Periode 7 week 4 les 1 en 2

WAW Periode 7 lesweek 4
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
WawMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

WAW Periode 7 lesweek 4

Slide 1 - Tekstslide

Waar werken we naartoe?
Lesweek 8 lever je een portfolio in met uitgewerkte lesopdrachten. Hier werk je in de les aan of tijdens zelfstudie deze periode. 
Daarnaast krijg je een toets in week 8. 

WAW boek Onderwijsassistent: Hoofdstuk 9, 10, 11 en 13.





Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Weken
Onderwerp
Hoofdstuk
Week 1
Differentiëren- NT2 onderwijs en hoogbegaafdheid
9
Week 2
Lees- en spellingsstoornissen, rekenstoornissen, NLD, dyspraxie en handelingsplan
9
Week 3
Passend onderwijs in de regio, klas of op maat
10
Week 4
Passend onderwijs in de regio, klas of op maat
10
Week 5
Aandacht voor de introverte leerling 
11
Week 6
Handicaps en beperkingen 
13
Week 7
Waar ligt jullie behoefte individueel of als klas?
Week 8
Inleveren van portfolio met lesopdrachten

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdstuk 10: 
Passend Onderwijs


les 1:
  • §10.6 Handelingsplan
  • §10.7 Zorgleerlingen

Slide 7 - Tekstslide

Hoofdstuk 10: 
Passend onderwijs


Na behandeling van deze lessen:
  • De student heeft kennis van de opzet van een handelingsplan
  • De student heeft kennis van zorgleerlingen en gedragsproblemen in de klas.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het doel van een handelingsplan in passend onderwijs?
A
Het vastleggen van de leerdoelen voor de hele klas.
B
Het ondersteunen van de ontwikkeling van een individuele leerling met specifieke onderwijsbehoeften.
C
Het documenteren van de jaarplanning van de school.
D
Het beoordelen van de vaardigheden van de docent.

Slide 9 - Quizvraag

Welke van de volgende elementen hoort NIET standaard in een handelingsplan thuis?
A
De persoonlijke gegevens van de leerling.
B
De leerdoelen en te behalen resultaten.
C
De exacte cijfers van toetsen van alle leerlingen.
D
De aanpak en methoden die gebruikt zullen worden.

Slide 10 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met de term 'onderwijsbehoeften' in passend onderwijs?
A
De materialen die een school nodig heeft om onderwijs te geven.
B
De specifieke ondersteuning die een leerling nodig heeft om zich optimaal te ontwikkelen.
C
De eisen die een leerling stelt aan de docenten.
D
Het aantal uren dat een leerling in de klas moet doorbrengen.

Slide 11 - Quizvraag

Handelingsplan
Handelingsplan
Plan om de stagnatie in  de ontwikkeling van een leerling te verminderen en geeft aanwijzingen voor een afwijkende aanpak.

Wie stelt een handelingsplan op:
  • school, met ouders en de leerling zelf.
  • Voordeel: Iedere partij is op de hoogte van de afspraken 
       die in het plan staan.

Slide 12 - Tekstslide

Handelingsplan
Er zijn verschillende soorten handelingsplannen. Vaak bestaat een handelingsplan uit een opzet met 5 fases:
  • Signaleren: In deze fase wordt het probleem geconstateerd. 
  • Diagnose: In deze fase wordt er nagedacht over de achterliggende oorzaken van het probleem (deskundige wordt ingeschakeld).
  • Voorbereiding: Doelen van het plan worden opgesteld. 
  • Uitvoering: Het proces van de uitvoering van het plan wordt beschreven. 
  • Evaluatie: Zijn de opgestelde doelen behaald en moet er eventueel iets worden aangepast in het handelingsplan. 

Slide 13 - Tekstslide

Zorgleerlingen
Binnen passend onderwijs zijn zorgleerlingen, leerlingen met gedragsproblemen, gedrags- en ontwikkelingsstoornissen of leerproblemen.

Slide 14 - Tekstslide

Gedragsproblemen
gedragsproblemen
Een kind dat storend gedrag vertoond, wat hoort bij een bepaalde ontwikkelingsfase en minimaal enkele maanden duurt. 

Er is sprake van een gedragsprobleem als:
  • Een kind zich dwars en opstandig gedraagt, gauw geprikkeld is en driftig wordt, aan anderen ergert, antisociaal gedrag vertoont (zoals liegen of stelen) of zich agressief gedraagt.
  • Kind, ouders of omgeving nadelige gevolgen ondervinden.
  • Het gedrag minstens enkele maanden duurt.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Gedragsproblemen
Er bestaan 2 soorten gedragsproblemen:
  • Internaliserend: Dit is gedrag waar het kind zelf last van heeft.
  • Externaliserend: Dit is gedrag waar de omgeving last van heeft.

Onder welk soort gedragsprobleem vallen de onderstaande voorbeelden?
  • Agressief
  • Faalangst
  • Execustieve functies

Slide 17 - Tekstslide

Portfolio opdracht 4
Maak opdracht 10.08 uit het boek en gebruik de website die staat gelinkt in de opdracht.
a. Verbind de onderstaande gedragsproblemen met de definities.
b. Geef bij ieder gedragsprobleem aan of het internaliserend of externaliserend is. 

Slide 18 - Tekstslide

Portfolio opdracht 4
Wat komt er in het portfolio?
  • Visueel het tabel met gedragsproblemen en definities, juist aan elkaar verbonden.
  • Ieder benoemd gedragsprobleem uit de opdracht, met daarbij beschreven waarom het internaliserend of externaliserend.

Slide 19 - Tekstslide


Les twee van lesweek 4

Slide 20 - Tekstslide

Zorgleerlingen
Binnen passend onderwijs zijn zorgleerlingen, leerlingen met gedragsproblemen, gedrags- en ontwikkelingsstoornissen of leerproblemen.

Slide 21 - Tekstslide

Gedragsprobleem of gedragsstoornis?

Gedragsprobleem: 
  • Tijdelijk van aard
  • Mild en vaak oplosbaar
  • Worden vaak beïnvloed door externe factoren (opvoeding, ontwikkelingsfase)
Gedragsstoornis: 
  • Langdurig
  • Medische of psychologische diagnose
  • Zijn vaak gerelateerd aan interne factoren (biologisch, genetisch, neurologisch)

Slide 22 - Tekstslide

Gedragsstoornis
In leerjaar 1 en 2 hebben jullie het al eerder gehad over verschillende gedragsstoornissen. 
  • ADD/ADHD
  • Autisme
  • Depressie
  • Hoogbegaafdheid


We frissen de theorie op door de uitleg filmpjes te bekijken van het boek op blz. 210. Daarna maken we klassikaal een mindmap per gedragsstoornis over de kenmerken. 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Kenmerken ADHD

Slide 25 - Woordweb

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Kenmerken Autisme

Slide 28 - Woordweb

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Kenmerken Depressie

Slide 31 - Woordweb

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

Kenmerken Hoogbegaafdheid

Slide 34 - Woordweb

Slide 35 - Tekstslide

Leerproblemen
Leerproblemen zijn vaak het gevolg van een ontwikkelingsstoornis in de hersenen. Een kind kan moeite hebben met:

  • Leesvaardigheden
  • Rekenvaardigheden
  • Taalvaardigheden (TOS)

Slide 36 - Tekstslide

Pedagogische invalshoek
Als onderwijsassistent wil je kinderen met gedragsproblemen, gedragsstoornissen en leerproblemen in de klas zo goed mogelijk helpen.  Kijk niet alleen naar de moeilijkheden, maar ook naar de kwaliteiten:

  • Growth mindset: Je ziet kansen en ontwikkelingen voor het kind 'Ik kan het wel'.
       Vb: 'Wat goed dat je je grens aangeeft bij een medeleerling'.

  • Fixed mindset: Is het tegenovergestelde van growth mindset. Hierin benadruk je wat een kind 'moeilijk vind'. 
      Vb: 'Concentreren vind je nog heel moeilijk volgens mij'. 

Slide 37 - Tekstslide

Didactisch invalshoek
Tijdens de schooldagen kun je kinderen met gedragsproblemen, gedragsstoornissen en leerproblemen helpen door in de schooldag en lessen:

  • Structuur aan te bieden
  • Korte instructie en werkvormen aanbieden
  • Differentiëren op leerstijl en leerbehoeften

Slide 38 - Tekstslide

Escaperoom hoofdstuk 9 en 10
In groepen van 4-5 studenten gaan we een escaperoom doen over hoofdstuk 9 en 10.



  • Er zijn 4 opdrachten in de escaperoom. Aan het eind van iedere opdracht kun je een sleutelwoord verdienen. Het sleutelwoord heb je nodig om uiteindelijk de escaperoom te kunnen voltooien.
  • Aan het eind van de escaperoom moeten jullie de cijfercode van 7 cijfers kraken. Dit doe je door alle sleutelwoorden te combineren met het alfabet op aanwijzing.
VB Sleutelwoord = Escaperoom
Hoeveelste letter in het alfabet is de 3e letter van het sleutelwoord?
Antwoord: 3e letter = C en dat is het 3e cijfer van het alfabet dus het antwoord is 3.

Slide 39 - Tekstslide

Escaperoom hoofdstuk 9 en 10
Inleiding:
Jullie zijn onderwijsassistenten op basisschool De Ster. Vandaag krijgen jullie een dringende melding: er is een nieuwe leerling, Jamie, die extra ondersteuning nodig heeft. De mentor heeft jullie hulp ingeroepen om een ondersteuningsplan te maken dat voldoet aan de eisen van passend onderwijs. Maar er is een probleem: de mentor is haar wachtwoord kwijt om het ondersteuningsdossier te openen!


Jullie moeten door middel van opdrachten sleutelwoorden verzamelen. Als jullie de code goed invoeren, openen jullie het ondersteuningsdossier en kunnen jullie Jamie helpen! 

Slide 40 - Tekstslide

Escaperoom hoofdstuk 9 en 10
Opdracht 1

Sorteer de volgende stellingen in "juist" of "onjuist":


Elk kind heeft recht op een plek in het regulier onderwijs, tenzij het echt niet anders kan.
De wet Passend Onderwijs geeft scholen een zorgplicht.
Ouders hebben geen inspraak bij het opstellen van het ondersteuningsplan.
Scholen mogen leerlingen weigeren zonder toelichting.
Het samenwerkingsverband bepaalt hoe de ondersteuning wordt georganiseerd. 

Slide 41 - Tekstslide

Escaperoom hoofdstuk 9 en 10
Opdracht 2
Jamie, een leerling van 10 jaar, is hoogbegaafd en haalt moeiteloos hoge cijfers. Toch lijkt hij zich steeds vaker te vervelen in de klas. Hij doet zijn werk snel, maar weigert daarna extra opdrachten te maken. Hij is soms boos of verdrietig en geeft aan dat hij zich "anders" voelt dan zijn klasgenoten. Jamie heeft moeite met samenwerken en houdt zich liever bezig met eigen projecten.


Opdracht:
Wat kun je als onderwijsassistent doen om Jamie te ondersteunen in zijn leerbehoeften én zijn sociaal-emotionele ontwikkeling? Schrijf drie concrete punten op. 

Slide 42 - Tekstslide

Escaperoom hoofdstuk 9 en 10
Opdracht 3
Match de volgende hulpmiddelen aan de bijbehorende ondersteuningsbehoeften:
Dyscalculie
Dyslexie
DCD
Autismespectrumstoornis
Hulpmiddelen:
Liniaal
Timer
Getallenlijn
Speciale stoel of bureau 

Slide 43 - Tekstslide

Escaperoom hoofdstuk 9 en 10
Opdracht 4



Jullie hebben als onderwijsassistenten een gesprek gepland staan met de ouders van Jamie. Zij geven aan dat ze graag meer structuur voor Jamie zouden zien in een schooldag. Bedenk en schrijf een passend antwoord, waarin duidelijk wordt hoe er al structuur in de dag geboden wordt voor Jamie in de klas. Verwerk in het antwoord minimaal 5 manieren van structuur die worden toegepast in de klas.  

Slide 44 - Tekstslide

Escaperoom hoofdstuk 9 en 10
Als het goed is hebben jullie nu 4 sleutelwoorden bemachtigd. Jullie kunnen met de sleutelwoorden de cijfercode van 7 cijfers kraken. Dit doe je door alle sleutelwoorden te combineren met het alfabet op aanwijzing. Wie doet dit als eerste goed?!



VB Sleutelwoord = Escaperoom
Hoeveelste letter in het alfabet is de 3e letter van het sleutelwoord?
Antwoord: 3e letter = C en dat is het 3e cijfer van het alfabet dus het antwoord is 3.

Slide 45 - Tekstslide

Escaperoom hoofdstuk 9 en 10
Hint voor de code:
Gebruik voor het sleutelwoord JJOOJ de letter J
Gebruik voor het sleutelwoord Uitdaging de letter U
Gebruik voor het sleutelwoord Inzicht de letter I
Gebruik voor het sleutelwoord Structuur de letter S 

Slide 46 - Tekstslide

Cijfercode



1 0 2 1 9 1 9

Slide 47 - Tekstslide

Werken aan portfolio
Portfolio:

Portfolio opdracht 1: differentiatie 
Portfolio opdracht 2: hoogbegaafdheid 
Portfolio opdracht 3: samenwerkingsverband 
Portfolio opdracht 4: gedragsproblemen 

Slide 48 - Tekstslide