Bouwsteen 5: Hoofd- en bijzaken

Hoofd- en bijzaken
Lesdoel
* Je oefent het onderscheid te maken tussen Hoofd- en bijzaken
* Je oefent om het verschil tussen hoofd- en bijzaken te benoemen 

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofd- en bijzaken
Lesdoel
* Je oefent het onderscheid te maken tussen Hoofd- en bijzaken
* Je oefent om het verschil tussen hoofd- en bijzaken te benoemen 

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn de hoofdzaken in een tekst?
Waar staan ze in de tekst?

Slide 2 - Open vraag

HOOFDZAKEN
Aan het begin van de tekst 
of
juist aan het eind van de tekst.

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdzaken
* Alle belangrijke zaken die over een onderwerp worden gegeven.

* Hoofdzaken lees je vaak in de inleiding, in het slot en in de kernzin van elke alinea.
* Tussenkopjes en anders gedrukte woorden kunnen ook helpen om hoofdzaken te vinden.
* Hoofdzaken kunnen niet weggelaten worden.

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn bijzaken?

Slide 5 - Open vraag

Bijzaken
 * De minder belangrijke informatie over het onderwerp.



* Bijzaken kun je weglaten in een tekst.
* Extra uitleg, voorbeelden en details.
* Bijzaken maken de tekst leuker en beter te begrijpen.


Slide 6 - Tekstslide

Wat maakt een tekst leuker om te lezen?
A
Hoofdzaken
B
Bijzaken

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de hoofdzaak?
De burgemeester bezocht afgelopen zaterdag mevrouw de Jong voor haar honderdste verjaardag.
Mevrouw de Jong woont in een verzorgingshuis.
___________________
A
De burgemeester bezocht afgelopen zaterdag mevrouw de Jong voor haar honderdste verjaardag.
B
Mevrouw de Jong woont in een verzorgingshuis.

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de hoofdzaak?
Alle leerlingen van klas twee hebben voor de herfstvakantie de boswachter geholpen.
De leerlingen moesten op de fiets naar het bos.
In het bos werden ze in groepen ingedeeld.
________________
A
Alle leerlingen van klas twee hebben voor de herfstvakantie de boswachter geholpen.
B
De leerlingen moesten op de fiets naar het bos.
C
In het bos werden ze in groepen ingedeeld.

Slide 9 - Quizvraag

Teksten met meer alinea's


* Elke alinea heeft een eigen 

   hoofdzaak, want de schrijver 

   wil in elke alinea iets vertellen


* De rest van de zinnen zijn 

   bijzaken.

Slide 10 - Tekstslide

Hoe onderscheid je de hoofdzaken?


1. Tekst verkennen
2. Tekst globaal lezen
3. Tekst intensief lezen

Slide 11 - Tekstslide

Tekst verkennen
titel
tussenkopjes
illustraties  of foto's

Slide 12 - Tekstslide

Globaal lezen
1. Wat is het onderwerp? ( wat weet ik al)
2. bron?
3. Wat is de hoofdgedachte, hoe is de tekst opgebouwd?  (welke structuur?)


Slide 13 - Tekstslide

Intensief lezen
1. Iedere alinea in de kern bevat een hoofdzaak. ( 1e, 2e, 33 zin of de laatste zinnen)
let op: signaalwoorden  (waarom)

Slide 14 - Tekstslide

KERN
Belangrijkste zinnen in de kern van de tekst vormen een samenvatting van de tekst waarin alle hoofdzaken terugkomen.

SAMENVATTING
bestaat uit alleen hoofdzaken

Slide 15 - Tekstslide

Mindmap hoofdzaken in het midden

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht
hoofdstuk 5 bouwstenen
voorbeeld en theorie
lezen en luisteren opgave 1- 10
                                        18- 27
                           32 - 41

Slide 17 - Tekstslide

Hoofdstuk 6
voorbeeld en theorie
lezen en luisteren alle leesteksten
schrijven opgave 1 -15

Slide 18 - Tekstslide

Wat vertel je als je kort wilt vertellen waar een tekst over gaat?
A
Hoofdzaken
B
Bijzaken

Slide 19 - Quizvraag

Voorbeelden zijn
A
hoofdzaken
B
bijzaken

Slide 20 - Quizvraag

Wat kan je weglaten uit een tekst om de tekst toch nog te begrijpen?
A
Hoofdzaken
B
Bijzaken

Slide 21 - Quizvraag

Hoofdzaken
- Het onderwerp en alle belangrijke dingen die daarover worden gezegd, zijn de hoofdzaken. 
- Als je de hoofdzaken in één zin samenvat, heb je de hoofdgedachte van de tekst.
- Voorbeelden, grapjes en anekdotes zijn bijzaken. Die maken de tekst leuk of interessant om te lezen, maar geven geen belangrijke informatie over het onderwerp.
- Hoofdzaken kunnen niet weggelaten worden.

Slide 22 - Tekstslide

Hoe vind je hoofdzaken?
Hoofdzaken vind je meestal aan het begin of aan het eind van een tekst. 
 Ze geven antwoord op één of meer van de WWWWH-vragen die de tekst over het onderwerp beantwoordt.

Slide 23 - Tekstslide

Bijzaken
 * Extra uitleg, voorbeelden en details.
* Bijzaken maken de tekst leuker en beter te begrijpen.



* Bijzaken kun je weglaten in een tekst.
 


Slide 24 - Tekstslide

Aan sommige signaalwoorden kan je zien dat er een bijzaak aankomt. Welke zijn dat?
A
Zoals
B
Al met al
C
Ten eerste
D
Bijvoorbeeld

Slide 25 - Quizvraag

Aan sommige signaalwoorden kan je zien dat er een hoofdzaak aankomt. Welke zijn dat?
A
Bijvoorbeeld
B
Dus
C
Samenvattend
D
Onder andere

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de hoofdzaak?
Op 14 februari was de opening van het Apple Lab.
De opening was zowel digitaal als live te volgen. De directeur plantte met verschillende docenten een appelboom.
Er werd appelsap en appeltaart geserveerd.
A
Op 14 februari was de opening van het Apple Lab.
B
De opening was zowel digitaal als live te volgen.
C
De directeur plantte met verschillende docenten een appelboom.
D
Er werd appelsap en appeltaart geserveerd.

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de kernzin?
Op 14 december heb ik een laptop bij u besteld. Dat is nu drie maanden geleden en ik heb nog niets ontvangen. Ook reageert u niet op mijn telefoontjes en e-mails. Daarom annuleer ik bij deze mijn bestelling.
A
Op 14 december heb ik een laptop bij u besteld.
B
Dat is nu drie maanden geleden en ik heb nog niets ontvangen.
C
Ook reageert u niet op mijn telefoontjes en e-mails.
D
Daarom annuleer ik bij deze mijn bestelling.

Slide 28 - Quizvraag