Hfd 3 par. 2 Een arbeidersparadijs

2.1. Dwang en intimidatie 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2.1. Dwang en intimidatie 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Wat doet Lenin met boerderijen en fabrieken als hij aan de macht komt?
A
meer privé bezit voor boeren
B
worden eigendom van de staat

Slide 3 - Quizvraag

Deze maatregelen van Lenin zijn een groot succes!
A
JUIST, de economie groeide enorm
B
ONJUIST, ze leidden tot een gigantische hongersnood

Slide 4 - Quizvraag

Nieuwe Economische Politiek
A
winst maken is weer toegestaan
B
privé bezit volledig afgeschaft

Slide 5 - Quizvraag

Nationalisatie
  • Onder de leiding van Lenin werden fabrieken, machines, boerderijen en bedrijven eigendom gemaakt van de staat;
  • Fabriekseigenaars en grootgrondbezitters waren fel tegen het beleid van Lenin en de Bolsjewieken;
  • Boeren moeten voedsel leveren aan leger en arbeiders; 
  • Ontstaan grote hongersnood!!! 

Slide 6 - Tekstslide

NEP
  • In 1921 voert Lenin de Nieuwe Economische Politiek in 
  • 1. Boeren mogen hun eigen producten houden en verkopen 
  • 2. Privébezit keert terug 
  • Echte bolsjewieken vonden de NEP een terugval

Slide 7 - Tekstslide

maken/nakijken 
opdrachten 4 tm 8 (blz. 50) 

Slide 8 - Tekstslide

2.2. VIJFJARENPLANNEN

Slide 9 - Tekstslide

1924: Lenin overlijdt.

Slide 10 - Tekstslide

Stalin
1924 na dood van Lenin Stalin aan de macht.
  • Machtigste persoon communistische partij
  • Stalinisme: angst en terreur
  • industrialiseert Rusland
  • winnaar WO-II

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

MAKEN/NAKIJKEN OPDRACHTEN
9 TM 15 (blz. 50-51)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Hoe wilde Stalin de economie veranderen?
A
meer welvaart voor iedereen
B
landbouwproductie moest toenemen
C
snelle opbouw (zware) industrie
D
zelf rijk worden

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een 5 jarenplan?
A
De regering gaat in 5 jaar een planeconomie starten.
B
In 5 jaar gaan ze het land opnieuw organiseren
C
De regering bepaald wat er in de komende 5 jaar wordt geproduceerd.
D
Ze gaan een 5 jaren planning maken om het land beter te maken

Slide 17 - Quizvraag

Wat hoort niet bij zware industrie?
A
graan
B
olie
C
staal
D
steenkool

Slide 18 - Quizvraag

Hoe werd de ontwikkeling van de zware industrie betaal?
A
Buitenlandse investeringen
B
Belastingverhoging voor de rijken
C
Export van landbouwproducten
D
Geld van landerijen van de grootgronbezitters.

Slide 19 - Quizvraag

PLANECONOMIE

Onder Stalin werd de Sovjet-Unie een planeconomie.
Dit betekende dat de staat besliste wat én hoe er moest worden geproduceerd.
Hiermee wilde Stalin laten zien dat de Sovjet-Unie een machtiger land  was dan de kapitalistische landen met hun vrije markt-economie.

Slide 20 - Tekstslide

vijfjarenplannen
  • de staat bepaalt wat + hoeveel er wordt geproduceerd
  • voor periode van 5 jaar
  • de staat bepaalt de hoogte lonen + prijzen  

Slide 21 - Tekstslide

2.3. collectivisatie van de landbouw

Slide 22 - Tekstslide

Collectivisatie
Landbouw moest meer produceren.
Waarom? overschot verkopen aan buitenland = geld voor kopen machines industrie. 

Hoe? Tientallen kleine zelfstandige boerderijen werden samengevoegd (collectivisatie) tot één groot boerenbedrijf, een kolchoz.
De grond, het vee, de gereedschappen, de oogst: alles was van iedereen. 


Slide 23 - Tekstslide

Collectivisatie is geen succes:
  1. Boer werd arbeider
  2. Alle opbrengst naar de staat
  3. Vee wordt afgeslacht in plaats van afgestaan
  4. Boeren moeten uit eigen dorp weg om op een staatsboerderij te werken

Slide 24 - Tekstslide

Wat is collectivisatie?

Slide 25 - Open vraag

Wat is collectivisatie?
A
Gezamenlijk protesteren tegen de overheid
B
Vakbonden die opkomen voor de rechten van werknemers
C
Het in staat van paraatheid brengen van het leger
D
Samenvoegen van boerenbedrijven tot een groot bedrijf

Slide 26 - Quizvraag

Wat was het voornaamste doel van de collectivisatie?
A
Het oplossen van de hongersnood
B
Geld verdienen voor de bouw van industrie
C
De supermarkten volle schappen geven
D
De landbouwproductie de hoogste ter wereld te maken

Slide 27 - Quizvraag

Waarom was de collectivisatie geen succes
A
Boer werd arbeider
B
Alle opbrengst naar de staat
C
Vee wordt afgeslacht in plaats van afgestaan
D
Boeren moeten uit eigen dorp weg

Slide 28 - Quizvraag

Wat gebeurde met boeren die protesteerden tegen de collectivisatie?
A
Werden in strafkampen gezet
B
Kregen een boete
C
Werden het land uitgezet
D
Kregen een taakstraf

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Link

opdrachten
2.3. blz. 51-52

Slide 31 - Tekstslide