Taaldorp: Au camping _18oct24

1 / 48
volgende
Slide 1: Video
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Les toilettes
La salade
La caravane
Le foot
La tente
Les frites
La terrasse
Le camping

Slide 2 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Date de naissance
Je suis né(e) le ....  
  • Jour (1 = premier)
  • Mois
  • Année
    2000 = deux-mille
    2002 = deux-mille-deux
    2003= deux-mille-trois etc. 

Exemple: 
"Ma date de naissance est le premier septembre deux-mille-deux"
timer
2:00
Les mois de l'année
  • Janvier
  • Février
  • Mars
  • Avril
  • Mai
  • Juin
  • Juillet
  • Août
  • Septembre
  • Octobre
  • Novembre
  • Décembre
Les mois de l'année

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

L'alphabet

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

L'alphabet

Vous pouvez épeler votre prénom et votre nom?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taaldorp | Au camping
Ik kan een plek reserveren op de camping.
  1. Questions
  2. Ma date de naissance
  3. Phrases 6-10
  4. Questions
  5. Au travail
Subdoelen:
  • Ik kan vertellen wat mijn geboortedatum is. 
  • Ik kan een plek op een camping reserveren.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taaldorp
Ik kan:
 
  • Een plek op een camping reserveren.
    - Au camping 
  • Groente en fruit bestellen op de markt.
    - Au marché
  • Eten en drinken bestellen in een restaurant/café
    - Au restaurant

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TAALDORP = volgende week!
Hoe gaat dat?
3 gesprekken (Au camping, Au marché, Au restaurant)
Je krijgt een blad met de gesprekken.
En een beoordelingsformulier.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vous voulez rester combien de nuits?
A
U wilt de rest?
B
Hoeveel nachten wilt u blijven?
C
Hoeveel kost het?
D
Willen jullie een plek?

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

C'est pour une tente ou pour une caravane?
A
Hoeveel tenten?
B
Heeft u een zwembad?
C
Is het duur?
D
Is het voor een tent of een caravan?

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Il me faut vos coordonnées?
A
Het moet uw naam zijn
B
Ik heb uw persoonsgegevens nodig
C
Je moet iets invullen
D
Ik moet de coordinaten hebben

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Où se trouve le bloc sanitaire?
A
Waar vind ik de blokken?
B
Of is dat de douche?
C
Waar is het toiletgebouw?
D
Waar is het zwembad?

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vous pouvez répéter?
A
Kunt u nu oefenen?
B
Kunt u het herhalen?

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ça coute combien?
A
Hoeveel kost het?
B
Het snijdt goed?

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je voudrais bien un emplacement au soleil.
A
Ik wil graag een plek in de zon.
B
Ik wil graag goed zonnen.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vous pouvez épeler votre nom et prénom?
A
Kunt u uw gegevens opschrijven?
B
Kunt u uw achternaam en voornaam spellen?

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Exercice 5
1: une place
2: deux grandes caravanes
3: court de tennis, une place à l'ombre
4: cinq enfants, trois adultes
5: la taxe de séjour, comprise
6: louer
Fini? Sur la page 8, lis la conversation et traduis la partie de JIJ (gast) dans ton cahier. Zin 1 t/m 6.
Utilise Interglot.com 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les devoirs pour vendredi prochain:
Traduis page 8, zin 1 t/m 6.
Vertaal het gesprek naar het Frans en schrijf
dit in jouw schrift.

Gebruik de Hulpzinnen, de lijst op page 11 en
een woordenboek (Interglot.com)

Merci en au revoir

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Qu'est-ce que tu vois?
(mots français > camping)

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bingo!
BINGO (4x4)
  • Chiffres (0-31)

Maak zelf een raster van 4x4.
Vul zelf cijfers in tussen 0 en 31.
timer
2:00

Au camping
6. Je paspoort ligt in de auto. Je weet nog niet hoeveel nachten jullie blijven.

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Au camping
7. Hoeveel kost het voor 4 personen en een auto?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Au camping
8. Is de toeristenbelasting inbegrepen?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Au camping
9. Ik wil graag 4 douchemuntjes en ik wil graag brood bestellen voor morgen.

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Au camping
10. Ik wil graag 8 croissantjes en een stokbrood. Fijne dag.

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

timer
20:00
Lire & prononciation
On va lire ensemble!
> Begrijp je het gesprek?

Prononciation
> Onderstreep de woorden die je lastig vindt qua uitspraak.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
20:00
Les devoirs 

Leer voor de S.O.:

  • Hulpzinnen
  • Vocabulaire van Au restaurant
  • Vocabulaire van Au camping

Gebruik Memrise of maak woordenlijstjes.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Corrigez: Au camping & Prononciation
Corrigez: ouvrez votre cahier
  • Schrijf de correcties mee, je krijgt de antwoorden maar 1x.
  • Andere zin? Vertel! Er zijn meerdere opties mogelijk.
#1 | Prononciation: -ez / -ez / -er / -é
  • Vous avez une place? = ee
  • Vous pouvez répétez ? = ee
  • Je voudrais commander = ee
  • J'ai laissé mon passeport dans la voiture = ee
#2 | Prononciation: -e / es / -è / ès / -ent 
  • Je préfère être près des toilettes = -
  • C'est pour deux petites tentes =

