16 april 2021 (2)

Reminder: afspraken in de online lessen
1. Thuis heb je een rustige werkplek, het liefst aan een tafel of bureau.
Op deze werkplek heb je plaats voor je chromebook, je boeken, etui en ruimte om te
schrijven.
2. Je volgt al je lessen volgens je lesrooster.
3. Je logt op tijd in bij elke les, net als je docent.
Je zet je camera aan en je microfoon uit, tenzij je docent je iets vraagt.
4. Je bent de hele les ingelogd, tenzij de docent een andere instructie geeft.
5. Je neemt actief deel aan de lessen.
6. Je maakt je opdrachten en huiswerk zoals dit wordt opgegeven door de docent.
7. Je houdt je in de lessen aan alle geldende afspraken.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Reminder: afspraken in de online lessen
1. Thuis heb je een rustige werkplek, het liefst aan een tafel of bureau.
Op deze werkplek heb je plaats voor je chromebook, je boeken, etui en ruimte om te
schrijven.
2. Je volgt al je lessen volgens je lesrooster.
3. Je logt op tijd in bij elke les, net als je docent.
Je zet je camera aan en je microfoon uit, tenzij je docent je iets vraagt.
4. Je bent de hele les ingelogd, tenzij de docent een andere instructie geeft.
5. Je neemt actief deel aan de lessen.
6. Je maakt je opdrachten en huiswerk zoals dit wordt opgegeven door de docent.
7. Je houdt je in de lessen aan alle geldende afspraken.

Slide 1 - Tekstslide

Today

1. Rewind: previous class (listening)
2. About bugs; warming up
3. Work
4. Rounding off

Slide 2 - Tekstslide


1. Aan het einde van deze les kun je verschillende insecten herkennen aan hun omschrijving.
2. Aan het einde van deze les heb je geoefend met de (uitspraak van) words van lesson 5.4.




Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

2. Rewind; listening
What is a GP?

Slide 5 - Open vraag

2. Rewind; listening
What's the Dutch word for coughing?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

What's a wasp?

Slide 8 - Open vraag

What is the effect of the sting? How much does it hurt? And how do you treat the effect?

Slide 9 - Open vraag

Which description fits best? 
You are going to look at some pictures next. What discription fits the described insect best? 

Slide 10 - Tekstslide


A
An insect that loves flowers. It has large, often brightly coloured wings.
B
A small insect that can make large hills in the woods. They live underground.
C
This insect has long legs and can jump very high.
D
Yellow striped insect that you often see at the end of the summer.

Slide 11 - Quizvraag


A
An insect that loves flowers. It has large, often brightly coloured wings.
B
A small insect that can make large hills in the woods. They live underground.
C
This insect has long legs and can jump very high.
D
Yellow striped insect that you often see at the end of the summer.

Slide 12 - Quizvraag


A
An insect that loves flowers. It has large, often brightly coloured wings.
B
A small insect that can make large hills in the woods. They live underground.
C
This insect has long legs and can jump very high.
D
Yellow striped insect that you often see at the end of the summer.

Slide 13 - Quizvraag


A
An insect that loves flowers. It has large, often brightly coloured wings.
B
A small insect that can make large hills in the woods. They live underground.
C
This insect has long legs and can jump very high.
D
Yellow striped insect that you often see at the end of the summer.

Slide 14 - Quizvraag


A
A small insect that can fly. It bites people to suck their blood.
B
This insect has short hairs. It buzzes (zoemt) loudly when it flies.
C
This insect lives on other animals and can spread Lyme disease.
D
A small red beetle with black spots.

Slide 15 - Quizvraag


A
A small insect that can fly. It bites people to suck their blood.
B
This insect has short hairs. It buzzes (zoemt) loudly when it flies.
C
This insect lives on other animals and can spread Lyme disease.
D
A small red beetle with black spots.

Slide 16 - Quizvraag


A
A small insect that can fly. It bites people to suck their blood.
B
This insect has short hairs. It buzzes (zoemt) loudly when it flies.
C
This insect lives on other animals and can spread Lyme disease.
D
A small red beetle with black spots.

Slide 17 - Quizvraag


A
A small insect that can fly. It bites people to suck their blood.
B
This insect has short hairs. It buzzes (zoemt) loudly when it flies.
C
This insect lives on other animals and can spread Lyme disease.
D
A small red beetle with black spots.

Slide 18 - Quizvraag

3. Work

Homework, Tuesday April 20th
Unit 5, lesson 4:
exc. 30 t/m 33

Aandachtspunten:
  • gebruik de woordenlijst van lesson 4.
  • Klaar? Doe dan iets voor jezelf, maar blijf in de meet.

Slide 19 - Tekstslide

Describe this insect (in English!!) best you can!

Slide 20 - Open vraag