Bespreek fluisterend de antwoorden met je buurman of buurvrouw:
4a verdient- 4b vervaardigt - 4c Fabriceert, betaalt -4d Weet, beïnvloedt - 4e bevordert, verbetert.
5a verspreidde- 5b testte, vermeldde, verkeerden-5c raadde af, vertoonde- 5d belandden, behaalden.