleden tijd;
Phrases-clés 
  • jezelf redden op reis;
  • vertellen over je reis/vakantie en je mening geven erover;

Slide 3 - Tekstslide

Doelen periode 3
Vocabulaire
  • AB-E-F page 124-125
  • examenidioom H5;
  • examenidioom H6;
Grammaire 
  • D-H page 127
Phrases-clés 
  • C-G page 126

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Chapitre 3: introduction
A. On va regarder une vidéo. Pendant la vidéo, réponds aux questions:

1. Wat is het verschil tussen de schoolvakanties in Frankrijk
en in Nederland?
2. Waar brengen de Fransen graag hun vakantie door?
3. Wat is een « TGV » ?
4. Wat is een « colonie de vacances »?
5. Welke activiteiten kun je er ondernemen?





Slide 6 - Tekstslide

Chapitre 3: introduction
1a et 1b: Regardons la vidéo - écrivez par chaque thème des mots que tu entends dans la vidéo.
Biarritz
Autoroute du Soleil
Colonie des vacances

Slide 7 - Tekstslide

Préparez une présentation
Exercice 2: Voyage d'Amsterdam à Paris (en TGV) 

  1.  Tu vas où? 
  2. Le voyage dure combien de temps?
  3. Ça coûte combien, un aller-simple?
  4. Tu pars à quelle heure?
  5. C'est un train direct? 
  6. Quels monuments/attractions vas-tu visiter? (où activités)

Slide 8 - Tekstslide

Chapitre 3: introduction
Fais exercice 3a et 3b à la page 95

Utilise les mots suivants: 
voiture, vélo, train, bateau, à pied, bus, campingcar, caravane, avion 

Slide 9 - Tekstslide

Benoem drie woorden die je deze les hebt geleerd.

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Comment viens-tu à l'école?



à pied



en bus




en tram




en vélo
Comment viens-tu à l'école?
Je viens à l'ecole ... (moyen de transport)
Tu pars à quelle heure?
Je pars à ...

Slide 12 - Tekstslide

Chapitre 3: introduction
Fais exercice D - Lis le message de Myriam. Est-elle positive ou négative?


Slide 13 - Tekstslide