Th3 B5 Gezonde lucht

 Verbranding en ademhaling
 B5: Gezonde lucht
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

 Verbranding en ademhaling
 B5: Gezonde lucht

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel


1.  Je leert wat een gezond binnenklimaat is en wat je kunt doen om een gezond 
    binnenklimaat te behouden of te creëren

2. Je leert welke factoren een rol spelen bij vervuilde buitenlucht

3. Je leert welke invloed een slecht binnenklimaat en vervuilde buitenlucht kan 
    hebben op de gezondheid



Slide 2 - Tekstslide

Gezonde lucht

Slide 3 - Woordweb

Binnenklimaat
De lucht in een gebouw noem je ook wel het binnenklimaat. Het klimaat kan vervuild zijn met stoffen en organismen. Zo kunnen mensen bijvoorbeeld ademhalingsproblemen, hoestbuien of tranende ogen krijgen van tabaksrook. Voor een goed binnenklimaat is de hoeveelheid zuurstof en koolstofdioxide belangrijk. Daarnaast is de temperatuur en de luchtvochtigheid (50-60%) van belang. 
Als het warm is en er is te weinig zuurstof, kun je daar slaperig
en sloom van worden. 
Als er teveel koolstofdioxide is, werk je minder snel en maak je
fouten. In ruimtes waar veel mensen bijeen zijn, is er meer 
koolstofdioxide in de lucht.
Door te ventileren verdwijnen schadelijke stoffen / organismen en de temperatuur en de luchtvochtigheid wordt positief beïnvloed.
afzuigkap gebruiken
klapraampje badkamer open
afzuiger badkamer aan
Winter: VENTILEREN 

Slide 4 - Tekstslide

Schimmels en huismijt
Veel mensen zijn allergisch voor de sporen van schimmels of de uitwerpselen van huisstofmijt.
ze krijgen daarvan een verstopte neus, tranende ogen of moeten hoesten.

De huisstofmijt is kleiner dan 1 mm. Ze zijn overal in huis, vaak op warme en vochte plekken zoals op je matras of in de badkamer
tegen de mijt
- stofzuigen
- douchecabine drooghouden
- verwarming lager / uit
- ventileren

Slide 5 - Tekstslide

Koolstofmonoxide
Het gevaarlijke van koolmonoxide is: 
Je proeft of ruikt het niet. Bij inademing raak je al snel bewusteloos.

Koolmonoxide komt vrij bij onvolledige verbranding.
Omdat het veel sneller opgenomen wordt in het bloed is er geen plek voor zuurstof. De cellen krijgen daardoor te weinig zuurstof. Als het lang duurt, raak je bewusteloos en als je hersenen te weinig zuurstof krijgen, kun je eraan doodgaan.

Heb je een kachel of geiser die slecht onderhouden is of in een slecht geventileerde ruimte staat? Dan kan er koolmonoxide vrijkomen. Ook de verkeerde aansluiting van een moderne CV-ketel kan een oorzaak zijn.
Plaats een koolmonoxide- melder in huis.

Slide 6 - Tekstslide

Luchtvervuiling
De buitenlucht is vervuild met bijv. ammoniak, ozon, zwaveldioxide en fijnstof. 
Als de lucht erg vervuild is, is dat schadelijk voor de gezondheid. Vooral kinderen en mensen met een longziekte kunnen daar extra veel last van krijgen bij het ademhalen.
Luchtvervuiling ontstaat door verbrandingsproducten. 
- verkeer (uitlaatgassen)
- energiecentrales
- landbouwbedrijven


Slide 7 - Tekstslide


Te weinig zuurstof, de gevolgen zijn:
1
2
3
4
5
6
7
A
1
B
3
C
4
D
6

Slide 8 - Quizvraag


Te veel koolstofdioxide,
de gevolgen kunnen zijn:
1
2
3
4
5
6
7
A
1
B
3
C
4
D
6

Slide 9 - Quizvraag


De gevolgen van koolmonoxide kunnen zijn:
1
2
3
4
5
6
7
A
1, 3
B
3, 4
C
4,5
D
3, 4, 5

Slide 10 - Quizvraag


De gevolgen van tabaksrook kunnen zijn:
1
2
3
4
5
6
7
A
1, 2, 3
B
3, 4, 5
C
1, 5, 7
D
1, 2, 5, 7

Slide 11 - Quizvraag


De gevolgen van sporen van schimmels kunnen zijn:
1
2
3
4
5
6
7
A
1, 2
B
3, 4
C
1, 2, 7
D
2, 7

Slide 12 - Quizvraag


De gevolgen van de uitwerpselen van de huisstofmijt kunnen zijn:
1
2
3
4
5
6
7
A
1, 2
B
3, 4
C
1, 2, 7
D
2, 7

Slide 13 - Quizvraag

1. Koolstofmonoxide is een gas dat je niet kunt zien, proeven
of ruiken.

2. Koolmonoxide komt vrij bij volledige verbranding
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1: waar 2: nietwaar
D
1: nietwaar 2: waar

Slide 14 - Quizvraag

1. Koolstofmonoxide neemt de plaats in van zuurstof in het bloed

2. Als er in de winter niet geventileerd wordt in het lokaal,
stijgt de luchtvochtigheid. Door verbranding ontstaat er
condens op de ruiten.
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1: waar 2: nietwaar
D
1: nietwaar 2: waar

Slide 15 - Quizvraag