Pluriforme samenleving 4.1 + 4.2

Pluriforme samenleving
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Pluriforme samenleving

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

PLANNING
- uitstel PTA ligt bij afdelingsleiders
- 2 paragrafen per week, anders 3 per week
- uitleg via Google Meet/Livestream
- opdrachten in Google Classroom.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Introductie
Opdracht 1: 
maak een naamkaartje in je aantekeningenblad/word. 
Schrijf of teken 3 kenmerken die bepalend zijn voor jouw identiteit. 
timer
2:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel paragraaf 1

Aan het eind van deze les kun je...

- uitleggen wat een pluriforme samenleving inhoudt.
- herkennen en uitleggen wat een dominante-/sub- en tegencultuur is.
- verschillende factoren van culturele diversiteit benoemen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt onder een pluriforme samenleving?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Cultuur
"alle waarden, normen en gewoonten die mensen binnen een groep of samenleving met elkaar delen"
Cultuur wordt vaak geassocieerd met beschaving en kunst, maar het begrip heft dus een veel bredere betekenis!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Geef 5 kenmerken van de Italiaanse cultuur
Cultuurkenmerken zie je bijvoorbeeld terug in:
- waarden en normen
- symbolen
- feestdagen
- rituelen
- kennis
- gewoonten 

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Dominante- / sub- / tegencultuur
dominante cultuur: alle  waarden/normen/gewoonten die de meerderheid van de bevolking deelt

subcultuur: wanneer binnen een groep waarden/normen/anddere cultuurkenmerken afwijken van de dominante cultuur

tegencultuur: groepen die zich verzetten tegen (delen van) de dominante cultuur of een bedreiging daar tegen vormen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een voorbeeld/zijn voorbeelden van een subsultuur?
A
Friezen
B
Gothics
C
Jehova's getuigen
D
Ajax-supporters

Slide 9 - Quizvraag

"thais-Nederlandse studente die in haar vrije tijd in een punkband speelt, boeddhist is en zich inzet voor Groen-Links: 5 subculturen in 1"
Wat is een voorbeeld/zijn voorbeelden van een tegencultuur ?
A
Feministen
B
Anonymous
C
Moslims
D
Daesh/IS

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Culturele diversiteit in...
stad versus platteland
jong versus oud
beroep / maatschappelijke positie
mannen versus vrouwen
ethniciteit (allochtoon/autochtoon)
godsdienst
Allochtoon: wanneer jij zelf of tenminste één van jouw ouders in het buitenland is geboren
Autochtoon: wanneer jij zelf in NL bent geboren en opgegroeid, neta ls jouw (groot-)ouders

MAAR: deze termen zijn te generaliserend, zorgen voor tweedeling in de samenleving! Nu: "mensen met een migratieachtergrond" ipv allochtoon.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zou je de term "allochtoon" niet meer moeten gebruiken?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel paragraaf 2

Aan het eind van deze les kun je...

- het verschil tussen nature and nurture uitleggen.
- het proces van socialisatie uitleggen (wat, waar, hoe, waar leidt het tot)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt jouw gedrag bepaald?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cultuuroverdracht - socialisatie
"het proces waarbij iemand de waarden, normen en andere cultuurkenmerken van zijn samenleving of groep aanleert

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe denk je dat socialisatie plaatsvindt?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

socialisatie
- imitatie
- informatie 
- sociale controle 
- imitatie : anderen nadoen
- informatie : overbrengen van informatie door ouders/school/media
- sociale controle : anderen die je gedrag bijsturen
                   - formele sancties (vastgelegd (boetes of diplopa)) 
                   - informele sancties (niet vastgelegd (complimenten of straf))




Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

internalisatie

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijke identiteit
Iedereen ontwikkelt een persoonlijke identiteit. Dit zijn je aangeboren eigenschappen en je eigen culturele voorkeuren, zoals de muziek waar je van houdt.


Sociale identiteit
Je sociale identiteit bestaat uit de groepen en culturen waarmee je je verbonden voelt. We noemen dit ook wel groepsidentificatie.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen in de les
  • pluriforme samenleving
  • cultuur
  • dominante-/sub-/tegencultuur
  • allochtoon
  • autochtoon
  • nature/nurture
  • imitatie/informatie/sociale controle
  • internalisatie
  • persoonlijke en sociale identiteit

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen zelf
sociale cohesie
bedrijfscultuur
rolpatronen
socialiserende instituties
wij-zij gevoel

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies