2.4 de afschaffing van de slavernij

2.4: De afschaffing van de slavernij
Ga zitten op de plek van mevrouw Sneijders
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 45 slides, met tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2.4: De afschaffing van de slavernij
Ga zitten op de plek van mevrouw Sneijders

Slide 1 - Tekstslide

Keti koti is een begrip uit het Sranantongo en betekent 'verbroken ketenen'.


Wat gaan we vandaag doen?
Aantekening paragraaf 2.3 afmaken

Huiswerk nakijken 

Introductie slavernij 

Fragment slavernij 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk nakijken 
Welke invloed hadden de Fransen in Nederland? 

  • Onder Franse invloed vonden vernieuwingen in Nederland plaats die gebaseerd waren op de verlichting. 
  • Enkele vernieuwingen: metriek stelsel, militaire dienstplicht, burgerlijk recht en burgerlijke stand. 

Slide 3 - Tekstslide

Burgerlijk recht: gelijke rechten en plichten werden vastgesteld. 

Burgerlijke stand: administratie van de gegevens van burgers. Zo moest iedereen een achternaam aannemen. 
Huiswerk nakijken 
Opdr 4abc, 5,6,8 

Ik kom langs 

Antwoorden projecteer ik op het bord. 


Slide 4 - Tekstslide

Burgerlijk recht: gelijke rechten en plichten werden vastgesteld. 

Burgerlijke stand: administratie van de gegevens van burgers. Zo moest iedereen een achternaam aannemen. 
Huiswerk nakijken 
Opdr 4abc, 5,6,8 

4 . Van republiek tot Franse provincie
A) B, C
B) B, F, G
C) Nederland kreeg in 1798 een democratische grondwet.



Slide 5 - Tekstslide

Burgerlijk recht: gelijke rechten en plichten werden vastgesteld. 

Burgerlijke stand: administratie van de gegevens van burgers. Zo moest iedereen een achternaam aannemen. 
Opdracht 5 + 6 
5. De Franse tijd                                                    6. 
A) 1795, 1813                                                            A) 1:5
B) B, C, D                                                                         2:2
                                                                                           3:1
                                                                                          4: 3,4 
                                                                                    B) 1 onhandig, niet
                                                                                         2 handig, wel, tien
                                                                                          3 logisch


Slide 6 - Tekstslide

Burgerlijk recht: gelijke rechten en plichten werden vastgesteld. 

Burgerlijke stand: administratie van de gegevens van burgers. Zo moest iedereen een achternaam aannemen. 
Opdracht 8 
8 Eindopdracht
Bijvoorbeeld: Ik heb de vrijheid om veel dingen te doen die ik wil. Ik merk dat het in Nederland gewoon is om voor je rechten op te komen.

Slide 7 - Tekstslide

Burgerlijk recht: gelijke rechten en plichten werden vastgesteld. 

Burgerlijke stand: administratie van de gegevens van burgers. Zo moest iedereen een achternaam aannemen. 
Mindmap 
Maak in je schrift een mindmap van het woord 'slavernij'

denk aan:
- Wat is slavernij?
- Wie deed er aan slavernij?
-Wat hoort er bij slavernij? Waar denk je aan bij slavernij?

Individueel in stilte. 
timer
3:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slavernij

Slide 9 - Tekstslide

Wat is slavernij?
Wie deed er aan slavernij?
Wat hoort bij slavernij?

Mindmap 
Andere vormen 

Schuldslavernij

Horigheid

Lijfeigenschap 

Betekenis slavernij 
Slavernij is onvrije arbeid, waarvan het resultaat geheel of gedeeltelijk moet worden afgestaan en waarbij de werker lijfelijk eigendom is van de meester.

Slide 10 - Tekstslide

Definitie volgens Amnesty International 
Film fragment slavernij suiker
Schrijf 5 dingen uit het fragment op, waarvan jij denkt, dat het belangrijk is. 

