6 IHL_Vervoer van goederen (weg-spoor)
1 / 19
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Benoem 6 criteria die de keuze van transportmodi kunnen bepalen.
Slide 2 - Open vraag
Vervoer dat NIET over de oceaan gaat, noemt men ook...
A
Unimodaal vervoer
B
multimodaal vervoer
C
Intercontinentaal vervoer
D
Hinterlandvervoer
Slide 3 - Quizvraag
Waarvoor staat TEN-T?
Slide 4 - Open vraag
Dit is een
A
Trekker
B
Trailer
C
Oplegger
D
Uitzonderlijk vervoer
Slide 5 - Quizvraag
Dit is een
A
Koeltrailer
B
Tankwagen
C
Dry trailer
D
Dieplader
Slide 6 - Quizvraag
Welke autostrade loopt van Antwerpen > Brussel (Amsterdam>Parijs)?
A
E17
B
E19
C
E34
D
E40
Slide 7 - Quizvraag
Waar/niet-waar: Spoorvervoer is in grote mate gestandaardiseerd in Europa?
A
Waar
B
Niet-waar
Slide 8 - Quizvraag
Wat doet Infrabel?
Slide 9 - Open vraag
De tegenhanger van Infrabel in NL is...
A
Railpro
B
Prorail
C
InfraNL
D
Geen van bovenstaande
Slide 10 - Quizvraag
Afzonderlijke wagons die via een rangeerproces tot een volledige trein worden samengevoegd
A
Unit cargo
B
Bloktrein
C
Treinen voor gecombineerd vervoer
D
Treinen voor intermodaal vervoer
Slide 11 - Quizvraag
Treinen voor gecombineerd vervoer waarbij de hele vrachtwagen (trekker en trailer)
meereist, noemt men ook...
meereist, noemt men ook...
A
Rollende landstrasse
B
Huckepack vervoer
Slide 12 - Quizvraag
Treinen voor gecombineerd vervoer waarbij enkel de trailer meereist,
noemt men ook...
noemt men ook...
A
Rollende landstrasse
B
Huckepack vervoer
Slide 13 - Quizvraag
Dit is een voorbeeld van...
A
Platte wagon
B
Tankwagon
C
Stortwagon
D
Koelwagon
Slide 14 - Quizvraag
Dit is een
voorbeeld van...
voorbeeld van...
A
Platte wagon
B
Tankwagon
C
Stortwagon
D
Koelwagon
Slide 15 - Quizvraag
Dit is een
voorbeeld van...
voorbeeld van...
A
Platte wagon
B
Tankwagon
C
Stortwagon
D
Koelwagon
Slide 16 - Quizvraag
Waarom zou je voor spoorvervoer kiezen?
Slide 17 - Open vraag
Geef twee voorbeelden hoe men het spoorvervoer tegen 2030 wil verdubbelen.
