(2mavo) Booming Brazilië paragraaf 3 deel 1

Werk in uitvoering!!
Opdr 1Lees eerst heel blz 12 in je tekstboek.
Opdr 2: Lees dan de vragen op de volgende twee slides en beantwoord ze!

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Werk in uitvoering!!
Opdr 1Lees eerst heel blz 12 in je tekstboek.
Opdr 2: Lees dan de vragen op de volgende twee slides en beantwoord ze!

Slide 1 - Tekstslide

Planning:
  • Introdcutie
  • Uitleg paragraaf 3: snelgroeiende economie blz. 12 tekstboek
  • maken opdracht 1,2,3,7 paragraaf 3 blz. 11/12
  • nabespreken paragraaf 3
  • afsluiting
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • wat de oorzaken zijn van de snelle groei van de economie
  • waarom de economie waarschijlijk zal blijven groeien

Slide 2 - Tekstslide

Snelgroeiende economie 1 
  1. Hoe heet deze paragraaf?
  2. Welke twee vragen moeten er in deze paragraaf beantwoord worden?
  3. Welke landen behoren tot de “BRIC” landen?
  4. Welke twee oorzaken worden genoemd voor de snelle economische groei van Brazili"?
  5. Waarin werkten de Brazilianen vroeger?
  6. In welke sector werken de Brazilianen tegenwoordig?
  7. Wat kopen de Brazilianen met het verdiende geld?
  8. Leg uit dat dit goed voor Braziliaanse economie is?
  9. Zoek in je tekstboek naar de omschrijving van het begrip globalisering en noteer deze in je aantekenschrift.
  10. Wat is door die  globalisering enorm toegenomen?
  11. Welke producten verkoopt Brazilië veel aan andere landen?
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

Snelgroeiende economie 2 
  • 12. Zoek in je tekstboek naar de omschrijving van het begrip globalisering en noteer deze in je aantekenschrift.
  • 13. Wat is door die  globalisering enorm toegenomen? 
  • 14. Welke producten verkoopt Brazilië veel aan andere landen?



Slide 4 - Tekstslide

aantekenigen

Slide 5 - Tekstslide

Brazilië

  • is een opkomend land: het maakt een snelle economische groei door!
  • De productie van goederen en de welvaart groeien hierdoor.

Slide 6 - Tekstslide

  • 1. Veel Brazilianen hebben nu een goede baan in de dienstensector!
  • (= iedereen die werkt voor een ander)

  • 2. Veel Brazilianen profiteren van de globalisering:
  • = Uitwisseling van mensen, geld, goederen en ideeën.

Slide 7 - Tekstslide

Opkomende landen

Slide 8 - Tekstslide

Er is er nog een 5e land: South Africa. Dus BRICS

Slide 9 - Tekstslide

zelfstandig werken
lezen paragraaf 3 blz. 12 snelgroeiende economie 
maken opdracht 1,2,3,7 paragraaf 3 H1
gebruik hierbij:
  • tekstboek blz. 12
  • werkboek blz. 11/12
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken
timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

maak de volgende opdracht

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht Globalisering
Uitwisseling van mensen, geld, goederen en ideeën. 
Bedenk in tweetallen een voorbeeld van:
- Uitwisseling van mensen
- Uitwisseling van geld
- Uitwisseling van goederen
- Uitwisseling van ideeën
(3 minuten de tijd)

timer
3:00

Slide 12 - Tekstslide

een voorbeeld van:
- Uitwisseling van mensen
- Uitwisseling van geld
- Uitwisseling van goederen
- Uitwisseling van ideeën

Slide 13 - Open vraag

herhalen/nabespreken

Slide 14 - Tekstslide

Een opkomend land is een land dat
A
Een land dat nog niet echt ontwikkeld is maar wel snelle groei van productie en welvaart doormaakt
B
Een land dat door groeiendeglobalisering meer welzijn krijgt
C
Een land dat door grote landbouwproductie boven de zeespiegel uitkomt
D
Een land dat door aardbevingen meer relief krijgt

Slide 15 - Quizvraag

De BRIC-landen zijn:
A
Brazilie, Rusland, Ijsland en China
B
Bali, Rusland, India en Colombia
C
Brazilie, Rusland, India en China
D
Brazilie, Roemenië, Indonesie en China

Slide 16 - Quizvraag

Juist of onjuist: Welvaart is de mate waarin iemand gelukkig is met zijn leefomgeving
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Juist of onjuist: Vroeger werkten veel Brazilianen in de dienstensector
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag