Les 2: 7.2 stengels en wortels

Les opbouw
Lesdoelen
Terugblik
Instructie
Opdrachten maken
Nabespreken
Afronding

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Les opbouw
Lesdoelen
Terugblik
Instructie
Opdrachten maken
Nabespreken
Afronding

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kun je:

  1. Houtvaten en bastvaten benoemen.
  2. Uitleggen hoe planten stevig zijn.
  3. Beschrijven hoe planten mineralen opnemen.

Slide 2 - Tekstslide

De vorige les

Slide 3 - Tekstslide

Waar vind fotosynthese plaats?
A
In de celkern
B
In de vacuole
C
In de bladgroenkorrels

Slide 4 - Quizvraag

Welke 2 heb ik niet nodig om fotosynthese te laten gebeuren?
A
Zuurstof
B
Water
C
Schaduw
D
Koolstofdioxide

Slide 5 - Quizvraag

Start van de nieuwe stof

Slide 6 - Tekstslide

Thema 7 - Basisstof 2 : 
Stengels en wortels

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Stengels
  1. Stevigheid
  2. Bloemen en bladeren
  3. Transport
  4. Reservestoffen opslaan

Slide 9 - Tekstslide

Vaten
Houtvaten
Vervoert water en mineralen van de wortels naar de plant.

Bastvaten
Vervoert water en energierijke stoffen van de bladeren naar de plant.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Dode cellen
Levende cellen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wortels
Plant vastzetten
Water en Mineralen opnemen
Reservestoffen opslaan

Slide 15 - Tekstslide

Vooral de celwand neemt water op.
De opperhuid vormt uitstulpingen.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Bladluizen drinken graag energierijk sap. Aan welk kant van het blad zal je bladluis vinden?
A
Bovenzijde
B
Onderzijde

Slide 18 - Quizvraag

Waar vind je houtvaten in een stengel
A
Bovenzijde
B
Binnenzijde
C
Buitenzijde

Slide 19 - Quizvraag

Opdrachten
Opdrachten: 1 t/m 3 + 5 t/m 7
Bladzijde
   basisstof vanaf blz. 17
   opdrachten vanaf blz. 19
timer
15:00
Zelfstandig en stil werken ->

Alleen fluisterend overleggen met degene naast je ->

Je mag met elkaar overleggen ->

Slide 20 - Tekstslide