Dinsdag 27 september

• Frans
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

quizlet.com

quizlet.com

Vocabulaire

bon appétit

et

d'accord

un peu

la soeur

le copain

et toi?

...........? J'habite à La Haye.

les vacances, la tente, le chat, la piscine

1. les vacances
2. la tente
3. le chat
4. la piscine

je suis, on joue, j'habite, j'aime

1. je suis
2. on joue
3. j'habite
4. j'aime

Wat is het tegenovergestelde van grand?

lastige woordjes

mais = maar

pour = voor

donc = dus

ici = hier

aussi = ook

et = en

bien = goed

lastige woordjes

mais

pour

donc

ici

aussi

et

bien

Leerdoel van vorige week

je weet hoe je de lidwoorden de en het in het Frans zegt

je weet wanneer je le / la / l' moet gebruiken

je weet hoe je een zelfstandig naamwoord in het meervoud moet zetten

je weet wanneer je het lidwoord les moet gebruiken

ken je de Franse lidwoorden nog?

Zelfstandig naamwoord

+ le    -> m

+ la    -> v

+ les ->  mv

+ l'     ->  klinkers & 'stomme h'

Vul het lidwoord in:
... jour (m)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... musique (v)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... prix (m)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... cousins (m/mv)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... famille (v)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... âge (m)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Hoeveel vragen had je er goed?

1. alle 6
2. 5
3. 4
4. 3 of minder

le chat / la semaine / le poisson

Leerdoel van deze les

je leert de lidwoorden un en une kennen en gebruiken

het lidwoord een

een kat= un chat

een koe = une vache

le chat / un chat

la vache / une vache

le chien / la plage / l'hôtel (m) / la copine / le prix

Devoirs: ex. 16 / 17