PV P2 W1

hoofdstuk 3
uiterlijke verzorging
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
Persoonlijke VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 44 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

hoofdstuk 3
uiterlijke verzorging

Slide 1 - Tekstslide

3 uiterlijke verzorging
Uiterlijke verzorging omvat...
  • mondzorg
  • oog-, neus en oorzorg
  • hand-, nagel- en voetzorg
  • haarverzorging

Slide 2 - Tekstslide

3.1 mondverzorging
De mond heeft een functie in...
  • het verteren van voedsel (tanden en kiezen maken het voedsel kleiner)
  • het proeven (zintuigen in de tong)
  • spraak mogelijk maken (samen met de stembanden)
  • de ademhaling (door je mond ademen)

Slide 3 - Tekstslide

3.1.1
een gezonde mond
Kenmerken van een gezonde mond..
  • het ziet er gezond uit
  • slijmvliezen, tandvlees en tong kleuren roze
  • geen wondjes, blaren of bloeding
  • geen zwelling (oedeem)
  • voldoende speeksel
  • is niet pijnlijk

Slide 4 - Tekstslide

3.1.1
een gezonde mond
De mond reinigt zichzelf...
  • het speeksel bevat antistoffen (tegen ziekteverwekkers)
  • het speeksel smeert de mondkeelholte (met slijm)
  • de tong kan voedselresten weghalen

Slide 5 - Tekstslide

Welke aandoeningen van mond en gebit ken jij?

Slide 6 - Tekstslide

3.1.2
mondproblemen
Als de mond zichzelf onvoldoende reinigt, dan is er risico op...
  • ondervoeding
  • ontstekingen
  • pijn
  • slechte adem
  • smaakstoornissen

Slide 7 - Tekstslide

3.1.2
tandplak
Tandplak is een witgeel laagje op en tussen de tanden en kiezen en op de overgang naar het tandvlees.
  • het bestaat uit bacteriën
  • bacteriën zetten de suikers in de voeding om in zuren
  • dit zuur tast het tandglazuur aan

Slide 8 - Tekstslide

3.1.2
tandplak
Tandplak dat niet verwijderd wordt, zorgt voor het ontstaan van gaatjes (cariës).
  • het zachte tandbeen (dentine) wordt door het zuur en bacteriën aangetast
  • dit geeft pijn bij het gebruik van de tand of kies

Slide 9 - Tekstslide

3.1.2
tandplak
  • door 2x daags tandenpoetsen voorkom je dat gaatjes in tanden ontstaan
  • door producten te nemen die minder suiker bevatten voorkom je dat gaatjes in tanden ontstaan
tandbeen
T
glazuur
G

Slide 10 - Tekstslide

3.1.2
tandsteen
Tandsteen is tandplak dat is verkalkt.
  • de een krijgt het sneller dan de ander, komt door samenstelling van het speeksel
  • tandsteen is niet weg te poetsen
  • de tandarts krabt het weg met een haakje of met hoge trillingen

Slide 11 - Tekstslide

3.1.2
beschadigd slijmvlies 
De mondholte, het tandvlees en de binnenkant van de lippen zijn bedekt met slijmvlies. Dit kan beschadigd raken door...
  • slechte weerstand
  • minder speeksel
  • het kunstgebit beschadigt het slijmvlies

Slide 12 - Tekstslide

3.1.2
beschadigd slijmvlies 
Hierdoor zien ziekteverwekkers kans toe te slaan: ontstekingen aan het mondslijmvlies.
  • vuurrood slijmvlies met witte of rode plekken
  • pijn, overgevoeligheid met eten
  • soms koorts

Slide 13 - Tekstslide

3.1.2
ontsteking (stomatitis)
Ontstoken slijmvliezen kunnen ontstaan...
  • in de mond en mondhoeken
  • bij het tandvlees
  • bij de amandelen

Hierdoor...
  • raken tanden los
  • leidt het tot slikklachten

Slide 14 - Tekstslide

3.1.2
droge mond
Er is weinig speeksel productie. Dit ontstaat door...
  • langdurig ademen via je mond
  • uitdroging
  • vernevel medicijnen
  • ziekte

Slide 15 - Tekstslide

3.1.2
slecht ruikende adem
Een slecht ruikende adem wordt veroorzaakt door bacteriën
  • ze zitten vaak op tandplak, de tong of het slijmvlies.
  • mondproblemen kunnen leiden tot een slecht ruikende adem.

Slide 16 - Tekstslide

3.1.2
pijn in de mond
Dit kan veel oorzaken hebben...
  • tandbederf
  • ontstoken tandvlees
  • kiespijn
  • kunstgebit zit niet goed
  • blootliggende tandhalzen (tandbeen is erg gevoelig voor druk en temperatuur)

Slide 17 - Tekstslide

3.1.3 mondproblemen voorkomen
Preventieve maatregelen...
  • na het eten water drinken
  • pas goede mondverzorging toe
  • stimuleer flossen of ragen
  • maak de tong schoon
  • gebruik mondspoelwater  met (chloorhexidine)
  • vet lippen met vaseline in

Slide 18 - Tekstslide

Quiz
Doe de quiz mondhygiëne:
https://testen.jellinek.nl/tests/356/Quiz-Mondhygi-ne

Slide 19 - Tekstslide

3.1.3 mondproblemen herkennen
De cliënt...
  • draagt zijn kunstgebit niet graag
  • heeft moeite met eten, drinken
  • geeft pijn aan in de mond
  • verliest gewicht
  • heeft bloedend tandvlees
  • heeft een vieze adem
  • vermijdt sociale contacten

Slide 20 - Tekstslide

3.1.4 aandoeningen en doelgroepen
Maak een groepje van 3
Elk groepje leest een doelgroep
Noem 2 aandachtspunten bij de mondzorg
  • coma
  • palliatieve fase
  • kauw- of slikproblemen
  • verstandelijke beperking
  • psychische en cognitieve problemen
  • afwerend gedrag
  • medicatiegebruik
de opdracht duurt 10 minuten

Slide 21 - Tekstslide

3.1.4 aandoeningen en doelgroepen
1 Coma...
  • lippen invetten
  • voorkom verslikken (zijligging)

Slide 22 - Tekstslide

3.1.4 aandoeningen en doelgroepen
2 Terminale fase (laatste levensfase)
  • palliatief handelen (gericht op waardigheid ipv. genezing)
  • op de wens van de cliënt afgaan
  • voorkom pijn

Slide 23 - Tekstslide

3.1.4 aandoeningen en doelgroepen
3 Slikproblemen...
  • wees voorzichtig met eten aanbieden
  • kleine porties geven
  • eten gemalen geven

Slide 24 - Tekstslide

3.1.4 aandoeningen en doelgroepen
4 Verstandelijk beperkt...
  • let op spasmen of slappe mondspieren
  • let op afwijkende tandstand

Slide 25 - Tekstslide

3.1.4 aandoeningen en doelgroepen
5 Psychische of cognitieve problemen...
  • slechte mondzorg door motivatieprobleem
  • slechte mondzorg door het niet meer weten of kunnen uitvoeren

Slide 26 - Tekstslide

3.1.4 aandoeningen en doelgroepen
6 Afwerend gedrag...
  • leg uit wat je gaat doen
  • neem de tijd
  • dring niet onnodig aan
  • wees creatief in oplossingen
  • zoek naar de oorzaak van de afwijzing

Slide 27 - Tekstslide

3.1.4 aandoeningen en doelgroepen
7 Medicijngebruik...
  • medicijnen die geïnhaleerd worden geven een droge mond
  • medicijnen kunnen de smaak veranderen (zijn daarom een reden dat cliënten medicijnen weigeren)

Slide 28 - Tekstslide

3.1.5 hulpmiddelen bij mondverzorging
Deze producten zijn te gebruiken...
  • (elektr) tandenborstel
  • ragers, stokers of flosdraad
  • fluoride tandpasta
  • chloorhexidine mondspoelwater

Slide 29 - Tekstslide

3.1.6 gebitsprothese
Een gebitsprothese vervangt een deel of het hele gebit. Er zijn variaties mogelijk...
  • een volledige prothese of kunstgebit
  • een plaatprothese plaatje van kunsthars waarin de kunsttanden verankerd zijn, dit steunt op het tandvlees en de kaak.

Slide 30 - Tekstslide

3.2 verzorgen van ogen, oren en neus
  • ogen was je van buiten naar binnen (richting de traanbuis)
  • let op lenzen of een bril
  • oorsmeer niet met stokjes verwijderen
  •  sommigen dragen een hulpmiddel om beter te kunnen horen... 

Slide 31 - Tekstslide

3.2 verzorgen van ogen, oren en neus
  • achter-het-oor (AHO) apparaten
  • complete-in-canal (CIC) apparaten
  • cochleair implantaat (CI)

Slide 32 - Tekstslide

3.2 verzorgen van ogen, oren en neus
  • cochleair implantaat (CI) is een middel waarbij geluid wordt opgevangen door een processor en doorgegeven aan het implantaat, die dit weer doorstuurt naar de gehoorzenuw.


processor vangt geluid op
P
implantaat vangt geluid op en stuurt het naar de gehoorzenuw
I
slakkenhuis (cochlea) met de gehoorzenuw
C

Slide 33 - Tekstslide

3.3 verzorgen van handen, nagels en voeten
  1. gele nagels komen vaak door een schimmelinfectie
  2. gescheurde nagelranden wijzen op vochttekort, vitaminetekort, kalk of ouderdom
  3. witte vlekken zijn onschuldig
  4. donkere randen of streep wijst op leverfalen

Slide 34 - Tekstslide

3.3 verzorgen van handen, nagels en voeten
Bij voeten komen kalknagels bij ouderen vaak voor
  • komt niet door kalk maar door een schimmel (net als bij zwemmers-eczeem)
  • nagels verkleuren, worden brokkelig

Slide 35 - Tekstslide

3.3 verzorgen van handen, nagels en voeten
Bij mensen met suikerziekte is nagels knippen riskant.
  • nagels knippen kan leiden tot wondjes
  • wondjes genezen moeilijk of leiden tot infecties, zweren (diabetische voet) met risico op amputatie

Slide 36 - Tekstslide

3.4
haarverzorging
Haarproblemen kunnen leiden tot minder zelfvertrouwen...

Slide 37 - Tekstslide

3.4
haarverzorging
1 Roos
Huidschilfers

Slide 38 - Tekstslide

3.4
haarverzorging
2 Haaruitval
  • kan zowel bij vrouwen als mannen gebeuren
  • als gevolg van ouderdom (hormonale verandering), medicijnen, stress of infecties

Slide 39 - Tekstslide

3.4
haarverzorging
3 Overbeharing
  • als gevolg van ouderdom (hormonale verandering), medicijnen, stress of infecties

Slide 40 - Tekstslide

3.4
haarverzorging
4 Hoofdluis
  • leven op warme en schone plekken op het hoofd
  • de luis voedt zich met bloed
  • hoofdluis is niet schadelijk, wel vervelend (jeuk)
  • met een luizenkam wordt luis verwijderd

Slide 41 - Tekstslide

3.4
haarverzorging
5 Pruik
  • het opzetten of afnemen van een pruik kan confronterend zijn voor een cliënt

Slide 42 - Tekstslide

3.4
haarverzorging
6 Baard of snor
  • droog scheren: met scheerapparaat (denk om het schoonmaken ervan)
  • nat scheren: met een scheermesje (denk om wondjes)

Slide 43 - Tekstslide

alle opdrachten maken en zelf nakijken

Slide 44 - Tekstslide