The Carribean + First Conditional


Good morning!
Good morning
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les


Good morning!
Good morning

Slide 1 - Tekstslide

Today's programme
Introduction 'The Carribean'
The second conditional
Get to work:)
Lesson goal: Get introduced to the Caribbean and understand & recognize the First Conditional

Slide 2 - Tekstslide

Unit 4: The Carribean

Slide 3 - Tekstslide

timer
1:30
The Carribean
(in your own words)

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

4

Slide 8 - Video

FACTS
Colonies in the Carribean:
England, France, Spain and the Netherlands

Languages:
English, French Spanish, Dutch,
Papiamento and Haitian Creole (mix of several other languages)

Slide 9 - Tekstslide

The second conditional

Slide 10 - Tekstslide

Second Conditional
Je maakt if-sentences voor onwaarschijnlijke situaties in de past simple 
(alleen de if-sentence in de past simple, voor het andere deel van de zin gebruik je would):


If he had enough money, he would buy a new bicycle.
My mother would miss us if we lived in Norway,
If we hurried, we would catch the last train.
IN FORMULEVORM:
[If + Past Simple --> Would + Verb]
[Would + Verb --> If + Past Simple]

Slide 11 - Tekstslide

Second conditional

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Choice # 1
Ik ga zelfstandig en in stilte aan de slag met de weektaak.

Aan het eind van de les kan ik laten zien dat ik de weektaak af heb.

weektaak 4.4+4.5
Choice #2

Ik wil graag samen met de docent de grammatica opdrachten maken

Slide 14 - Tekstslide

First conditional (als - dan) 
  • We gebruiken de first conditional wanneer we vrijwel zeker weten dat iets gaat gebeuren in de toekomst. 

- If I have enough apples, I will bake an apple pie for you. 
- She will be late if she does not hurry. 

Slide 15 - Tekstslide

How do you use the first conditional? 
IF + present simple , will (won't) 

- If you prepare properly, you will pass the test. 
- You won't catch the train if you don't leave now. 

Slide 16 - Tekstslide

How many nations do The Caribbean consist of?
A
4
B
17
C
13
D
1

Slide 17 - Quizvraag

If - sentences (first conditional)
If you study well,
you will pass the test. 
voorwaarde
waarschijnlijk gevolg
* "If-clause", het zinsdeel waar if in staat.
* In dit zinsdeel gebruik je altijd de present simple
Hier: study

Slide 18 - Tekstslide

If - sentences (first conditional)
If you study well,
you will pass the test. 
voorwaarde
waarschijnlijk gevolg
* In dit zinsdeel gebruik je altijd will + een werkwoord
  will pass

* If-zin, het zinsdeel waar if in staat.
* In dit zinsdeel gebruik je altijd de present simple
  study

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

If it doesn't rain tomorrow, we _______ (to go) on a picknick.

Slide 21 - Open vraag

You will pass the exam, if you _________ ( to study)

Slide 22 - Open vraag

If Imme leaves, Lynn _________ (to be) sad

Slide 23 - Open vraag

I will send you the picture when I ________ (to find) my phone.

Slide 24 - Open vraag

If or when? 
Soms gebruiken we when in plaats van if bij de first conditional. Hoe je de first conditional dan maakt verandert NIET. 

I'll tell Mees about the competition if he comes. 
I'll tell Mees about the competition when he comes. 

Slide 25 - Tekstslide

Zit er verschil in de betekenis van deze zinnen?

- I'll tell Mees about the competition if he comes.
- I'll tell Mees about the competition when he comes.
YES
NO

Slide 26 - Poll