les 2 Methodisch werken: het zorgplan

Methodisch werken 
Les 2:  het zorgplan  
(thema 2 ExpertCollege) 

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Methodisch werkenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Methodisch werken 
Les 2:  het zorgplan  
(thema 2 ExpertCollege) 

Slide 1 - Tekstslide

Lesonderwerpen 
  • Terugblik vorige les
  • Het zorgplan
  • Indicatie stellen
  • Hoofdzorgprofielen
  • Een classificatiesysteem
  • Het zorgleefplan
  • Opdracht voor in de praktijk 

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik naar vorige week: Methodisch en cyclisch werken 

Zorg verlenen doen we niet lukraak, integendeel, we doen dit op een methodische en systematische wijze.

We maken hierbij gebruik van de methodische cyclus en het stappenplan.

Slide 3 - Tekstslide

De methodische cyclus bestaat uit het maken, het uitvoeren en monitoren van een plan. Wat zijn de 6 stappen van methodisch werken?

Slide 4 - Open vraag

Het zorgplan
WLZ (wet langdurige zorg) bepaalt dat er voor iedereen die langdurige zorg nodig heeft een zorgplan wordt bijgehouden.

Doel -> het in stand houden van kwaliteit van leven
Diverse benamingen -> zorgleefplan, ondersteuningsplan, ...
Het zorgplan is een onderdeel van het dossier van de zorgvrager

Slide 5 - Tekstslide

In de Wet langdurige zorg (Wlz) staat welke zorg de zorgvrager  kan krijgen:

Verblijf in een zorginstelling
Persoonlijke verzorging en verpleging
Medische zorg
Dagbesteding
Hulpmiddelen

Slide 6 - Tekstslide

Wat kan je lezen in een zorgplan?

Slide 7 - Open vraag

Waaruit bestaat een zorgplan?
  1. de ziekte van de zorgvrager
  2. de klachten die de zorgvrager door de ziekte heeft
  3. doelen die het leven van de zorgvrager verbetert (op sociaal, lichamelijk en geestelijk gebied)
  4. acties die je uitzet om die doelen te behalen
  5. een tijd of moment waarop het doel behaalt moet worden.

Slide 8 - Tekstslide

Voordelen zorgplan voor zorgvragers 
  • zorg is persoonlijk (afgestemd op de zorgvrager)
  • zorg is doorgaand (elke zorgverlener weet wat hem te wachten staat en wat hij moet doen -> 24 uur per dag)
  •  er is duidelijkheid over de behandeling
  • de zorgvrager is betrokken bij het bepalen van de zorg die hij nodig heeft.

Slide 9 - Tekstslide

Voordelen voor de zorgverlener
  • Je blijft leren (je doet wat er staat en niet wat je al kent)
  • Betere samenwerking met collega's
  • Een goede coördinatie van zorg
  • Je bent tevredener over je werk
  • Je hebt een hulpmiddel bij het schrijven van verslagen
  • het vergroot het zelfvertrouwen van de zorgverlener

Slide 10 - Tekstslide

Voordelen voor zorginstellingen
  • Afspraken over verantwoordelijkheden zijn vastgelegd
  • Overzicht over de financiën
  • Afspraken over de kwaliteit kunnen inzichtelijk worden gemaakt (inspectie)
  • Het zorgplan geeft een houvast om de kwaliteit van zorg te kunnen controleren.
  • Het zorgplan geeft overzicht van de rechten van de zorgvrager (welke zorg en hoeveel uur)

Slide 11 - Tekstslide

Het CIZ
CIZ bekijkt wie er in aanmerking komt voor zorg vanuit de Wet langdurige zorg, de WLZ indicatie stellen

Het CIZ is niet gebonden aan een zorgorganisatie, gemeente, zorgverzekeraar of zorgkantoor. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Hoofdzorgprofielen
  • Sector Verpleging en verzorging (V&V)
  • Sector Verstandelijk gehandicapt (VG)
  • Sector Licht verstandelijk gehandicapt (LVG)
  • Sector Lichamelijk gehandicapt (LG)
  • Sector Zintuiglijk gehandicapt, auditief en communicatief (ZGaud)
  • Sector Zintuiglijk gehandicapt, visueel (ZGvis)
  • Sector GGZ, B-groep (GGZ-B)
  • Sector GGZ Wonen

Slide 14 - Tekstslide

Naam van nieuwe zorgprofiel/zorgzwaartepakket
Sector Verpleging en Verzorging (VV)
VV 4 (ook wel zorgindicatie 4) Beschut wonen met intensieve begeleiding en uitgebreide verzorging
VV 5 Beschermd wonen met intensieve dementiezorg
VV 6 Beschermd wonen met intensieve verzorging en verpleging
VV 7 Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op begeleiding
VV 8 Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op verzorging/verpleging
VV 9b Herstelgerichte behandeling met verpleging en verzorging
VV 10 Beschermd verblijf met intensieve palliatief-terminale zorg