Schrijf in je schrift. Fragment slavernij ( Paragraaf 2.4)
1.
2. 
3. etc

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

SO volgende week maandag
Paragraaf 2.1 en 2.2 
Standenmaatschappij
Verlichting
Franse revolutie
Politieke veranderingen vanaf 1795
Napoleon 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk woensdag:
Lees blz 33 'Afschaffing door Groot-Brittannië'
Maak in je schrift een tabel:
Argumenten slavernij (1700-1800)

Voorstanders van slavernij
Tegenstanders van slavernij

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.4 De afschaffing van de slavernij

blz 33

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het leven van een slaaf
  • Tussen de 16e en 19e eeuw werden er  11 miljoen slaven van Afrika naar Amerika gebracht.
  • Eén op de twintig slaven door Nederlanders.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het leven van een slaaf
  • Slaven werden gekeurd als vee
  • Ze moesten werken op suiker-, tabaks-, koffie- of katoenplantages.
  • Ze kregen slecht te eten en zware straffen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Spaanse bok is zo'n slavenstraf
Ze straften slaven zwaar en vaak in het openbaar, zodat andere slaven niet hun voorbeeld volgden.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 
Samen lezen blz 33 'Afschaffing door Groot-Brittannië'
Maak in je schrift een tabel:
Argumenten slavernij (1700-1800)

Voorstanders van slavernij
Tegenstanders van slavernij
timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Argumenten voor slavernij

  • Donkere mensen waren 'minderwaardig' 
  • 'Ze waren al slaaf toen ze aankwamen'
  • Racisme 
  • Europa was 'beter ontwikkeld.'

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Argumenten tegen slavernij

  • Het is geen vorm van naastenliefde (christendom)
  • Gelijkheid --> Verlichting
  • Er kwamen grondrechten door verlichting
  • Abolitionisme 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorstanders
Tegenstanders (abolitionisten
Superioriteitsgevoel 
(Blanken mensen zijn beter dan donkere mensen)
Gelijkheid
(Volgens de Verlichting was ieder mens gelijk)
Racisme (Het ene ras is beter dan het andere ras) 
Grondrechten
(Ieder mens heeft volgens de grondrechten recht op vrijheid
--> dus ook slaven) 
Europa is 'beter ontwikkeld' dus logisch dat zij de leiding hebben in de kolonies. 
Christendom 
(Heb je naaste lief en zorg voor de mede mens --> dus ook slaven)
Argumenten slavernij 1700-1800

Slide 22 - Tekstslide

Dit schema uitprinten voor de leerlingen. 

Belangrijk om te leren voor het proefwerk! 
Abolitionisme
  • Abolitionisme is het willen afschaffen van slavernij
  • Abolitionisten richtten verenigingen op en verspreidden informatie over hoe zwaar slaven het hadden
  • Succes: de slavenhandel werd afgeschaft
Jaartallen
In deze jaren werd de slavenhandel afgeschaft:
  • Groot-Brittanië - 1807
  • Verenigde Staten - 1808
  • Nederland - 1814
Voorbeeld
Een afbeelding die veel door tegenstanders van slavernij werd verspreid.
Vertaling: Ben ik niet een man en een broeder?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Afschaffing door Frankrijk en Nederland blz. 34
BOEK: niet leren. 

Alleen de aantekening.  


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.4 Afschaffing door Frankrijk en Nederland blz 34 
  • Engeland schafte door het abolitionisme als eerste in 1807 slavenhandel af. In 1833 de gehele slavernij. 
  • Frankrijk en Nederland werden onder druk gezet door Engeland. 

Slide 26 - Tekstslide

Hoe moesten de koloniën ooit winstgevend zijn als al die goedkope arbeidskrachten zouden verdwijnen? Om slavernij en slavenhandel te legitimeren werden allerlei argumenten gebruikt. Zo zouden andere normen voor Afrikanen en Aziaten gelden, omdat zij niet christelijk waren. Sommigen gingen nog verder: dankzij de slavernij zouden “inferieure” mensen in contact komen met een hogere beschaving, dus eigenlijk mochten de slaven wel dankbaar zijn…

In 1863 schafte Nederland de slavernij eindelijk definitief af. Hoewel? Voormalige slaven moesten nog tenminste tien jaar op hun plantages blijven werken. Betaald, dat wel, maar echt vrij waren ze dus nog steeds niet. De voormalige slaveneigenaren kregen 300 gulden per vrijgelaten slaaf als compensatie. Zij wel.

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

2.4 Afschaffing door Frankrijk en Nederland blz 34 
  • Er ontstond meer en meer protest tegen de slavernij. (Men wilde meer vrijheid en gelijkheid in de samenleving)
  • Ze lazen boeken en zagen afbeeldingen over de wrede mishandeling van slaven. 
  • Eerst werd de slavenhandel afgeschaft, jaren later pas de slavernij. 

Slide 28 - Tekstslide

Nederland loopt niet voorop met de afschaffing. Immers, zo menen velen hier, de ongeschoolde slaven zouden de vrijheid niet aankunnen. En, erger nog, de slavenhouders zouden schade lijden. Als Nederland de slavernij eindelijk afschaft, compenseert de staat dan ook de slavenhouders (niet de slaven). Bovendien zijn de tot slaaf gemaakten nog niet vrij. Zij blijven tien jaar verplicht om een jaarcontract met een plantagebaas af te sluiten
Engeland
Frankrijk
Nederland
Afschaffing slavenhandel
1807
1815
1814
Afschaffing slavernij
1833
1848
1863
Jaartallen

Slide 29 - Tekstslide

Spanje en Portugal waren nog later. 

Volgende week woensdag:
Paragraaf 2.4 afmaken 

' Afschaffing in de VS' 

Maak nu (anders huiswerk voor maandag) : 
Opdracht 1, 2b, 3, 4c

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aankomende maandag
SO paragraaf 2.1 en 2.2 
Veel succes met leren!

Denk aan:
- De samenvatting 
-De begrippen, heel belangrijk 
- Je eigen aantekeningen 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SO paragraaf 2.1 + 2.2 
30 minuten de tijd voor het SO. 

Klaar? Lees blz 34 ' Afschaffing in de VS.' Probeer dit stukje in eigen woorden samen te vatten. 

Hierna --> gezamenlijk huiswerk controleren. Opdracht 1, 2b, 3, 4c blz 35 +36


Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.4 De afschaffing van de slavernij in de VS

blz 33

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen?
Huiswerk afmaken 

Proefwerkweek stof afmaken. (Stof = H2) 

Afschaffing slavernij in de VS. 

SO controleren. 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk controle 
Opdracht 1, 2a, 3, 4c bladzijde 35 + 36 


Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1
A) - Racisme                                                                    E) B!!
- Superioriteitsgevoel.
B) B - A
C) De witte man houdt toezicht. De donkere mensen kappen en vervoeren het suikerriet. 
D) De ketting waarmee hij is vastgeketend. Het knielen (hij smeekt)

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2b, 3 en 4c
B) Europa is hoger afgebeeld en heeft als enige schoenen aan. Ze heeft symbolen van macht. De andere vrouwen staan lager en zien er eenvoudiger uit. 

3. B

4c)       1 = A    2 = B   3 = C  4 = F 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zat het ook al weer?
  • Argumenten voor slavernij in 1800?

  • Argumenten tegen slavernij in 1800?

  • Welk land schafte als eerste de slavernij af? Waarom? 

  • Samen lezen 'Afschaffing VS' blz 34 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alleen de aantekening leren
NIET het boek .


Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afschaffing slavernij VS 
  • Noorden in de VS is geïndustrialiseerd. 
  • Zuiden in de VS: afhankelijk van het goedkope werk van slaven op de plantages. 
  • Het noorden wil slavernij afschaffen. 
  • Het zuiden niet. 
  • Er vind een bloedige burgeroorlog plaats. 
  • Het noorden won, in 1865 werd slavernij in de hele VS afgeschaft. 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Proefwerk bespreken 
Hoe kan het dat de punten laag uitvallen? 

Eerst klassikaal de vragen bespreken.

Controleer de puntentelling 

Daarna --> individueel vragen doorlopen. 

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefwerk bespreken 
Je krijgt een stencil. 

Markeer en schrijf niet op het proefwerk. Maar, kijk waar je fouten in zitten. 

Individueel 3min in stilte. 
Bespreek daarna je valkuilen met je buurman/buurvrouw
timer
3:00

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag 
  • Maak ' tijdvakken en begrippen' (Opdracht 1 + 2)  op bladzijde 38 in je werkboek. 
  •  Maak ' test jezelf.' Opdracht 2, 4, 5, 7, 9, 10 

  • Je mag rustig overleggen. 



Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies