11_01 22 P3_Lit.begr:perspectief en personage en Bijw.bep
Gelukkig Nieuwjaar!
Welkom
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Gelukkig Nieuwjaar!
Welkom
Slide 1 - Tekstslide
Programma P3
Boek "Zes seconden"; wordt getoetst in TEA3
theorie literatuur: je leert hoe je in een verhaal personages, tijd, ruimte en spanning analyseert
nieuwe onderdelen grammatica en spelling (bijw. bepaling, voegwoord, koppelteken, etc.); wordt formatief getoetst tijdens de lesweken
Toets TEA2: volgende week
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoel P3
Aan het eind van deze periode ken je een twintigtal literaire begrippen die je kunt toepassen op een kort verhaal of boek. Verder ken je een aantal spellingregels en grammaticale begrippen en kun je die correct toepassen.
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoel deze week
Aan het eind van deze week kun je de bijwoordelijke bepaling uit een zin halen, kun je een enkelvoudige zin van een samengestelde zin onderscheiden en ken je de begrippen Personage, Perspectief en Tijd.
=> volgende les leesvaardigheid?
Slide 4 - Tekstslide
Programma vandaag
uitleg Personage en Perspectief
lezen Boek "Zes seconden"
uitleg bijwoordelijke bepaling
Slide 5 - Tekstslide
Huiswerk
1) Je hebt een nieuw leesboek gekozen.
2) Noteer de titel en auteur op de pagina "Boekenlijst" in Classnotebook / Literatuur. Daar noteer je zowel je eerste als je tweede boek.
Zijn vaak de zinsdelen die overblijven na het bepalen van pv - ow - wwg - lv - mw
Kun je zonder problemen toevoegen of weglaten en verrijken de inhoud van de zin.
Slide 9 - Tekstslide
Mijn vader heeft me gisteren zijn oude iPhone gegeven.
Korte herhaling zinsdelen
Stappenplan:
pv
ow
wwg
lv
meew. vw
wat blijft over?
Slide 10 - Tekstslide
Bijwoordelijke bepaling
In de stad ga ik vaak shoppen bij de Zara.
...
(waar?) In de stad ga ik (wanneer?) vaak shoppen (waar?) bij de Zara.
Voeg twee bijw. bepalingen toe:
"Hij gaf mij een bos bloemen."
Slide 11 - Tekstslide
Bijw. bepaling
Ook de vraagwoorden waarmee je bijwoordelijke bepalingen zoekt (hoe, waar, waardoor, waarheen, waarom, wanneer ), zijn in een zin bijwoordelijke bepaling:
Waarom heb je dat leuke jurkje geruild?
Let op: niet alle bijwoordelijke bepalingen geven antwoord op een vraag!
Ook woorden als niet, wel, zeker, absoluut, eigenlijk, natuurlijk, misschien, ... zijn een bijwoordelijke bepaling.
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Welke vragen heb je nog?
Vervolg van deze opdracht bijwoordelijke bepalingen staat bij het huiswerk
Slide 14 - Tekstslide
Maak aantekeningen in je schrift!
huiswerk:
lezen t/m Hst 2 (p.24)
Slide 15 - Tekstslide
Welkom TG2D!
Welkom
Slide 16 - Tekstslide
Programma
Huiswerk bijw. bepaling
Twee leestekstjes met signaalwoorden
Uitleg literaire begrippen
Slide 17 - Tekstslide
Uitleg literaire begrippen
document staat ook op Teams, Bestanden, Lesmateriaal
Slide 18 - Tekstslide
Personages
Hoofdpersonen: gedachten en gevoel uitgebreid beschreven
Bijfiguren: weinig informatie over
Karakterontwikkeling: in de loop van het verhaal zie je dat een hoofdpersoon verandert / een nieuw inzicht krijgt / ...
Slide 19 - Tekstslide
Personages
Wie zijn dit tot nu toe in "Zes seconden"?
Slide 20 - Tekstslide
Perspectief
Wat zou dit zijn?
...
gezichtspunt/perspectief: schrijver/regisseur bepaalt via wie jij de gebeurtenissen in het verhaal meekrijgt
Slide 21 - Tekstslide
Vier vormen:
ik-perspectief (ik-persoon vertelt het verhaal)
personaal perspectief (hij/zij-persoon vertelt het verhaal)
alwetend perspectief: verteller weet méér dan personages en 'hangt boven het verhaal': maakt er zelf geen deel van uit. Kan ook commentaar geven op de personages
Let op: personage/verteller is NIET de schrijver!
Slide 22 - Tekstslide
Perspectief
kan onbetrouwbaar zijn, omdat je als lezer een onvolledig, onjuist of vertekend beeld kan krijgen. Bijvoorbeeld als de verteller hallucineert of duidelijk liegt.
het perspectief kan wisselen binnen een verhaal - vaak is er dan een witregel of nieuw hoofdstuk.