Paragraaf 1.1/1.2: Het zintuigstelsel/ De tien zintuigen
Wat gaan we doen?
Uitleg paragraaf 11.1/11.2: Het zintuigstelsel/ De tien zintuigen
Zelfstandig werken aan opdrachten 11.1/11.2
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4
In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Wat gaan we doen?
Uitleg paragraaf 11.1/11.2: Het zintuigstelsel/ De tien zintuigen
Zelfstandig werken aan opdrachten 11.1/11.2
Slide 1 - Tekstslide
Welke zintuigen ken je?
Slide 2 - Woordweb
de zintuigen zitten in je
A
organen
B
oren, ogen, tong, neus
C
oren, ogen, tong, neus, huid
D
in je hersenen
Slide 3 - Quizvraag
Wat is de functie van een zintuig?
A
Impulsen omzetten naar prikkels en naar de hersenen sturen
B
Prikkels maken en doorsturen naar de hersenen
C
Prikkels omzetten naar impulsen en naar de hersenen sturen
D
Impulsen maken en doorsturen naar de hersenen
Slide 4 - Quizvraag
Paragraaf 1.1: Het zintuigstelsel
Slide 5 - Tekstslide
Lesdoel
1.1 Je kunt de werking van zintuigen beschrijven.
Slide 6 - Tekstslide
voor een niet adequate prikkel is de de prikkeldrempel lager dan voor een adequate prikkel
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
wat is een adequate prikkel
A
als de drempelwaarde wordt bereikt
B
prikkel die past bij de zintuigcel
C
een prikkel die niet wordt omgezet tot impuls
D
een impuls die omgezet wordt tot prikkel
Slide 8 - Quizvraag
Wat is een prikkeldrempel?
A
een drempel waar je je aan prikt
B
de grootste sterkte van een prikkel die een impuls veroorzaakt
C
de kleinste sterkte van een prikkel die een impuls veroorzaakt
D
dat weet ik toch niet.
Slide 9 - Quizvraag
Je loopt langs een pizzatent, maar je ruikt het niet, want je hebt geen honger. Je bent...
A
gemotiveerd, drempelwaarde is hoog
B
gemotiveerd, drempelwaarde is laag
C
niet gemotiveerd, drempelwaarde is hoog
D
niet gemotiveerd, drempelwaarde is laag
Slide 10 - Quizvraag
Een zintuig met een hoge drempelwaarde zal eerder reageren op een prikkel dan een zintuig met een lage drempelwaarde
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quizvraag
Zintuigen
elke zintuigcel is maar gevoelig voor 1 soort prikkel
Bv: zintuigcellen in je oog, gevoelig voor licht.
Net zoals een deurbel; reageert alleen als je op het knopje drukt!
Slide 12 - Tekstslide
drempel, gewenning, motivatie
Een zintuig heeft een bepaalde drempelwaarde voor prikkels. Dat moet je eigenlijk zien als een soort muurtje. Pas bij een bepaald aantal prikkels komen ze over het muurtje heen.
Slide 13 - Tekstslide
Drempel, gewenning, motivatie
Je kan de drempelwaarde (het muurtje) verhogen en verlagen:
door gewenning: Als je gewend raakt aan prikkels, verhoogt de drempelwaarde. (muur omhoog)
door motivatie: als je je op prikkel focust, verlaag je de drempelwaarde. (muur omlaag)
Slide 14 - Tekstslide
Zintuigen
Prikkeldrempel en drempelwaarde:
Prikkel moet een bepaalde sterkte hebben voordat een zintuigcel kan reageren.
Sterkte die nodig is, noemen we drempelwaarde.
Slide 15 - Tekstslide
Zintuig
Een zintuig is een orgaan dat reageert op prikkels uit je omgeving.
Zintuigenstelsel
Slide 16 - Tekstslide
Zintuigen van de mens
Zintuigen = "meetapparatuur" om de omgeving waar te nemen
Alle zintuigen bij elkaar = zintuigstelsel
Slide 17 - Tekstslide
Adequate prikkels
Slide 18 - Tekstslide
plek
zintuig
adequate prikkel
ogen
oren
neus
tong
huid
Slide 19 - Tekstslide
plek
zintuig
adequate prikkel
ogen
- gezichtszintuigen
oren
- gehoorzintuigen
- evenwichtszintuigen
neus
- reukzintuig
tong
- smaakzintuigen
huid
- warmtezintuigen
- koudezintuigen
- drukzintuigen
- tastzintuigen
Slide 20 - Tekstslide
Adequate prikkels
Zintuigencellen hebben een specifieke (adequate) prikkel waarop ze reageren.
oor --> adequate prikkel = geluid
oog --> adequate prikkel = licht
Ze kunnen ook niet adequate prikkels waarnemen maar de drempelwaarde is dan hoger.
- koudezintuig, adequate prikkel: temperaturen lager dan 37 graden
- warmtezintuig, adequate prikkel: temperaturen hoger dan 37 graden
Neus - reukzintuig, adequate prikkel: geur
Tong - smaakzintuig, adequate prikkel: smaak
Slide 23 - Tekstslide
11.2 Tien zintuigen van de mens
Leerjaar 3
Mevrouw Rottier & Mevrouw van Brakel
Slide 24 - Tekstslide
Lesdoel
2.1 Je kunt aangeven waar het gezichtszintuig, het gehoorzintuig en het evenwichtszintuig liggen en wat hun adequate prikkels zijn.
2.2 Je kunt aangeven waar de zintuigcellen in je huid, de reukzintuigcellen en de smaakzintuigcellen liggen, hoe ze werken en wat hun adequate prikkels zijn.
Slide 25 - Tekstslide
Het gezichtszintuig bestaat uit een vlies van lichtgevoelige cellen. Dit noemen we het netvlies.
Het netvlies bevindt zich helemaal achterin de oogbol.
met zintuigcellen in het netvlies
= adequate prikkel
Slide 26 - Tekstslide
Gehoorzintuig
In de oren ligt het gehoorzintuig, in het slakkenhuis!
Dit zintuig reageert op geluiden/trillingen. De zintuigcellen in het slakkenhuis sturen impulsen naar de hersenen, waardoor je kunt horen.
Adequate prikkel: Geluid/trilling
Slide 27 - Tekstslide
Het gehoorzintuig zit diep in je oor.
Het is is gevoelig voor geluid (= trillende lucht)
Slide 28 - Tekstslide
Het evenwichtszintuig zit achter je oor in een holte van de schedel. Het is gevoelig voor zwaartekracht
Slide 29 - Tekstslide
Evenwichtszintuig
Naast de delen van het gehoorzintuig ligt nog een ander zintuig: het evenwichtszintuig. Het evenwichtszintuig is gevoelig voor de prikkel ‘zwaartekracht’ en bepaalt de stand van je hoofd. Daardoor kun jij je evenwicht bewaren.
Slide 30 - Tekstslide
een prikkel voor je oren is
A
geur
B
zwaartekracht
C
smaak
D
licht
Slide 31 - Quizvraag
een prikkel voor je oren is
A
geur
B
geluidstrillingen
C
smaak
D
licht
Slide 32 - Quizvraag
Welke organen horen bij het zintuigenstelsel?
Evenwichtsorgaan
Zenuwen
Hersenen
Oren
Ogen
Huid
Tong
Neus
Slide 33 - Sleepvraag
Zintuigen in de huid
Tastzintuigen
Drukzintuigen
Pijnzintuigen
Warmte zintuigen
Koude zintuigen
Slide 34 - Tekstslide
In de huid bevinden zich vijf verschillende typen zintuigen
*
*
*
*
*
Slide 35 - Tekstslide
Zintuigen in de huid
* Koudezintuig: Reageert op lagere
temperaturen, koudus.
* Warmtezintuig: Reageert op hoge
temperaturen, warmtedus.
* Pijnpunten : Reageren op pijnen
schadelijke prikkels -->overal in het lichaam.
Slide 36 - Tekstslide
Welk zintuig van de huid ligt dieper in de huid?
A
Pijnpunten
B
Drukzintuigen
C
Koudezintuigen
D
Tastzintuigen
Slide 37 - Quizvraag
De huid heeft 3 taken. Wat is GEEN taak van de huid?
A
beschermen tegen giftige gassen uit de lucht
B
beschermen tegen vuil en ziekteverwekkers
C
lichaam op temperatuur houden
D
beschermen tegen de zon
Slide 38 - Quizvraag
zintuig
ligging
prikkel
zicht
gehoor
evenwicht
reuk
smaak
warmte
kou
druk
tast
oog
oor
tong
huid
huid
huid
huid
oor
neus
licht
geluid
zwaarte kracht
geur
smaak
warmte
kou
druk
lichte aanraking
Slide 39 - Sleepvraag
Het reukzintuig bevindt zich hoog achterin de neusholte
Slide 40 - Tekstslide
Er bevinden zich vijf verschillende typen smaakzintuigcellen op de tong.
Welke vijf smaken kunnen wij onderscheiden?
Slide 41 - Tekstslide
Er bevinden zich vijf verschillende typen smaakzintuigcellen op de tong.
Welke vijf smaken kunnen wij onderscheiden?
zoet - zuur - zout - bitter - umami
Slide 42 - Tekstslide
De smaak van kaneel in een kaneelbroodje is een
A
Geurstof en wordt waargenomen door de neus
B
Smaakstof en wordt waargenomen door de neus
C
Geurstof en wordt waargenomen door de tong
D
Smaakstof en wordt waargenomen door de tong
Slide 43 - Quizvraag
welke 5 smaken zijn er?
A
zoet, zuur, zout, bitter en umami
B
zoet, zuur, pittig, kruidig en umami
C
zuur, bitter, zout, umami en pittig
D
zuur, zout, bitter, sappig en zoet
Slide 44 - Quizvraag
Reukzintuigcellen zijn gevoelig voor geur. Welk organisme heeft de laagste prikkeldrempel voor geuren?
A
Mens
B
Hond
Slide 45 - Quizvraag
De baby proeft al smaken in de baarmoeder.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 46 - Quizvraag
b) De geur van een zelfgebakken appeltaart bereikt je neus. De geur is een: