SO H6.1&H6.2

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Produceren

SO H6.1&H6.2

SO H6.1 & H6.2

• = Dit SO bestaat uit 10 meerkeuzevragen
• = Je hebt 10 minuten de tijd voor deze toets.
  
• = Let op! Vraag beantwoord? Je kunt NIET terug in de toets.
• = Veel succes!

1)Als de productie in verhouding meer door menselijke arbeid tot stand komt hebben we het over?

1. Kapitaalintensief
2. Werkintensief
3. Machine intensief
4. Arbeidsintensief

2) Bloemen zijn rond moederdag meestal duurder dan normaal doordat er dan......

1. meer aanbod is van bloemen
2. minder aanbod is van bloemen
3. meer vraag is naar bloemen
4. minder vraag is naar bloemen

3) Als je concurrent de prijzen verlaagt, zou jij dat ook moeten doen. Wat kan een reden zijn dat je de prijzen toch niet verlaagt?

1. je maakt dan geen winst
2. je hebt het al zo druk
3. de vraag gaat dan omlaag
4. het aanbod zal dan stijgen

4) Wat is een voorbeeld van investeren?

1. aandelen kopen
2. een fabrieksgebouw huren
3. geld op een spaarrekening zetten
4. productiemachines kopen

5) Maak de volgende zin af: De .....prijs komt tot stand als vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.

1. consumenten
2. verkoop
3. productie
4. evenwicht

6) De afzet van een bedrijf in procenten van de totale afzet noem je....?

1. concurrentie
2. toegevoegde waarde
3. marktaandeel
4. omzet

7) Een concrete markt is....

1. het geheel van vraag en aanbod
2. een plaats waar goederen worden verhandeld
3. een markt die concreet is
4. eem zwarte markt

8) Bedrijven en overheid produceren in de .... sector

1. informele
2. formele
3. ict
4. transport

9) Batavus verkoopt in NL 50.000 fietsen per jaar. De totale fietsenafzet in NL is 625.000. Bereken het marktaandeel van Batavus.

1. 8,33%
2. 80%
3. 8,67%
4. 8,0%

10) Afschrijving is.....

1. Een afschrift dat je krijgt van de bank.
2. De jaarlijkse vermindering van kapitaalgoederen
3. Producten die niet meer in assortiment zitten.
4. Het geheel van vraag en aanbod.

EINDE VAN DEZE TOETS