Slide 15 - Tekstslide

Kennismaken met enkele classificatiesystemen

4 levensdomeinen (Zorgleefplan)
Gezondheidpatronen van Gordon 


Slide 16 - Tekstslide

4 levensdomeinen


  1. Woon- en leefsituatie
  2. Participatie (activiteiten en sociale contacten)
  3. Mentaal welbevinden en autonomie (eigen regie)
  4. Lichamelijk welbevinden en gezondheid


Slide 17 - Tekstslide

Levensdomein 1; Woon- en leefomstandigheden
Woonruimte
en
zich thuis voelen 
Bijv. De woning en
woonomgeving , l
evenssfeer en privacy, opgeruimd en schoon, 

Veiligheid
 Bijv.: persoonlijk alarmeringssysteem, slot op de deur en kasten, nachtlichtje, toezicht door medewerkers, brandpreventie/alarmering

Dagritme
Hoe laat komt de cliënt uit/op bed. Rust de cliënt tussendoor? ochtend/avondmens?

Bewegingsmogelijkheden,
mobiliteit
Aanpassingen/
speciale hulpmiddelen/ domotica 


Andere disciplines/hulpverleners

Slide 18 - Tekstslide

Levensdomein 2; Participatie
Dagbesteding
Bezigheden overdag, belangrijke gebeurtenissen geloof/verjaardagen etc
.

Sociaal leven
Belangrijke contacten bijv. medebewoners, vrijwilligers etc. 

Contact met de samenleving
Contacten in familieverband, en in uw kennissenkring, buurt,
in de maatschappij?

Slide 19 - Tekstslide

Levensdomein 3; Mentaal welbevinden en
                                autonomie
Ondersteuning van de eigen levens invulling
Zelfstandigheid, hulp krijgen.

Stemming
bijv. Wat is uw stemming meestal?
Leuke dingen om mee te maken.

Respect
bijv. Omgang met anderen.

Eigen identiteit en levensinvulling/levensfase
Bijv. belangrijke dingen in het leven, levensfase.



Slide 20 - Tekstslide

Levensdomein 4 lichamelijk welbevinden en
                               gezondheid
Voeding
Bijv. Smakelijke maaltijden, hapjes, drankjes en vocht/voedselinname, dieet,

Schoon en verzorgd lichaam
Bijv. Lichamelijke verzorging, hoe vaak douchen/wassen etc

Lichamelijke functies/mogelijkheden
bijv. Zintuigen, rust en beweging, medicijngebruik, urine en ontlasting,

Gezondheidsbevordering en gezondheidsbescherming
bijv. Gezondheid, fit, moe, energiek.


Slide 21 - Tekstslide

Bij welk domein hoort het doel:
Mevrouw V. gaat 3 maal per week naar de dagbesteding
A
Lichamelijk welbevinden
B
Woon en leefomstandigheid
C
Mentaal welbevinden
D
Participatie

Slide 22 - Quizvraag

Bij welke domein hoort het doel:
Mevrouw K. loopt dagelijks 30 min. met haar rollator in de binnentuin
A
Lichamelijk welbevinden
B
Woon en leefomstandigheid
C
Mentaal welbevinden
D
Particpatie

Slide 23 - Quizvraag

11 gezondheidspatronen van Gordon

  • De 11 gezondheidspatronen van Gordon omvatten alle aandachtsgebieden van een mens
  • Al deze 11 gezondheidspatronen hangen met elkaar samen en beïnvloeden elkaar




Slide 24 - Tekstslide

11 Gezondheidspatronen van Gordon
  1. Gezondheidsbeleving en instandhouding 
  2. Voeding en stofwisseling 
  3. Uitscheiding 
  4. Activiteiten 
  5. Slaap/rust 
  6. Waarneming en cognitie 
  7. Zelfbeleving 
  8. Rollen en relaties 
  9. Seksualiteit, voortplanting 
  10. Stress verwerking 
  11. Waarden en overtuiging 

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht in de praktijk 
  • Verdiep je op je werk/stageplek in het classificatiesysteem dat daar gebruikt wordt. 
  • Tijdens de les op 3 april ga jij in een pitch van 5 minuten aan de hand van een casus aan de rest van de klas duidelijk maken hoe het werken met dit classificatiesysteem in de praktijk werkt. 
  • Je mag dit alleen of met zijn tweetjes doen. 

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video