Lesson 4 - OA - Valkuilen - kopie

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

No book?
Read 10 min on this page:
https://www.dutchnews.nl/

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn valkuilen?
Valkuilen zijn veelvoorkomende fouten die gemaakt worden bij het begrijpen van teksten.

Slide 4 - Tekstslide

Welke fouten maak jij vaak bij lezen van Engelse teksten en beantwoorden van vragen hierover?

Slide 5 - Woordweb

Valkuil 1: Te veel uit de tekst
Foute antwoorden bevatten informatie die wel in de tekst staat, maar niet relevant is voor de vraag.
Q: Why did Pete leave the house, according to paragraph 1?
A: Pete left the house because he was afraid,
he also wanted to spend some time with his mom.

Het laatste staat in alinea 2 en niet in alinea 1!

Slide 6 - Tekstslide

Valkuil 2: Te weinig uit de tekst
Foute antwoorden missen belangrijke informatie uit de tekst, waardoor het antwoord onvolledig is.
Q: Give two reasons why the dog barked?
A: The dog barked because there was a burglar.
Dit is maar één reden! In de tekst staat:
The dog barked because it saw someone break into the house and it heard a lot of noise.


Slide 7 - Tekstslide

Valkuil 3: Bijzaak
Foute antwoorden bevatten details die niet relevant zijn voor de hoofdvraag, maar wel in de tekst voorkomen.
Q: What does par. 2 tell you about Simon's behavior?
A: Simon drove at high speed through the center of the city.
Dit is een voorbeeld. In de tekst staat: Simon did 
a lot of irresponsible things.

Slide 8 - Tekstslide

Valkuil 4: Past niet bij de vraag
Foute antwoorden staan wel in de tekst, maar passen niet specifiek bij de gestelde vraag.
Q: Explain why the people in par. 4 left their country?
A: People liked the weather in their own country better.
Dit is juist waarom ze hun land niet willlen verlaten!

Slide 9 - Tekstslide

Valkuil 5: Tegenovergestelde
Foute antwoorden geven het tegenovergestelde van wat in de tekst staat als antwoord.
Q: When can you use the Oyster Card?
A: You can only use the card during weekdays.
In de tekst staat: The Oyster Card is only
valid during the weekends.

Slide 10 - Tekstslide

Valkuil 6: Open deur
Foute antwoorden lijken voor de hand liggend, maar worden niet ondersteund door de tekst.
Q: What is said about men and women in par. 5?
A: Men and women are equal in learning foreign languages.
In de tekst staat: Women have a better ability to learn languages than men.

Slide 11 - Tekstslide

Valkuil 7: Te veel erbij gesleept
Foute antwoorden bevatten zelf verzonnen informatie die niet direct uit de tekst komt.
Q: What did Shakespeare like to do as a child?
A: He liked writing much better than painting.
Dat wordt niet gevraagd. In de tekst staat hier ook niets over. Er staat alleen: Shakespeare liked to write and paint as a child.

Slide 12 - Tekstslide

Practice text
Make one of the practice texts

Make sure to mark where you have found the answer

Underline any difficult words 

Slide 13 - Tekstslide

Welk woord in Alinea 1 wordt gebruikt om deze groep mensen te typeren?

Slide 14 - Open vraag

What can be concluded from P.1
A
Only a small group of people are up-to-date with the latest gadgets
B
Some people consciously go for a mostly off-line existence
C
The flip phone is starting to become trendy amongst youngsters
D
Youngster without money for a smartphone tend to be lonely

Slide 15 - Quizvraag

What does this remark make clear about Gleeson?
A
He had a simple and practical reason for opting to get rid of his smart phone
B
He intended to make a heart-felt statement about people's cellphone habits
C
He was more at ease among people who did not look on their phones
D
He was only trying to find an appropriate way of doing his job more effectively

Slide 16 - Quizvraag

Kies bij 1 in Alinea 3 het juiste antwoord
A
Dependence
B
Fascination
C
Indifference
D
Irritation

Slide 17 - Quizvraag

What is the purpose of Griffin's softball game anecdote?
A
It explains why a growing group of people refuse to upgrade their smartphones
B
It illustrates that it is perfectly possible to live without a smartphone nowadays
C
It makes clear that the internet generation is often inconsiderate and rude
D
It shows that most people rely on the internet as theim main means of communication

Slide 18 - Quizvraag

In welke andere alinea is een vergelijkbaar voordeel ook al eens genoemd?

Slide 19 - Open vraag

Kies bij 2 in alinea 6 het juiste woord
A
For instance
B
In addition
C
Nevertheless
D
Therefore

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide