30 oktober

Wat doen we vandaag?
  • Vragen diagnostische toets?
  • Vragen voor de toets?
  • Grammatica H. 18
  • Cultuurtekst 18A
  • Vertalen 18A
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we vandaag?
  • Vragen diagnostische toets?
  • Vragen voor de toets?
  • Grammatica H. 18
  • Cultuurtekst 18A
  • Vertalen 18A

Slide 1 - Tekstslide

Vragen Diagnostische Toets?

Slide 2 - Open vraag

Vragen voor de toets?

Slide 3 - Open vraag

Geen vragen (meer)?
  • Maak maar twee rijtjes.... 

Slide 4 - Tekstslide

Ablativus Absolutus
  • Pater in horto ambulans servos vocat. 
  • Vader roept de slaven, terwijl hij in de tuin wandelt.
  • Pedicatieve gebruik van het participium ambulans.
  • Het participium ambulans staat in de nominativus en congrueert met pater, dat het onderwerp van de zin is.

Slide 5 - Tekstslide

Ablativus Absolutus
  • Patre servos vocante filia in horto ludit.
  • De dochter speelt in de tuin, terwijl vader de slaven roept.
  • Het participium vocante staat in de ablativus en hoort bij patre.
  • Patre servos vocante is een bijwoordelijke bepaling.
  • Combinatie van naamwoord en  participium in de ablativus: 
  • Ablativus Absolutus, een ‘losgemaakte ablativus’ (abl.abs.)

Slide 6 - Tekstslide

Ablativus Absolutus vertalen
  • Vertaal een abl. abs. met een bijwoordelijke bijzin.
  • Naamwoord in de ablativus wordt het onderwerp;
  • Participium wordt de persoonsvorm.
  • Filia in horto ludente pater servos vocat.
  • Ludente: ppa, dus actief en gelijktijdig. Daarom:
  • Terwijl de dochter in de tuin speelt, roept vader de slaven.

Slide 7 - Tekstslide

Ablativus Absolutus
  • Servis vocatis pater hortum intrat.
  • Vocatis: ppp, dus passief en voortijdig. Daarom:
  • Nadat de slaven geroepen zijn, gaat vader de tuin binnen.
  • Alternatief: omdat je weet dat dat vader de slaven roept, mag je ook vertalen:
  • Nadat hij de slaven geroepen heeft, gaat vader de tuin binnen. 

Slide 8 - Tekstslide

Ablativus Absolutus
  • Welke voegwoorden kan je gebruiken?
  • 1. Bijzin van tijd (terwijl, toen, wanneer, nadat)
  • 2. Bijzin van reden/oorzaak (omdat, doordat)
  • 3. Bijzin van toegeving (hoewel, ook al)
  • 4. Bijzin van voorwaarde (als, indien)
  • Soms: bijwoordelijke bepaling.
  • me iuvante:  terwijl ik help => met mijn hulp

Slide 9 - Tekstslide

Aan het werk. 
  • Lees: een nieuwe Scipio en maak de vragen.
  • Vertaal 18A. 
Dit is ook huiswerk.
Daarnaast: leer de woordjes en grammatica van 17 en 18A. . 

Slide 10 - Tekstslide