2.2 Met geld kun je meer

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

2.2 Met geld kun je meer

Op tafel: boek, rekenmachine en een pen.

Start met opgave 8 + 9 van blz. 65

Daarna de sommen van het werkblad. 

Wat voor soort inkomen wordt afgebeeld?

1. Inkomen uit arbeid
2. Inkomen uit bezit
3. Overdrachtsinkomen
4. Inkomen uit natura

Drie soorten inkomens zijn:

1. Salaris, loon en geld
2. Salaris, inkomen en uitkering
3. Salaris, winst en uitkering

Uitgaven zijn te verdelen in de volgende groepen: persoonlijke uitgaven, huishoudelijke uitgaven, vaste lasten en incidentele uitgaven.
Tot welke groep behoort een verjaardagscadeau?

1. Incidentele uitgaven
2. Huishoudelijke uitgaven
3. Vaste lasten

Uitgaven zijn te verdelen in de volgende groepen: persoonlijke uitgaven, huishoudelijke uitgaven, vaste lasten en incidentele uitgaven.
Tot welke groep behoort de aankoop van een auto?

1. Incidentele uitgaven
2. Huishoudelijke uitgaven
3. Vaste lasten

Uitgaven zijn te verdelen in de volgende groepen: persoonlijke uitgaven, huishoudelijke uitgaven, vaste lasten en incidentele uitgaven.
Tot welke groep behoort de reparatie van een computer?

1. Incidentele uitgavenaven
2. Huishoudelijke uitgaven
3. Vaste lasten

lesdoelen

- Je weet welke functies geld hebben

- Je weet welke redenen er zijn om te sparen

- Je weet wat rente is bij sparen

- Je weet hoe je rente berekent die je bij sparen ontvangt

Over het filmpje....

rente was inderdaad heel laag, langzaam wordt deze inmiddels weer een beetje meer.

Rente berekenen bij de bank

Je hebt € 270,- op de bank staan.

Je krijgt 1,5% rente (per jaar!)

Hoeveel € rente krijg je dan?

Welke stappen moet je volgen?

apps.noordhoff.nl

Aan de slag

Maken paragraaf 2.2 1 t/m 13

vanaf blz. 48