Maatschappijleer Welvaart/Welzijn

Oefenen Welzijn/Welvaart
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Oefenen Welzijn/Welvaart

Slide 1 - Tekstslide

Welke behoort niet tot de welfare triangle?
A
Overheid
B
Particulier initiatief
C
Markt
D
Rechterlijke macht

Slide 2 - Quizvraag

Welke onderstaande is NIET een van de drie typen verzorgingsstaten die je moet kennen?
A
sociaaldemocratische verzorgingsstaat
B
liberale verzorgingsstaat
C
confessionele verzorgingsstaat
D
corporatistische verzorgingsstaat

Slide 3 - Quizvraag

In welke verzorgingsstaat zijn de belastingen het laagst.
A
Sociaaldemocratische verzorgingsstaat
B
Corporatistische verzorgingsstaat
C
Liberale verzorgingsstaat

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een juiste definitie van solidariteit?
A
Iedere handeling die ten goede komt aan een ander zonder dat men de zekerheid heeft van een gelijkwaardige tegenprestatie ​
B
De bereidheid om als groep of samenleving risico’s te delen.​
C
De samenleving als geheel is eerlijk
D
De samenleving als geheel vindt dat je je problemen zelf moet oplossen

Slide 5 - Quizvraag

In welk type verzorgingsstaat staat het GEZIN centraal?
A
sociaaldemocratische verzorgingsstaat
B
liberale verzorgingsstaat
C
conservatiefcorporatis-tische verzorgingsstaat
D
alledrie

Slide 6 - Quizvraag

Hieronder staat de definitie van:
is de mate waarin de behoeften met de beschikbare middelen kunnen worden bevredigd. Het is een kwalitatieve maatstaf.​
A
Welvaart
B
Welzijn

Slide 7 - Quizvraag

Bij welk model verzorgingsstaat zal de belasting het hoogste liggen?
A
Sociaaldemocratische verzorgingsstaat
B
Liberale verzorgingsstaat
C
Corporatistische model

Slide 8 - Quizvraag

Een partij in de liberale stroming is van mening dat zorg vooral georganiseerd moet worden via:
A
de overheid
B
het marktmechanisme
C
via vrijwilligers- en charitas organisaties
D
de rechter

Slide 9 - Quizvraag

De onderstaande grondrecht is een sociaal grondrecht:
Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

wat is de chronologische volgorde van ons sociaal zekerheidsstelsel?
A
participatiestaat-nachtwakerstaat-verzorgingsstaat
B
verzorgingsstaat-participatiestaat-nachtwakerstaat
C
nachtwakerstaat-participatiestaat-verzorgingsstaat
D
nachtwakerstaat-verzorgingsstaat-participatiestaat

Slide 11 - Quizvraag

GW art 19 lid 1 is een voorbeeld van een klassiek grondrecht:
Bevordering van voldoende werkgelegenheid is voorwerp van zorg der overheid.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

GW 23.1 is een voorbeeld van een sociaal grondrecht:
Het onderwijs is een voorwerp van de aanhoudende zorg der regering.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Wat zijn de functies van de verzorgingsstaat?
A
Verzekeren
B
Verzorgen
C
Verheffen
D
Veranderen

Slide 14 - Quizvraag

Bij welk model verzorgingsstaat zal je de meeste privéscholen tegenkomen?
A
Sociaaldemocratische verzorgingsstaat
B
Liberale verzorgingsstaat
C
Corporatistische model

Slide 15 - Quizvraag

Welke functies van de verzorgingsstaat worden komen bij onderwijs aan bod?
A
Verzekeren
B
Verheffen
C
Verzorgen
D
Verbinden

Slide 16 - Quizvraag

Bij deze politieke stroming is de waarde 'gelijkheid' het belangrijkst. Ze vinden dat de overheid een belangrijke rol heeft en het zorgen dat iedereen gelijke kansen heeft.
Dit past het beste bij de
A
Liberale stroming
B
Sociaal-democratische stroming
C
Confessionele stroming

Slide 17 - Quizvraag

Welk van het onderstaande is geen bedreiging voor de verzorgingsstaat?
A
Globalisering
B
Vergrijzing
C
Ontgroening
D
Economische groei

Slide 18 - Quizvraag

Daniel is in juli 2020 afgestudeerd. Vanwege de coronacrisis is er in zijn werkveld op dit moment geen werk te vinden. Dit is een voorbeeld van:
A
Seizoenswerkloosheid
B
Frictiewerkloosheid
C
Structurele werkloosheid
D
Conjuncturele werkloosheid

Slide 19 - Quizvraag

Rosa werkt in de horeca op het strand van Zandvoort. In de zomer kan ze altijd aan de slag. In de winter kan ze geen werk vinden in deze sector. Dit is een voorbeeld van:
A
Seizoenswerkloosheid
B
Frictiewerkloosheid
C
Conjucurele werkloosheid
D
Structurele werkloosheid

Slide 20 - Quizvraag

In 2050 is Nederland helemaal overgestapt op groene energie. We winnen geen gas meer in Nederland. De medewerkers van de Groningsche Gasunie worden ontslagen. Dit is een voorbeeld van:
A
Seizoenswerkloosheid
B
Frictiewerkloosheid
C
Conjuncturele werkloosheid
D
Structurele werkloosheid

Slide 21 - Quizvraag

Havo de hof is een school met veel diversiteit onder leerlingen en docenten. Welke functie van de verzorgingsstaat zouden past het beste bij dit gegeven over de school?
A
Verheffen
B
Verbinden
C
Verzekeren
D
Verzorgen

Slide 22 - Quizvraag