H4.3 De industriële samenleving

4.3 De industriële samenleving
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

4.3 De industriële samenleving

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Quiz (leerdoelen checken 4.2 voor jezelf)
  • Leerdoelen deze les
  • Filmpjes + aantekeningen EN lezen paragraaf
  • Opdrachten maken
  • Check de leerdoelen voor jezelf

Laatste filmpje in deze les tot 3:07 bekijken 

Slide 2 - Tekstslide

Industriële samenleving is...
A
Landbouw is voornaamste bestaansmiddel
B
Werken in fabrieken is voornaamste bestaansmiddel
C
Jagen en verzamelen is voornaamste bestaansmiddel

Slide 3 - Quizvraag

Welk begrip past bij de afbeelding
A
Industrialisatie
B
fabriek
C
huisnijverheid

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer begon de industriële revolutie
A
1953
B
1800
C
1844
D
2017

Slide 5 - Quizvraag

Wat hoort niet bij industrialisatie
A
Industrie
B
Landbouw
C
Treinen
D
Stoommachine

Slide 6 - Quizvraag

Vul het juiste woord in:
Verstedelijking is een ............... van de industrialisatie.
A
oorzaak
B
gevolg

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een oorzaak voor de industrialisatie?
A
Nieuwe uitvindingen
B
Aanleg van infrastructuur
C
Engelse investeringen

Slide 8 - Quizvraag

Door de industrialisatie werd veel geld verdiend, de rijkdom werd eerlijk verdeeld.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

De industrialisatie begon in Nederland eerder dan in Engeland
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Leerdoelen
-Je kan uitleggen hoe de arbeidsomstandigheden van de arbeiders waren
-Je kan uitleggen hoe het was om te wonen bij de fabriek
-Je kan uitleggen hoe de leefomstandigheden van de arbeiders verschilden van die van de gegoede burgerij

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Wat valt je op aan het werken/wonen bij de fabrieken?

(Neem mee in de samenvatting)

Slide 14 - Tekstslide

Lees 'wonen bij de fabriek'
  • Wat wordt er bedoelt met urbanisatie?
  • Wat wordt er bedoelt met infrastructuur?
  • Wat zijn 2 redenen waarom wonen bij een fabriek niet fijn was?

Slide 15 - Tekstslide

'3 sociale lagen'
Wat zijn de 3 sociale lagen in de industriële samenleving?
Wat zijn de verschillen in de manier van leven tussen de 3 sociale lagen?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Wat doen? (4.3)
Groep A:
Meedoen met rest uitleg/ opdrachten maken/check met test jezelf/leerdoelen checken/ leerdoelen inleveren
Groep B:
Tekst lezen/opdrachten maken/ check met test jezelf/ leerdoelen checken/ leerdoelen inleveren
Groep C:
Tekst lezen/samenvatting maken/ check met test jezelf/ leerdoelen checken/ samenvatting en leerdoelen inleveren
Groep D:
Filmpjes kijken/vergelijken met leerstof/ samenvatting van filmpjes en leerstof/ check met test jezelf/ leerdoelen checken/ samenvatting
en leerdoelen inleveren

Klaar?
1: Oefen de onvoldoende leerdoelen met behulp van een andere letter (A, B, C, D)
2: Oefen de overige leerdoelen met behulp van een andere letter (A, B, C, D)  

Slide 18 - Tekstslide