In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Erfelijkheidsonderzoek
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Terugblik BS 3: kruisingen
Leerdoelen BS 4
Uitleg BS 4: erfelijkheidsonderzoek
Vragen
Aan de slag
Slide 2 - Tekstslide
Terugblik
Slide 3 - Tekstslide
Bij mensen is het gen voor bruine ogen dominant over het gen van blauwe ogen. De vader van Thomas en Joep heeft blauwe ogen. Moeder heeft bruine ogen. Thomas heeft blauwe ogen. Hoe groot is de kans dat Joep bruine ogen heeft? 0%- 25%- 50%- 75%- 100%
Slide 4 - Open vraag
Hoe groot is de kans dat Thomas en Joep bruine ogen krijgen als de moeder homozygoot is voor het eigenschap bruine oogkleur.
Slide 5 - Open vraag
PKU is een erfelijke stofwisselingsziekte dat ontstaat door een recessieve allel. Dit wordt onderzocht met bloed uit een hielprik bij pasgeboren baby's. Wanneer het kind PKU heeft zal het kind een speciaal dieet moeten volgen.
Twee ouders die beide gezond zijn hebben al een kindje met PKU. Hoe groot is de kans dat hun tweede kind ook PKU heeft?
A
0%
B
25%
C
50%
D
100%
Slide 6 - Quizvraag
De Manx is een staartloze kat. De eigenschap staartloos is het gevolg van het dominante gen A. Voor fokkers van dit ras doet zich het volgende probleem voor: homozygoot staartloze jongen zijn niet levensvatbaar. Ze sterven voor de geboorte. Wat is het genotype van een levende staartloze kat?
A
aa
B
Aa
C
AA
D
AA of Aa
Slide 7 - Quizvraag
Leerdoelen
Je kunt verklaren hoe bij een nakomeling van een drager wel een aandoening tot uiting komt.
Je kunt a.d.h.v. een stamboom genotypen en kansen op een aandoening bepalen.
Slide 8 - Tekstslide
Stamboom Thomas en Joep
Man: Blauwe ogen
Vrouw: Blauwe ogen
Vrouw: Bruine ogen
Man: Bruine ogen
1
2
3
Slide 9 - Tekstslide
Stambomen
Drager = iemand met het recessieve allel, waarbij deze niet tot uiting komt in het fenotype, maar wel doorgegeven kan worden bij de voortplanting.