Les 1 - Introductie 3D tekenen en 3D printen en Oefenen met Tinkercad

• Techniek
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

3D tekenen

& 

3D printen

Energiewagen

1. Ik weet wat 3D printen is en welke mogelijkheden en beperkingen het heeft. 
2. Ik geef voorbeelden van dingen die de 3D-printer kan printen.
   
3. Aan de hand van een stappenplan oefen ik de basics in Tinkercad.

1. Introductie 3D-printen
2. Instructie: Tinkercad en Leerlingenboekje 

1. Opstarten Tinkercad
   
2. Oefenen met Tinkercad: Robotkop, Dobbelsteen, Hanger of Koekjesvorm (blz. 12 t/m 32 in het leerlingenboekje)
3. Maak nog een oefening of opdracht uit het boekje 

Geef je bestand een passende naam: 'jouw naam + jouw klas + naam opdracht'

Hoe werkt de techniek van 3D printen? Welke dingen kun je maken met een 3D-printer? Waar moet je rekening mee houden als je 3D-print (wat kan niet)?

Hoe werkt een 3D-printer?

De techniek van het 3D-printen

• 3D ontwerp (tekenen) > .stl
• Slicer > .gcode
• Filament
• Laagjes
• Hoe groter, hoe langer het duurt

Om te kunnen printen heb je een ontwerp nodig. Op school gebruiken we het programma Tinkercad om een 3D-ontwerp te maken. Dus een ontwerp die driedimensionaal

(breedte, diepte en hoogte) is.  Het programma werkt online. Hierdoor is het mogelijk om op iedere plek met internet verder te werken aan je ontwerpen.

Na het ontwerpen moet je jouw ontwerp klaarmaken voor de 3D-printer. Hiervoor gebruiken wij het programma Ultimaker Cura. Het programma is de verbinding tussen Tinkercad en de 3D-printer. In dit programma kan je onder andere opties voor het printen aanpassen en kun je zien hoelang het printen duurt. Wil je een ontwerp openen in Ultimaker Cura dan is het belangrijk dat het ontwerp het bestandsformaat .stl heeft. Dat kan het programma lezen. Het klaar maken voor de 3D-printer wordt ook wel slicen of

G-code maken genoemd. Ultimaker Cura is een gratis programma dat van internet

gedownload moet worden. 

De 3D-printer is het apparaat die een ontwerp print als een tastbaar object. Hiervoor heb je het ontwerp in G-code nodig (dus het geslicede ontwerp in Ultimaker Cura). 

Op school printen we met de Ultimaker 2+ en de Ender 3 Pro. 3D-printen kan met verschillende materialen gedaan worden. Dit materiaal lijkt op een lange kunststof draad en is op een

rol gewikkeld. Dit noem je filament. Wij printen met filament dat gemaakt is van PLA. Dit is maïszetmeel. Het filament gaat in de 3D-printer en komt vervolgens uit een mondstuk (spuitmond). Dit mondstuk wordt verwarmt. Hierdoor wordt de filament

‘vloeibaar’. Als je de printer de opdracht geeft om jouw ontwerp te printen, zal het vervolgens op de glasplaat geprint worden. Om dit goed te laten lukken is het belangrijk dat de printer goed is afgesteld.

Het printen van een ontwerp kan best lang duren, denk aan uren. Hoe groter je

ontwerp, hoe langer het printen duurt. Bijzonder aan 3D-printen is dat bij deze

technologie alleen maar materiaal wordt toegevoegd. Er is daarom weinig afval.

Op school werken wij met FDM printing 

Waarom kan het handig zijn om thuis een 3D printer te hebben?

Wat kan je allemaal met de 3D-printer printen? 

Denken, delen, uitwisselen: 

1. Bedenk (30 sec)
   
2. Draai naar je buurman
   
3. Bespreek het met je buurman (1 min)
   
4. Klassikaal bespreken (3 min)
   

Extra video over een 3D geprint huis. 

Noem 1 voordeel van een gebouw 3D-printen:

Noem 1 nadeel van een gebouw 3D-printen:

Nog een aantal voorbeelden

Wat zou jij willen printen om op te eten?

3D tekenen

In de video kon je zien dat je het ontwerp voor een 3D-print maakt met de computer. Er zijn verschillende programma's waarin je dat kunt doen, zoals bijvoorbeeld Tinkercad. In dit programma kun je verschillende vormen kiezen en de afmetingen hiervan aanpassen. Door meerdere vormen met elkaar te combineren kun je ook je eigen ontwerpen maken. 

Opstarten Tinkercad

1. Ga naar www.tinkercad.com/joinclass
2. Voer de code in. 
3. Klik op de 'G' (Google).
4. Log in met jouw mailadres van school. 

Maak als docent een klas aan in Tinkercad. Per klas krijg je een code. Deze code deel je met de leerlingen, hiermee loggen ze in. Het voordeel hiervan is dat de leerlingen automatisch hun werk met je delen, en je makkelijk mee kan kijken. 

Opdracht: Oefenen met Tinkercad

 Kies uit de opdrachten: 

• Robotkop
• Dobbelsteen
• Hanger 
• Koekjesvorm 

Leerlingenboekje: blz. 12 t/m 32

Klaar? Maak nog een oefening of opdracht uit het boekje. 

De leerlingen gebruiken voor het oefenen het leerlingenboekje. Deze liggen in de ladekastjes in het lokaal.