Het bezittelijk voornaamwoord (klas 1)

Bezittelijk voornaamwoord
Le pronom possessif
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Bezittelijk voornaamwoord
Le pronom possessif

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel: 
- aan het einde van de les herken ik het bezittelijk voornaamwoord in een Franse zin
- aan het einde van de les kan ik een zin maken met het bezittelijk voornaamwoord in het Frans

Slide 2 - Tekstslide

On commence!
  • Bekijk  het uitlegfilmpje 

Slide 3 - Tekstslide

Uitleg bezittelijk voornaamwoord






Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is. 
De vorm hangt af van het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.  
BV: Max is mijn broer - Max est mon frère (m.ev)

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg bezittelijk voornaamwoord
Let op: als het znw vrouwelijk is en begint met een klinker/ stomme h, gebruik dan de mannelijk vorm (mon,ton,son)

BV: Mijn vriendin heet Marie - Mon amie s'appelle Marie 
                                                               DUS NIET: ma amie s'appelle Marie 

Slide 5 - Tekstslide

De vorm van het bezittelijk voornaamwoord

Slide 6 - Tekstslide

Hoe zie je of een
woord m/v/mv is?

Slide 7 - Woordweb

mijn school (m)
A
ma collège
B
mes collège
C
mon collège
D
tes collège

Slide 8 - Quizvraag

jouw spullen (mv)
A
ton affaires
B
tes affaires
C
ta affaires
D
mes affaires

Slide 9 - Quizvraag

zijn kamer (v)
A
ses chambre
B
son chambre
C
ton chambre
D
sa chambre

Slide 10 - Quizvraag

haar toekomst
A
ses avenir
B
son avenir
C
notre avenir
D
leur avenir

Slide 11 - Quizvraag

onze klas
A
vos classe
B
notre classe
C
leurs classe
D
nos classe

Slide 12 - Quizvraag

hun etui
A
leur trousse
B
vos trousse
C
leurs trousse
D
mon trousse

Slide 13 - Quizvraag

mijn vriendin
A
ma amie
B
mon amie
C
mes amies
D
mes amis

Slide 14 - Quizvraag

livres
sac à dos
trousse
mon
mes 
ta

Slide 15 - Sleepvraag

secret
profs
récré
ma
leurs
son

Slide 16 - Sleepvraag

C'est un tableau. C'est ______ (mijn) tableau.

Slide 17 - Open vraag

Là-bas, il y a la chambre de mes parents. C'est ______ (hun) chambre.

Slide 18 - Open vraag

Au travail !
  • Maak bron H 
  • Bron H af? Oefen dan ook bron H op slim stampen.
  • Herhaal de vocabulaire A, B, E en F

Slide 19 - Tekstslide