DHW hoofdstuk 1,2 en 8

Wat is alcoholhoudende drank?
A
Alle drank waar alcohol in zit
B
Drank die bij 20 graden Celsius 0,5 of meer % alcohol bevat
C
Drank die bij 20 graden Celsius meer dan 0,5 % alcohol bevat
D
Drank die bij 20 graden Celsius 1 of meer % alcohol bevat
1 / 21
volgende
Slide 1: Quizvraag
HandhavingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Wat is alcoholhoudende drank?
A
Alle drank waar alcohol in zit
B
Drank die bij 20 graden Celsius 0,5 of meer % alcohol bevat
C
Drank die bij 20 graden Celsius meer dan 0,5 % alcohol bevat
D
Drank die bij 20 graden Celsius 1 of meer % alcohol bevat

Slide 1 - Quizvraag

Wat is zwak-alcoholhoudende drank?
A
Alcoholhoudende drank met uitzondering van sterke drank
B
Drank die minder dan 15% alcohol bevat
C
Drank die maximaal 15% alcohol bevat
D
Alle mixdranken

Slide 2 - Quizvraag

Wat is sterke drank?
A
Drank die bij 20 graden 15% of meer bevat (behalve wijn)
B
Alle drank met 15 of meer % alcohol
C
Drank die per standaardglas meer alcohol bevat dan bier
D
Drank die bij 20 graden meer dan 15% alcohol bevat (behalve wijn)

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een pre-mix?
A
Mixdrank van premium kwaliteit
B
Mixdrank die in de fabriek wordt gemixt
C
Mixdrank die ter plaatse wordt bereidt
D
Mixdrank die van tevoren door de barkeeper wordt gemixt

Slide 4 - Quizvraag

De Drank- en Horecawet bevat ...
A
Zowel materieel als formeel recht
B
Materieel recht
C
Formeel recht
D
Privaat recht

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een organieke wet?
A
Wet die georganiseerd is door de Staten Generaal
B
Wet die organen zoals de lever beschermt (DHW)
C
Wet die gaat over de organisatie van een horecabedrijf
D
Wet die betrekking heeft op de organisatie van de Staat

Slide 6 - Quizvraag

Als een bestuurlijke boete wordt opgelegd is dat een ...
A
reparatoire sanctie
B
punitieve sanctie

Slide 7 - Quizvraag

Wat staat in artikel 44a van de Drank- en Horecawet?
A
Dat de minister een bestuurlijke boete mag opleggen
B
Dat de burgemeester een bestuurlijke boete mag opleggen

Slide 8 - Quizvraag

Waar kunnen we vinden hoe hoog een bestuurlijke boete mag zijn?
A
In de Drank- en Horecawet
B
In de Algemene Wet Bestuursrecht
C
In de bijlage van het Besluit Bestuurlijke Boete
D
In de Algemene Plaatselijke Verordening

Slide 9 - Quizvraag

Volgens de AWB spreken we bij het opleggen van een bestuurlijke boete van een ...
A
sanctie
B
overtreding
C
boeterapport
D
beschikking

Slide 10 - Quizvraag

Als er al strafvervolging is ingezet (strafrecht) mag je wel / niet een bestuurlijke boete opleggen?
A
wel
B
niet

Slide 11 - Quizvraag

In welke wetten kunnen we toezichtbevoegdheden vinden?
A
Wetboek van Strafvordering
B
Algemene Wet Bestuursrecht
C
Bijzondere wetten
D
Zowel B als C

Slide 12 - Quizvraag

Opsporingsbevoegdheden kunnen we vinden in ...
A
Wetboek van Strafvordering
B
Algemene Wet Bestuursrecht
C
Wet op de Economische Delicten
D
Zowel A als C

Slide 13 - Quizvraag

Volgens art. 5:20 AWB heeft een betrokkene ...
A
medewerkingsplicht
B
duldplicht

Slide 14 - Quizvraag

Volgens art. 5:15 AWB mag een toezichthouder ...
A
geen plaatsen betreden ter staande houding
B
alle plaatsen betreden ter staande houding
C
elke plaats betreden (m.u.v. woning zonder toestemming)
D
alleen plaatsen betreden met machtiging

Slide 15 - Quizvraag

Wat regelt art. 42 van de Drank- en Horecawet
A
Toezichthouder mag plaatsen betreden
B
Toezichthouder mag woning betreden zonder toestemming
C
Toezichthouder mag een beroep doen op de sterke arm
D
Toezichthouder moet speciaal zijn aangewezen

Slide 16 - Quizvraag

Mag een toezichthouder volgens art. 5:17 AWB een foto maken van zakelijke bescheiden?
A
Ja, een foto is een soort kopie
B
Nee, foto's mogen nooit worden gemaakt
C
Nee, hij moet ze dan meenemen naar kantoor
D
Ja, maar nooit met een Huawei telefoon

Slide 17 - Quizvraag

Als een toezichthouder voor het boeterapport een betrokkene wil horen dan moet hij ...
A
de betrokkene meedelen dat hij recht heeft op een advocaat
B
de betrokkene meedelen hoe hoog het boetebedrag is
C
de betrokkene de cautie geven
D
Zowel A, B en C zijn goed

Slide 18 - Quizvraag

Wat is wederverstrekking?
A
Een onverkocht drankje opnieuw verkopen aan een andere klant
B
als de drank kennelijk bestemd is voor een minderjarige
C
voor de tweede keer aan dezelfde minderjarige verkopen
D
Als de toezichthouder voor de tweede keer een overtreding ziet

Slide 19 - Quizvraag

Leg uit wat verstaan wordt onder de KLUG (zet de woorden achter elkaar met een komma ertussen)

Slide 20 - Open vraag

De 7 vragen

Slide 21 - Woordweb