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Parlez: Au camping
Tour 1: Cherche ton duo!
  • Zoek de persoon met de vertaling van jouw zin.
  • Oefen het gesprek 
  • Gebruik je boekje + vertaling. (p.5-6) 
  • Wissel meermaals van rol (JIJ vs. Partner)
  • Zet moeilijk uit te spreken woorden in LessonUp (met handje)
  • Tour 2:  Cherche un duo avec le même 'mois' de naissance
  • Oefen de gesprekjes ZONDER je vertaling.
  • Zet een stip voor de zinnen die je niet weet. Zoek die op.
  • Probeer opnieuw & wissel van rol.
timer
7:00

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
1:00
Parlez: Au camping
Tour 1: Lisez la traduction
Kort de tijd je gesprekje door te lezen.
Tour 2 & 3: Parlez 1 minutes
Tour 4&5: Parlez 2 minutes
Tour 6&7: Parlez 3 minutes

Na elke ronde ruimte voor uitspraakvragen.
timer
2:00
timer
3:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Prononciation: Au camping
#1 | Prononciation: -x / -s / -t / -e / -r / -p / -d / -z
  • Deux places = deu plas
  • Il fait = iel fè
  • Une mère = uun mèr
  • Trop tard = Troo tar
  • Le nez = Le née
#2 | Prononciation: et & est
  • Il est gentil = il è gentil
  • Monique et Julie = Monique ee Julie

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prononciation importante!
  • C'est / il est / elle est
  • Une caravane et un vélo.
  • Je voudrais
  • Je préfère / Je regarde
  • Je vais

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cherche des mots qui finissent sur:
- x / -s / -e / -r / -p / -d /-z
(p. 5-8) 
 Prononciation: Au camping 

Slide 37 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Dictée marchée!
Qu'est-ce que nous allons faire?
1. Je word ingedeeld in tweetallen. 
2. Ieder duo heeft 1 loper en 1 schrijver.
3. Binnen de timer moet je zo veel mogelijk woorden op je blaadje schrijven.
> Let erop dat je de woorden correct spelt.
> Je hoeft alléén de Franse woorden op te schrijven.
 4. Alle woorden opgeschreven? Lever blaadje in bij docent. En schrijf apprendre 10 (p.75 over).

Tip: als de schrijver niet weet hoe het woord geschreven moet worden, dan moet de loper het woord spellen, de loper mag niet zelf schrijven.


timer
8:00
Règles du jeu:
  • Je mag niet wisselen van loper.
  • Je bent loper niet renner.
  • Ren je ? Dan moet je terug op je stoel en 10sec. wachten.
  • Op de gang ben je stil, zo niet? 10 sec. wachten.
  • Winnende groepje met meeste foutloze woorden + betekenis wint wat lekkers!

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vocabulaire: Au camping
Mots croisés
  • Spatie = leeg vakje
  • En ligne 
  • Eerst zonder hulp, daarna pas met boekje.
     
  • Fini? > Quizlet / Memrise 'Au camping'
Mots croisés: au camping
timer
8:00
Cahier Quizlet 'Taaldorp'

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Partner (medewerker)


Jij (gast)

Dialogue: Au camping [p.5-6]
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
10:00
Au camping - variation
Partner & gast
  1. Groet, en vraag of ze plaats in de schaduw hebben.
  2. Zeg dat het voor een auto, een caravan én 1 kleine tent is.
  3. Zeg dat je de voorkeur hebt om dichtbij het zwembad te staan.
  4. Zeg dat je het niet begrijpt en of hij/zij het kan herhalen.
  5. A) Noem je naam, geboortedatum, woonplaats én land.
    B) Spel je naam.
  6. Zeg dat je 5 nachten wilt blijven.
  7. Vraag hoeveel het kost voor 5 personen, een auto, een caravan en een tent. 
  8. Vraag of een gasfles hierbij inbegrepen is.
  9. Zeg dat je muntjes wilt kopen voor de wasmachine en vraag of je een afhaalmaaltijd kunt bestellen.
  10. Zeg dat je 5 kaas pizza's  wilt bestellen. Zeg dat je de auto gaat parkeren en wens hem/haar een prettige dag.
HBL ELO - Taaldorp boekje

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quelle est la réponse la plus logique?
Au camping - 1.
A
Bonjour, j'ai réservé une table.
B
Bonjour, est-qe que vous avez de la place?
C
Merci, au revoir!
D
Oui, je préfère être près du bloc sanitaire.

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Quelle est la réponse la plus logique?
Au camping-2.
A
C'est super. Merci beaucoup.
B
On cherche une place pour une tente et une voiture.
C
C'est pour une chambre avec salle de bains.
D
C'est pour une caravane. On est en vélo.

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Quelle est la réponse la plus logique?
Au camping-3.
A
Voilà, cinquante euros.
B
Mon passeport est dans la voiture.
C
On voudrait rester deux semaines, s'il vous plaît.
D
Je m'appelle Noémie Baston et ma date de naissance est le deux février deux mille cinq.

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Quelle est la réponse la plus logique?
Au camping-4.
A
Voilà cinquante euros.
B
Merci, au revoir!
C
D'accord, la taxe de séjour est comprise?
D
D'accord. Je peux payer par carte bancaire?

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Quelle est la réponse la plus logique?
Au restaurant-6.
A
C'était très bon. Oui, je voudrais payer.
B
Oui, c'est combien?
C
C'était bien cuit.
D
Voilà. Au revoir et bonne journée!

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Speeddate
Zet de tafel in de speeddate opstelling

Oefen au camping


On change de place sur mon signe.

timer
1:00

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pour mardi
Taaldorp TOETS:
Laat al je spullen in je kluisje.
Oefen de 3 gesprekken!
Oefen hardop zelf/samen met iemand.





On change de place sur mon signe.

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies