les 4.

Begrippen 6.2

- Luchtstreek
- Gematigde zone 
- Breedteligging 
- Hoge breedte 
- Lage breedte 
- Subtropen 




- Poolstreek 
- Noordpoolcirkel 
- Zeestroom 
- Golfstroom 
- Tropen 
- Aanlandige wind (zeewind)

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Begrippen 6.2

- Luchtstreek
- Gematigde zone 
- Breedteligging 
- Hoge breedte 
- Lage breedte 
- Subtropen 




- Poolstreek 
- Noordpoolcirkel 
- Zeestroom 
- Golfstroom 
- Tropen 
- Aanlandige wind (zeewind)

Slide 1 - Tekstslide

Overhoring 
Geef de omschrijving van de volgende begrippen: 

- hoge breedte 
- aanlandige wind 
- golfstroom 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Kenmerken vorm Europa

- Diepe inhammen
- Aan drie kanten zee
- Eilanden en schiereilanden

Slide 4 - Tekstslide

Kaart reliëf Europa
Heeft Nederland geen reliëf?

Slide 5 - Tekstslide

Leg in 1 zin uit wat reliëf betekent.

Slide 6 - Open vraag

Reliëf = hoogteverschil
4 vormen van reliëf van hoog naar laag:

1- hooggebergte > 1500m
2- middelgebergte 500-1500m
3- heuvelland 200-500m
4- laagland < 200m

Slide 7 - Tekstslide

Temperatuur en reliëf
Het reliëf heeft invloed op de temperatuur
De temperatuur gaat per 100 m. met 0,6 °C omlaag (of per km 6°C) 
Onthouden: hoe hoger hoe kouder!

Slide 8 - Tekstslide

6.3 klimaat in de bergen
Learnbeat maken opdracht 1 t/m 5 

(opdracht 2 hoeft niet)

Slide 9 - Tekstslide

kaartje bij opdracht 3

Slide 10 - Tekstslide